NOVA H4 herhalen voor de toets

H4.1 tm 4.3 Zouten
herhalen voor de toets
NOVA hoofdstuk 4
HAVO4
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H4.1 tm 4.3 Zouten
herhalen voor de toets
NOVA hoofdstuk 4
HAVO4

Slide 1 - Tekstslide

Zouten zijn opgebouwd uit
A
metaal atomen en niet-metaal atomen
B
metaal atomen
C
niet-metaal atomen
D
moleculen

Slide 2 - Quizvraag

Welke stoffen zijn zouten ? 
sleep deze formules naar de afbeelding 
van zoutwinning.

timer
2:00
NaCl
HCl
H2S
P2O5
CaO
CO2
Fe2O3
SO3
BaF2
ZnS
SnCl2
K2O

Slide 3 - Sleepvraag

Enkelvoudige
 ionen 
#100%
leren

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Opstellen zoutformule:
  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen met lading in symbolen
  3. zet de verhouding eronder, de totale lading moet nul zijn
  4. schrijf de verhoudingsformule op. Aantallen noteer je rechtsonder, laat het cijfer 1 weg
  5. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld:
  1. magnesiumchloride
  2.       Mg2+       Cl                                        
  3.          1       :        2     (1x2+) + (2x1-) = 0                                                          
  4.    Mg2+  Cl- 2                                              
  5. Mg Cl 2

Slide 6 - Tekstslide

Geef de verhoudingsformule van:
1. aluminiumoxide
2. koper(I)sulfide
timer
2:00

Slide 7 - Open vraag

Geef de juiste naam van de volgende zouten:


Hg2O
Fe2S3
timer
1:00

Slide 8 - Open vraag

timer
0:30
nitrietion
acetaation
ammoniumion
hydroxide‑ion
 fosfaation
carbonaation
 CO32-
PO43-
OH-
NH4⁠+
CH3COO-
NO2-

Slide 9 - Sleepvraag

Dit zout bestaat uit twee samengestelde ionen:



                   3          :         1



NH4+
PO43
(NH4+)3PO43
(NH4)3PO4
Geef de verhoudingsformule van ammoniumfosfaat
Met de grootte van de blokjes is aangegeven dat een lading van 3- is 3x zo groot als een lading van  1+

Slide 10 - Tekstslide

Geef de verhoudingsformule
van natriumsulfaat
timer
1:00

Slide 11 - Open vraag

sleep de juiste zoutnaam achter de verhoudingsformule. 
Na2SO3
Cu3(PO4)2
Fe2(CO3)3
timer
2:00
natriumsulfaat
natriumsulfiet
koper(II)fosfaat
koper(IV)fosfaat
ijzer(II)carbonaat
ijzer(III)carbonaat

Slide 12 - Sleepvraag

H4.2 


Hydratatie van ionen en oplosbaarheid van zouten

Slide 13 - Tekstslide

Oplossen  van zouten
In de animatie hiernaast zie je wat er op microniveau gebeurt als een zout goed oplosbaar is in water: de ionen laten elkaar los en worden omringd door moleculen water. Dit proces heet hydratatie.

Slide 14 - Tekstslide

Hydratatie
Ionen van een zout worden volledig omringd door watermoleculen. 

Slide 15 - Tekstslide

opdracht
Teken de hydratatie van een magnesiumion en een fosfaation
timer
2:00

Slide 16 - Tekstslide

Een zout oplossen
Zout oplossen in water 
dan valt het uiteen 
in losse ionen:

Slide 17 - Tekstslide

Het opstellen van een oplosvergelijking:
  • In een oplosvergelijking zet je neer hoe een zout oplost in water.
  • Je begint altijd met vaste stof, zout is vast bij kamertemperatuur.
  • Je eindigt met alle ionen opgelost in water (aq).
  • LET OP: er staat GÉÉN H2O in de vergelijking

NOTEER & LEER

Slide 18 - Tekstslide

Geef de oplosvergelijking voor
Na2SO4
timer
1:30

Slide 19 - Open vraag

Metaaloxiden en water
4 metaaloxiden reageren met water:
Na2O, K2O, CaO en BaO

Reactievergelijking:
CaO (s) + H2O (l) --> Ca2+ (aq) + 2 OH- (aq)
                                  Tabel op blz. 117 moet je kennen! 

Slide 20 - Tekstslide

Indampvergelijkingen
Omgekeerde van oplosvergelijkingen
2 NO3- (aq) + Ca2+ (aq) -->                      (s)
vóór de pijl                              na de pijl
losse ionen (aq)               -->  zoutformule (s)  

Schrijf in je schrift de indampvergelijking van natriumsulfide.

 
Ca(NO3)2

Slide 21 - Tekstslide

H4.3   hydraten
Sommige zouten kunnen watermoleculen opnemen in hun ionrooster.
  • het zout noem je dan een hydraat
  • de opgenomen watermoleculen noem je kristalwater

Het aantal watermoleculen dat wordt opgenomen vind je terug in de naam:
  • CuSO4 (s) is (wit) kopersulfaat
  • CuSO4.5H2O (s) is (blauw) kopersulfaatpentahydraat
Binas tabel 66C
telwoorden

Slide 22 - Tekstslide


Soda is een hydraat met de formule Na2CO3.10H2O
Wat is de systematische naam van deze stof?

Slide 23 - Open vraag

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende reactievergelijking van de reactie
waarbij wit kopersulfaat water opneemt en verandert
in blauw kopersulfaat.

Maak deze reactievergelijking in je schrift.
Iemand krijgt zo de beurt om uit te leggen hoe de reactievergelijking eruit ziet.....
timer
2:00

Slide 24 - Tekstslide

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende reactievergelijking van de reactie
waarbij wit kopersulfaat water opneemt en verandert
in blauw kopersulfaat.

CuSO4 (s) + 5 H2O (l) --> CuSO4.5H2O (s)


Slide 25 - Tekstslide

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende oplosvergelijking voor
het oplossen van blauw kopersulfaat in water.

Maak deze reactievergelijking in je schrift.
Iemand krijgt zo de beurt om uit te leggen hoe de reactievergelijking eruit ziet.....
timer
2:00

Slide 26 - Tekstslide

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende oplosvergelijking voor
het oplossen van blauw kopersulfaat in water.

CuSO4.5H2O (s) --> Cu2+ (aq) + SO42- (aq) + 5 H2O (l)

Slide 27 - Tekstslide

H4.3  dubbelzouten
Een dubbelzout is een zout waarin twee of meer verschillende positieve ionen en/of negatieve ionen in het ionrooster zitten.
azuriet Cu₃(CO₃)₂(OH)₂   

Slide 28 - Tekstslide

azuriet
Azuriet bestaat uit:
3 Cu?+ ionen       2 CO32- ionen      2 OH- ionen

Koperionen kunnen een lading van 1+ en 2+ hebben.
Welke lading hebben de koperionen in azuriet?
azuriet Cu₃(CO₃)₂(OH)₂   

Slide 29 - Tekstslide

Welke lading hebben de koperionen in azuriet?
azuriet Cu₃(CO₃)₂(OH)₂   
A
2+
B
1+

Slide 30 - Quizvraag