3.2 Europa wordt christelijk

Par. 3.2



Europa wordt christelijk

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Par. 3.2



Europa wordt christelijk

Slide 1 - Tekstslide




Par. 3.1



Van stad tot wereldrijk

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
In deze paragraaf leer je: 
  • op welke manier het christendom in Nederland werd verspreid
  • hoe heel Europa christelijk werd
  • hoe de christelijke en Germaanse culturen werden vermengd
  • waardoor geestelijken belangrijk werden in de samenleving

KA: de verspreiding van het christendom in Europa


Slide 3 - Tekstslide

Verspreiding van het christendom
Engelse geestelijken (godsdienstige leiders/ mensen die werken voor de Kerk) trokken in 690 naar Midden- en Noord-Nederland. Zij waren missionarissen en hadden van de paus de opdracht (missie) gekregen de heidenen (mensen die volgens de christenen niet het goede geloof hadden) te bekeren tot het christendom.
In Zuid-Nederland hadden de Franken zich al bekeerd tot het Christendom.

Slide 4 - Tekstslide

Willibrord was een Engelse missionaris die probeerden de Friezen tot het Christendom te bekeren. De Friezen zaten daar niet op te wachten.
Bonifatius was ook een Engelse missionaris die probeerde de Friezen te bekeren. Dit lukte niet: in 754 werd hij door Friezen in Dokkum vermoord.

Slide 5 - Tekstslide

0

Slide 6 - Video

Christelijk Europa
Om het verzet onder de Germaanse volken, zoals Friezen en Saksen, te breken probeerden missionarissen eerst Germaanse vorsten te bekeren. Die konden er dan voor zorgen dat hun onderdanen zich lieten dopen. 
Toen de Frankische koning Karel de Grote Nederland en Duitsland had onderworpen, ging de uitbreiding van het christendom verder. Rond 1000 was bijna heel Europa christelijk.
Mensen gingen volgens christelijke ideeën leven. Zo stopten de Vikingen bijv. hun plundertochten, omdat moord en diefstal gezien werd als zonde.

Slide 7 - Tekstslide

0

Slide 8 - Video

Vermenging van culturen
Toen Europa langzaam christelijk werd bleven Germaanse tradities bestaan. 
Zo leefden namen van de de Germaanse goden Tiwaz, Wodan, Donar en Freya door in de namen van de dagen van de week (dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag).
Om de overgang naar het christendom makkelijker te maken werden christelijke feestdagen op Germaanse feestdagen gevierd.
Bijvoorbeeld: Pasen - lentefeest en Kerstmis - midwinterfeest

Slide 9 - Tekstslide

Invloedrijke geestelijken
In de zware tijden die de vroege Middeleeuwen voor de meeste mensen waren, zochten zij steun in het geloof.
Zo kregen de geestelijken veel invloed op de samenleving.
Binnen de christelijke kerk kenden men een sterke hiërarchie (volgorde van aanzien en macht). Er waren hoge en lage geestelijken met aan het hoofd de paus, die gezien werd als een "plaatsvervanger" van God op aarde.

Slide 10 - Tekstslide


De hulp van God


  • Het leven van de mensen in de vroege Middeleeuwen was zwaar.
  • Veel van de dingen om hen heen begrepen ze niet.

  • Bij ziektes, natuurrampen of hongersnoden vroegen ze God om hulp.
  • De mensen van de kerk, de geestelijken, hielpen hen hierbij.
  • Hiervoor moesten de boeren wél belasting betalen...

Slide 11 - Tekstslide


Paleizen...

Tussen 1309 en 1377 woonden de pausen niet in Rome, maar in de Franse stad Avignon. Dit was in die tijd hun paleis, het Palais des Papes.


  • De Paus, de leider van de kerk, had in de Middeleeuwen enorm veel macht, soms zelfs meer dan een koning of keizer.

  • De Paus en andere hoge geestelijken, zoals bisschoppen, hadden veel grond en woonden in enorme paleizen, vol luxe.

Slide 12 - Tekstslide


...en kloosters



  • Lage geestelijken, zoals priesters, monniken en nonnen, woonden en leefden vaak veel eenvoudiger.

  • Monniken en nonnen waren zelf niet rijk, de kloosters soms wél: zij hadden veel grond en kregen pacht van de boeren op hun land.

Slide 13 - Tekstslide


Leven in een klooster

Zou jij kunnen leven in een klooster?
2.30: opstaan
2.30 - 3.00: studie en meditatie
3.00 - 5.00: kerkdienst /bidden
5:00 - 6:00: studie en meditatie
6:00 - 7:30: kerkdienst /bidden
7:30 - 8:00: werken
8:00 - 9:30: kerkdienst /bidden
9.30 - 12.00: werken
12.00 - 13.30: kerkdienst /bidden
13.30 - 14.00: avondeten
14:00 - 16:15: werken
16:15 - 17:30: kerkdienst /bidden
17:30 - 18:00: studie en meditatie
18:00 - 18:30: kerkdienst /bidden
19:00: slapen


  • In een klooster werd veel gebeden door de monniken en nonnen, maar ze werkten ook hard, bijvoorbeeld op het land.
  • Daarnaast verzorgden zij de zieken en hielpen mensen bij hun geloof in God.




Slide 14 - Tekstslide




  • In de kloosters werden soms ook oude boeken overgeschreven. 
  • Dit duurde heel lang: het was dus echt 'monnikenwerk'.

Slide 15 - Tekstslide

0

Slide 16 - Video


Hebban olla vogala

Van de middeleeuwen wordt vaak gezegd dat ze door en door christelijk waren.
Onze geschreven bronnen uit die tijd zijn vrijwel uitsluitend gemaakt door monniken , omdat zij konden schrijven. Zij schreven natuurlijk vooral over christelijke zaken. 
Een van de oudste teksten in het Nederlands is daarop een bijzondere uitzondering. 
 Een Vlaamse monnik schreef  omstreeks 1100 een liefdesgedicht op de laatste bladzijde van zijn boek: Hebban olla vogala. 


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Wat is de beste omschrijving
van het begrip ‘geestelijken’?
Kies het juiste antwoord.
A
mensen die in God geloven
B
mensen die iedere week naar de kerk gaan
C
mensen die in dienst zijn van de kerk
D
mensen die voor andere mensen bidden

Slide 19 - Quizvraag

Een vrouwelijke monnik
wordt een non genoemd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Monniken bidden zeventien
keer per dag
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Het verzorgen en genezen van zieken
was één van de taken van monniken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Monniken zijn geen geestelijken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Door het harde leven gingen veel mensen
het christendom extra belangrijk vinden. Waarom was dat zo?
A
De mensen hoopten dat God hen zou beschermen tegen honger, ziekte en dood.
B
In de Bijbel staat hoe je betere medicijnen kunt maken en hoe je grotere oogsten kunt krijgen.
C
Als je christen was, mocht je in een klooster wonen. Daar was wel genoeg voedsel.
D
Als je arm, maar goed geleefd had, werd je na je dood erg rijk in de hemel.

Slide 24 - Quizvraag

Sleep de teksten naar de juiste plek in de afbeelding
Ik ben van adel
Ik ben een geestelijke
Ik betaal pacht
Eerste stand
Tweede stand
Derde stand

Slide 25 - Sleepvraag

Huiswerk
  • Maak voor volgende week de opdrachten van par. 3.2. 
  • Donderdag S.O. 3.1, inclusief leenstelsel

Slide 26 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 27 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 28 - Open vraag