Les 3: 10 januari 2023

Studieles Klassieke Talen
10 januari 2023
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Studieles Klassieke Talen
10 januari 2023

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

  • In het Latijn kunnen tellen + doorwerking van de Latijnse namen voor getallen kunnen herkennen
  • Latijnse woorden correct kunnen uitspreken
  • Romeinse getallen leren lezen en maken

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  1. Start 
  2. Verkenning Romeinse getallen blz. 9
  3. Opdrachten 5 + 6 maken en bespreken
  4. Uitspraak Latijn (opdr 7)
  5. Rekenen met Romeinse getallen


  6. Afronding

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling blz 4 t/m 7
  • Latijn is een 'dode taal' maar taal en cultuur van Romeinen toch nog veel om ons heen;
  • Denk aan bogen, bakstenen, woorden als aquaduct, agenda, examen, computer;
  • Taal van de Romeinen heet Latijn naar het gebied van de Latini (de streek Latium) rondom Rome. 
  • Latijn lange tijd een wereldtaal/ lingua franca van Europa tot ± 1800 en heeft zo invloed gehad op moderne talen als Frans, Spaans etc.
  • Onder andere te zien in de uitspraak van de getallen... (blz. 9)

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 5

Slide 5 - Tekstslide

Hoe heten de talen die rechtstreeks afgeleid zijn van Latijn?
A
Latijnse talen
B
Italiaanse talen
C
Romaanse talen
D
Romeinse talen

Slide 6 - Quizvraag

Welke taal is GEEN Romaanse taal?
A
Roemeens
B
Italiaans
C
Portugees
D
Engels

Slide 7 - Quizvraag

Je hebt een duet, trio, kwartet... maar uit hoeveel leden bestaat een kwintet?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 8 - Quizvraag

Hoeveel tentakels heeft een octopus?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 9 - Quizvraag

De hoeveelste maand is september eigenlijk...?
A
7e
B
9e
C
11e
D
5e

Slide 10 - Quizvraag

Romeinse cijfers... (blz 69)


XI = 10 + 1 = 11 (klein na groot = optellen)
IX = 10 - 1 = 9 (klein vóór groot = aftrekken)
1945 = 1000  + 900 + 40 + 5 = MCMXLV
I
V
X
L
C
D
M
1
5
10
50
100
500
1000

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 75 + 76 blz. 70
  1. 28
  2. 564
  3. 19
  4. 7
  5. 251
  6. 3321 
  1. XXXVI
  2. XCIII
  3. MCCXXXIV
  4. DII
  5. XXIX
  6. LXVIII

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 77 t/m 81 blz. 70
  • Opdracht 77 = d (1000 + 900 + 90 + 9)
  • Opdracht 78 = MMXXII
  • Opdracht 79 = 18 - 9 = 9 --> IX
  • Opdracht 80 = 480 - 129 = 351 --> CCCLI
  • Opdracht 81 = Asterix betaalt 20/4 = 5 assen per vis. Obelix betaalt (54 - 26)/7 = 4 assen per vis. Obelix betaalt dus minder.

Slide 13 - Tekstslide

Hoe schrijf je de datum van vandaag in Romeinse 'cijfers'?
A
VV - I - MMXXIII
B
X - I - MMXXIIV
C
VIIIII - L - MDDXXIII
D
X - I - MMXXIII

Slide 14 - Quizvraag

Uitspraak Latijn (blz. 11)
  • Latijnse alfabet 23 letters i.p.v. 26!!!
  • i = i OF j
  • u = u, v OF w
  • c = k
  • g = g (good)
  • qu = kw
  • u = oe
  • ae = ai
  • oe = oi

Slide 15 - Tekstslide

Spreek voor jezelf uit:
quamvis sint sub aqua,
sub aqua maledicere temptant
Uitspraak Latijn
i = i OF j
u = u, v OF w
c = k
g = g (good)
qu = kw
u = oe
ae = ai
oe = oi

Slide 16 - Tekstslide

De klank van de zin doet me denken aan:
A
een hond
B
een egel
C
een kikker
D
vis

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

K
Engelse g
j of i
kw
oe
aai
oi
La: C
La: g
La: i
La qu
La: u
La: ae
La: oe

Slide 19 - Sleepvraag

Maak opdracht 7 blz. 12
  • medikoes   = medicus
  • karker          = kerker
  • kwalitas      = kwaliteit
  • Kaisar           = keizer
  • janoea          = januari
  • akwa       = aquarium 
  • kollektio = collectie 
  • intrare     = entree
  • reGere     = regeren 
  • respondére = respondent

Slide 20 - Tekstslide

Terugblik op de Lesdoelen
  • In het Latijn kunnen tellen + doorwerking van de Latijnse namen voor getallen kunnen herkennen

  • Latijnse woorden correct kunnen uitspreken

  • Romeinse getallen leren lezen en maken

Slide 21 - Tekstslide

Wat heb je van deze les geleerd of wat ga je van deze les onthouden?

Slide 22 - Open vraag

Hoe vond je deze les (gaan)?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll