Voorraadbeheer les 5

Voorraadbeheer les 5


  • Herhalen
  • HUISWERK
  • LES 5
  • HUISWERK
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Voorraadbeheer les 5


  • Herhalen
  • HUISWERK
  • LES 5
  • HUISWERK

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent TGT en wat moet je doen met het voedsel bij tgt?

Slide 2 - Open vraag

Wat is een pakbon?

Slide 3 - Open vraag

Wat is een bestelbon?
A
bon die een leverancier stuurt met een bevestiging
B
bon die je zelf maakt waarop goederen staan die je wilt bestellen
C
een bon waarop je goederen kan controleren als ze geleverd zijn
D
bon die je bij de kassa krijgt bij het afrekenen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een bestelbon?
A
bon die een leverancier stuurt met een bevestiging
B
bon die je zelf maakt waarop goederen staan die je wilt bestellen
C
een bon waarop je goederen kan controleren als ze geleverd zijn
D
bon die je bij de kassa krijgt bij het afrekenen

Slide 5 - Quizvraag

Producten die fifo staan in de winkel

Slide 6 - Woordweb

Wat betekent LIFO?

Slide 7 - Open vraag

De voorraad die door meneer P. wordt geteld in de winkel (45 pakken luiers) wordt genoemd:
A
administratieve voorraad
B
noodvoorraad
C
werkelijke voorraad
D
levertijd

Slide 8 - Quizvraag

Hoe kan er een verschil zijn tussen werkelijke voorraad en administratieve voorraad

Slide 9 - Woordweb

HUISWERK CHECK
OPDRACHT 2 van 7.19

Slide 10 - Tekstslide

Wat is een WMS?
A
online voorraadsysteem
B
een warenhuisverkoper
C
de supermarkt voorraad
D
een magazijnmedewerker

Slide 11 - Quizvraag

Waarom is het handig dat een bedrijf een minimale voorraad heeft?

Slide 12 - Open vraag

OPSLAAN VAN GOEDEREN
Waar kun je goederen allemaal opslaan? Hoe doen jullie dat thuis?



Open magazijn
Magazijn
Gesloten magazijn

Slide 13 - Tekstslide

FIFO
LIFO

Slide 14 - Sleepvraag

Waar let je op als je goederen opslaat?

Slide 15 - Woordweb

Manier van stapelen?
OPDRACHT: Pak thuis een paar bekers/kopjes en ga een stapel maken. Wat is de beste manier om te stapelen? Wie maakt de hoogste stapel en wie de meest stabiele stapel?


Slide 16 - Tekstslide

Levensmiddelen
  1. Vervoeren van levensmiddelen: bijvoorbeeld bevroren vis in een gekoelde vrachtwagen met isolerende wanden.
  2.  Belangrijkst: volg de aanwijzingen op verpakking
  3. Welke methode bij levensmiddelen? Fifo of Lifo? 

Slide 17 - Tekstslide

DROGE GOEDEREN

Goederen op kamertemperatuur, zoals koekjes, rijst, koffie, beschuit etc.

Koelkast goederen

Koelkast op hoeveel graden maximaal?
Wat bewaar je in de koelkast?
  1.  vleeswaren, gebak, verse kaas, eieren en gesneden groenten 
  2. Producten na openen, gekoeld bewaren
  3.  In de winkel in de koeling? Thuis in de koeling

Slide 18 - Tekstslide

Huiswerk voor de laatste keer!
7.19

1a,b,c, & 3a,b,c

volgende week check huiswerk: huiswerk niet af, is toets herkansen in periode 2. In bufferweek opdrachten afronden (afspraak met docent) 7.18 en 7.19 helemaal af!

Slide 19 - Tekstslide