T7 ademhalingsstelsel

T7 ademhalingsstelsel
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NATSecundair onderwijs

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

T7 ademhalingsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Hoe noemen we het proces waarbij met behulp van glucose en zuurstofgas energie gemaakt wordt?

Slide 2 - Open vraag

A
C
B
D
Welk orgaan wordt er met A aangeduid? 

Slide 3 - Tekstslide

Welke orgaan wordt aangeduid met
A
slokdarm
B
luchtpijp
C
luchtpijptak
D
strottenhoofd

Slide 4 - Quizvraag

Is de bewering juist of fout?
Ingedamde lucht bevat meer koolstofdioxide dan uitgeademde lucht.
A
juist
B
fout

Slide 5 - Quizvraag

Is de bewering juist of fout?
Ingedamde lucht bevat meer waterdamp dan uitgeademde lucht.
A
juist
B
fout

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het juiste begrip voor de definitie?
de hoeveelheid lucht die je inademt per adembeweging
A
ademfrequentie
B
ademlucht
C
ademvolume
D
inademen

Slide 7 - Quizvraag

Vul aan.
Ademvolume wordt beïnvloed door activiteit, algemene conditie, leeftijd, lengte en ...

Slide 8 - Open vraag

Wat wordt er met 2 aangeduid?

Slide 9 - Tekstslide

Wat wordt er met 2 aangeduid?

Slide 10 - Open vraag

Welke bewering over de borstademhaling is NIET juist?
A
Bij inademen gaan de ribben naar omhoog.
B
Bij inademen gaan de ribben naar voren.
C
Bij inademen wordt de borstholte breder.
D
Bij inademen krimpen de longen in.

Slide 11 - Quizvraag

Welke bewering over de buikademhaling is NIET juist?
A
Bij inademen wordt lucht aangezogen.
B
Bij inademen trekt het middenrif samen.
C
Bij inademen wordt de borstholte korter.
D
Bij inademen zetten de longen uit.

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heet het vocht dat tussen long-en borstvlies zit?

Slide 13 - Open vraag

Welk orgaan wordt aangeduid met nummer 9?

Slide 14 - Tekstslide

Welk orgaan wordt aangeduid met nummer 9?

Slide 15 - Open vraag

Duid de juiste bewering aan.
A
In de neusholte zorgen de trilhaartjes voor de verwarming van de lucht.
B
In de neusholte zorgen het slijmvlies en de trilhaartjes voor de zuivering van de lucht.
C
In de neusholte zorgt enkel het slijmvlies voor het zuiveren van de lucht.
D
In de neusholte zorgen de bloedvaten voor de zuivering van de lucht.

Slide 16 - Quizvraag

Orgaan 1 is:
A
de huig
B
het strotklepje

Slide 17 - Quizvraag

A

Slide 18 - Tekstslide

Welk orgaan wordt er aangeduid met A?

Slide 19 - Open vraag

Is de stelling juist of fout?
De linkerlong is kleiner dan de rechterlong?
A
juist
B
fout

Slide 20 - Quizvraag

Welke organen zorgen ervoor dat de luchtpijp blijft openstaan?

Slide 21 - Open vraag








                       A

Slide 22 - Tekstslide

Welk orgaan wordt er aangeduid met A?
A

Slide 23 - Open vraag

Welke gassen worden afgegeven aan de longen tijdens de gaswisseling?
A
zuurstofgas en koolstofdioxide
B
waterdamp en zuurstofgas
C
koolstofdioxide en waterdamp
D
koolstofdioxide en stikstofgas

Slide 24 - Quizvraag