In hoeverre verandert het wezen van de mens door onze omgang met techniek? - 10.1 Inleiding & Posthumanisme

In hoeverre verandert het wezen van de mens door onze omgang met techniek?
10.1 Inleiding & Posthumanisme
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

In hoeverre verandert het wezen van de mens door onze omgang met techniek?
10.1 Inleiding & Posthumanisme

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Scenario's voor de toekomst van de mens
  • Verschuift de grens tussen mens en technologie?

  • Hoeveel technologie kunnen we in een mens stoppen voor die ophoudt mens te zijn?

  • Hoeveel kunnen we technologie op mensen laten lijken voor je ophoudt technologie te zijn?

Slide 3 - Tekstslide

Jos de Mul
(1956)
De mens is van nature kunstmatig
(Plessner, Clark)

De mens geeft steeds op nieuwe manieren vorm aan zichzelf en aan de omgeving waarbinnen haar bestaan vorm krijgt.

Over toekomst van de mens valt niets met zekerheid te zeggen; de techniek die de mens ontwikkelt zoals dit mede bepalen.

Slide 4 - Tekstslide

De Mul
1. Over de houdbaarheid van het humanisme

2. Extrahumanisme als eerste toekomstscenario

3. Transhumanisme als tweede toekomstscenario

4. Posthumanisme als derde toekomstscenario

Slide 5 - Tekstslide

Humanisme
Humanisme ziet de mens als autonoom subject: 
een redelijk wezen met zelfbewustzijn, dat een eigen wil heeft en de vrijheid om zelf keuzes te maken.

Is dit houdbaar met de invloed van techniek op de mens?

Slide 6 - Tekstslide

1. Na het humanisme?
Technologisch transformatieproces van de mens is een natuurlijk evolutionair proces.

De menselijke verhouding tot zichzelf maakt dat zij zichzelf steeds opnieuw vormgeeft.

Menselijke evolutieproces is onvoorspelbaar.

Speculatieve antropologie: speculeren op de toekomstige aard van de mens.

Slide 7 - Tekstslide

2.  Extrahumanisme
'zwermgeest-scenario'
Technologie grijpt in op onze cognitieve vermogens (onze geest)

Cognitieve capaciteit groeit

vb. met gedachte aangestuurde computers, uitlezen van het brein, koppeling van breinen, ontwikkeling van een superbrein?

Slide 8 - Tekstslide

De Mul's cyborg
Cyborg: mengvorm van cybernetica en organisme gericht op de mens te 'verbeteren'.

Naar hoger plan tillen van menselijk cognitief vermogen.

(V) Beter cognitief vermogen maakt een beter mens.
(I) Mensverbetering maakt sterk, gezond en slimme mensen, niet zozeer kwetsbare, empathische en solidaire mensen.

Slide 9 - Tekstslide

3. Transhumanisme
Menselijk lichaam wordt aangepast door techniek. Aanpassing van erfelijk materiaal.

De mens als alien: ontwikkeling in een richting waarin we steeds minder lijken op een mens. 


Slide 10 - Tekstslide

Kritiek vanuit de bioconservatieve hoek
Jürgen Habermas (1929):
Gentechnologie kan ongelijkheid doen laten ontstaan tussen ontwerpers en ontworpenen.

In strijd met recht op zelfbeschikking: ons bestaan overkomt ons en is niet het product van doelgericht ontwerp.

We geven vanuit een niet-maakbare begintoestand vorm aan ons bestaan.

Slide 11 - Tekstslide

4. Posthumanisme
Technologie zelf vormt de basis voor de toekomst van de mens.

Techniek zélf komt tot leven.

Digitale technologie met menselijke eigenschappen, sociale robots, kunstmatige actoren met een karakter.

'Het Zombiescenario': schemergebied tussen leven en dood.

Slide 12 - Tekstslide

De Mul
De mens is een wezen dat zichzelf moet vormgeven, doordat de excentrische positionaliteit bij het mens-zijn hoort.

De mens is een wezen in ontwikkeling en overstijgt zichzelf steeds. Geen vastgestelde natuur.

Friedrich Nietzsche (1844-1900) Übermensch: de mens die zichzelf voorbij is, steeds in ontwikkeling.

Slide 13 - Tekstslide

Eindterm 13
De kandidaten kunnen de opvattingen van Clark, Kockelkoren, Verbeek en De Mul over de vraag of het wezen van de mens verandert door de omgang met techniek en wetenschap uitleggen, vergelijken, toepassen en evalueren.

Daarbij kunnen zij de volgende standpunten betrekken:
• dat mensen van nature al technologische wezens zijn (Clark);
• dat omgang met techniek de zintuiglijke ervaring verandert (Kockelkoren);
• dat omgang met techniek het moreel oordeelsvermogen verandert (Verbeek);
• dat hedendaagse techniek de menselijke identiteit verandert (De Mul).

Slide 14 - Tekstslide

Eindterm 17
De kandidaten kunnen uitleggen en evalueren dat volgens De Mul hedendaagse techniek de menselijke identiteit verandert.

Daarbij kunnen zij betrekken:
• het begrip ‘humanisme’;
• een uitleg van De Muls argument dat de omgang met techniek de menselijke identiteit transformeert;

• een uitleg met tekstfragment 11 van De Muls argument dat de verandering van de mens zich via verschillende scenario’s kan voltrekken.

Slide 15 - Tekstslide