Geschiedenis

Jodenvervolging
1 / 14
volgende
Slide 1: Woordweb
GeschiedenisBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Jodenvervolging

Slide 1 - Woordweb

In deze les
-> Welke maatregelen nemen de nazi’s tegen de joden?
-> Wat betekent dat in het dagelijks leven?
-> Wie was Anne Frank?

Slide 2 - Tekstslide

Voor joden verboden

Slide 3 - Tekstslide

Voor Joden Verboden.
1. Ambtenaren moeten een niet-joodsverklaring tekenen.
2. Joodse ambtenaren worden ontslagen
3. Alle joden moeten zich aanmelden bij het bevolkingsregister
4. Alle joden krijgen een grote, zwarte J in hun persoonsbewijs.
5. Joden mogen niet meer met de tram, fiets. Mogen niet meer in de bioscoop en op het strand komen

Slide 4 - Tekstslide

De joden kregen een grote J in hun persoonsbewijs. Waarom denk je dat de Duitsers dat deden?

Slide 5 - Open vraag

Overal kwamen borden 'Voor Joden Verboden' te staan. waar mochten de joden niet meer komen?
A
in een café
B
in het park
C
in de bioscoop
D
bij niet-joodse mensen thuis

Slide 6 - Quizvraag

De jodenster

Slide 7 - Tekstslide

Stel, je moet een bepaald teken dragen. Zodat iedereen kan zien dat je bij een bepaalde groep hoort. Hoe zou jij je voelen?

Slide 8 - Open vraag

Alle scholen moesten doorgeven welke leerlingen joods waren en waar ze woonden. Bijna alle scholen werkten hier aan mee. Waarom deden ze dat denk je?
A
Ze waren bang voor de Duitsers
B
Ze bemoeiden zich liever niet met politiek
C
Ze hadden geen zin om iets te doen
D
Ze vonden het wel goed dat de joodse leerlingen naar een eigen school moesten

Slide 9 - Quizvraag

Wat was voor de joodse leerlingen het verschil met hun oude school?
A
Ze kregen alleen maar les over de joodse taal en cultuur
B
Er bleven steeds minder leerlingen over

Slide 10 - Quizvraag

Deportaties

Slide 11 - Tekstslide

Onderduiken

Slide 12 - Tekstslide

Anne Frank

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht
Maak een werkstuk over Anne Frank.

Hulpvragen:
Wie was Anne Frank?
Waarom is ze bekend geworden?
Waar zat ze ondergedoken?
Met wie was ze ondergedoken?
Wie waren de helpers?
Hoe is het afgelopen met Anne Frank?
 

Slide 14 - Tekstslide