Voorbereiding examen schrijven

Examen schrijven 2F:
Doel:
Je kunt een korte tekst schrijven, zoals een zakelijke mail, een zakelijke brief, een memo of een verslag.
Je kunt een formulier invullen.

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Examen schrijven 2F:
Doel:
Je kunt een korte tekst schrijven, zoals een zakelijke mail, een zakelijke brief, een memo of een verslag.
Je kunt een formulier invullen.

Slide 1 - Tekstslide

Formulier

Slide 2 - Tekstslide

Wat is burgerlijke staat?
A
nationaliteit
B
gehuwd, ongehuwd, gescheiden, etc.
C
meerderjarig of minderjarig
D
BSN-nummer

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een functie?
A
horecamedewerker
B
serveren
C
goed samenwerken
D
klantvriendelijk

Slide 4 - Quizvraag

Wat vul je in bij referentie?
A
de naam van je ouders
B
een vorige werkgever
C
iemand die iets positiefs over je kan zeggen
D
de naam van een collega

Slide 5 - Quizvraag

Welk adres is goed geschreven?
A
wildstraat 1 5042 wz Tilburg
B
Wildstraat 1 5042 WZ Tilburg
C
Wildstraat 1 5042 Tilburg
D
wildstraat 5042 wz Tilburg

Slide 6 - Quizvraag

Welke aanhef is goed?
A
Geachte mevrouw Carla van Huizen,
B
Geachte mevrouw van Huizen,
C
Geachte mevrouw Van Huizen,
D
Geachte mevrouw C. van Huizen,

Slide 7 - Quizvraag

Welke datum is goed geschreven?
A
Tilburg, 23.03.2021
B
Tilburg, 23 Maart 2021
C
Tilburg, 23 maart 2021
D
Tilburg 23 maart 2021

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een goede slotgroet in een zakelijke brief of mail?
A
Met vriendelijke groeten,
B
Groetjes,
C
Mvg,
D
Met vriendelijke groet,

Slide 9 - Quizvraag

Welk antwoord is goed?
A
Apeldoorn, 13-01-2019
B
Apeldoorn 13 januari 2019
C
Apeldoorn, 13 jan. 2019
D
Apeldoorn, 13 januari 2019

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel alinea's moet je zakelijke brief minimaal hebben?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 11 - Quizvraag

Inleiding:
Formeel beginnen. Liever niet met ik beginnen.
Beschrijf hier waarom je de brief gaat schrijven (de aanleiding)

Kern: 
Hier geef je alle informatie. Je kunt het ook opdelen in 2 alinea’s! Zorg dat het overzichtelijk blijft!


Slot: 
Je geeft hier aan wat je wil bereiken. ( Uitnodigen, geld terug, termijn)

Slotzin: bijv. Bedanken voor het lezen en netjes vragen om een reactie.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Bekijk de afbeelding. Waarin maakt de spatie verschil in betekenis?

Slide 14 - Tekstslide