10.1 Nazi-Duitsland

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Waarom leidde de economische crisis in de Verenigde Staten tot een wereldwijde crisis?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

Sleep de juiste eigenschappen naar de juiste persoon op de afbeelding.
Hitler
Mussolini
Fascisme
Nationaal-socialisme
Antisemitisme en racisme
Propaganda en censuur
Terreur
Nationalisme

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Tekstslide

Bij de verkiezingen in de Weimarrepubliek in 1924 krijgt de NSDAP maar 4% van de stemmen. In 1929 krijgt de NSDAP al 18% van de stemmen.
Verklaar dit verschil in het aantal stemmen.

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Een bewering: Hitler is democratisch aan de macht gekomen
A
Eens
B
Oneens

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De Gestapo, 
de SS en de SA
  • De Gestapo: geheime staatspolitie
  • Bewapende groepen van de NSDAP: SS en SA
  • SA: knokploegen om tegenstanders te intimideren
  • SS: lijfwacht van Hitler

Slide 11 - Tekstslide


Pesten en vernedering
vanaf 1935




Joden worden vanaf het moment dat Hitler de Neurenberger Rassenwetten heeft afgekondigd in het openbaar vernederd en gepest. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Arische mensen  <> Niet-Arische mensen
Übermenschen                                        Üntermenschen
Mensen die afstammen van Germanen
Oost-Europeanen, Russen, Joden, Zigeuners, mensen met een handicap, psychiatrische patiënten, mensen met een erfelijke ziekte, homoseksuelen,...

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

1

Slide 16 - Video

04:53
Waaraan kan je zien dat Nazi-Duitsland een totalitaire staat is en dat de samenleving gelijkgeschakeld is?

Slide 17 - Woordweb

Slide 18 - Tekstslide