1.2 wisselwerking tussen de geofactoren

1.2 Wisselwerking tussen de geofactoren

VWO6

Domein C: Aarde
6 vwo
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

1.2 Wisselwerking tussen de geofactoren

VWO6

Domein C: Aarde
6 vwo

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
  2. Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
  3. Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
  4. Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
  5. Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.



Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontstaan landschapszones
Verschillen in klimaat leiden tot verschillen in wisselwerking tussen de geofactoren en daarmee tot verschillende landschapszones.

Verschillen binnen de landschapszones ontstaan door reliëf. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nummer 1 - 6 onder elkaar in je schrift.
Geef van de volgende dia's :
1. De juiste naam van de landschapszone

2. Waar op aarde je deze landschapszone vindt

3. Welk klimaat past bij deze landschapszone?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
1.Boreale zone - Canada/Siberië - Landklimaat (Df)
2. Polaire zone - Groenland/N-Canada/N-Siberië - Toendraklimaat (ET)
3. Gematigde zone - NW- en Centraal-Europa/VS - Gematigd Zeeklimaat (Cf)
4. Subtropischezone - Z-Europa/California/ZO-Australië - Mediterraan klimaat (Cs)
5. Aride zone -Noord-Afrika - Steppeklimaat (BS)
6. Tropische zone - Brazilië/Midden-Afrika/Indonesië - Tropisch Regenwoudklimaat (Af)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
  2. Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
  3. Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
  4. Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
  5. Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Maken opdrachten 1, 2 en 3

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bosgebieden
  • Voldoende water (nuttige neerslag)
  • Zomertemperatuur niet te laag
  • Groeiseizoen niet te kort
verschillende klimaten -> verschillende bossen -> verschillende bodems

In welke landschapszones ontbreekt bos en waarom?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bodems onder droge of koude omstandigheden
  • Aride zone: neerslagtekort -> geen humusvorming door gebrek aan organisch materiaal & geen uitspoeling (alleen verdamping) -> zout en kalkconcentraties.
  • Gematigde breedte: waar nuttige neerslag 0 -> grassteppe -> geen uitspoeling -> ophoping van humus.
  • Polaire zone: lage temp. -> kort groeiseizoen & organisch materiaal verteert langzaam -> veen (geen uitspoeling door permafrost).

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De mens als geofactor
  • Doorbreekt het natuurlijke systeem d.m.v. landbouw:

  • natuurlijke kringlopen worden doorbroken (organisch materiaal onttrokken aan het systeem).
  •  van biodiversiteit naar monocultuur (gevaar: na oogst komt de bodem bloot te liggen & ziekten hebben een groter effect).

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen > pak een atlas

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pak een Grote Bosatlas. Ga op zoek naar een kaart die het meest lijkt op de achterliggende kaart.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beantwoord de volgende vragen:
1. Bossen komen in verschillende landschapszones voor. In welke zones ontbreekt bos en wat is de oorzaak daarvan?
2. In gematigde zones met loofbossen als oorspronkelijke plantengroei zijn er plekken waar bos ontbreekt. Welke geofactor is hier verantwoordelijk voor?

  


timer
1:00

Slide 25 - Tekstslide

1. In de polaire zone is het te koud en is het groeiseizoen te kort.
In de aride zone is valt weinig neerslag en is de verdamping hoog.

2. Reliëf of de mens

3. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Factoren die vruchtbaarheid bepalen
  1. Klimatologische omstandigheden:                                                         - temperatuur                                                                                                   - neerslag
  2. Vruchtbaarheid:                                                                                                 - chemische vruchtbaarheid: voedingstoffen (K, N & P).            - fysische vruchtbaarheid: korrelgrootte bepaalt verdeling water en lucht in bodem.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 1.2
  1. Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
  2. Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
  3. Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
  4. Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
  5. Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.



Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Maken opdrachten 4, 5 en 6.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies