Herhaling grammar unit 1

Today's planning
  1. Herhaling grammar:

    One/ones
    Present continuous
    WH-questions
    Word order- place and time
     
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Today's planning
  1. Herhaling grammar:

    One/ones
    Present continuous
    WH-questions
    Word order- place and time
     

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

pas de present continuous toe:
Josie (to edit) __________a new article for her e-magazine.

Slide 3 - Open vraag

We _____ (cycle) to school now

Slide 4 - Open vraag

the train (leave)____ the station

Slide 5 - Open vraag

my parents ___(read) the signs

Slide 6 - Open vraag

Wh-questions
Als je iets wilt vragen, kun je een zin beginnen met een vraagwoord.

Where do you come from?
where = waar
When does your lesson start?
when = wanneer
Why are you laughing?
why = waarom
How are you today?
how = hoe

Slide 7 - Tekstslide

Wh-questions
Als je iets wilt vragen, kun je een zin beginnen met een vraagwoord.

Who did this?
who = wie
Whose bag is this?
whose = van wie
What is your name?
what = wat
What colour do you like best?
what = welke
Which do you prefer?
which = welke

Slide 8 - Tekstslide

____ is that? -- That's Robert.
A
who
B
what
C
which
D
when

Slide 9 - Quizvraag

___do you travel? -- By car, mostly
A
why
B
how
C
who
D
when

Slide 10 - Quizvraag

___ are you leaving? -- I must visit my grandmother
A
which
B
who
C
how
D
why

Slide 11 - Quizvraag

___ do you leave for work? -- At 8 o'clock.
A
why
B
how
C
when
D
where

Slide 12 - Quizvraag

Grammar: one or ones
Vaak kun je een zelfstandig naamwoord vervangen door one wanneer je het herhaalt of wanneer je antwoord geeft op een vraag. 


Which skirt are you going to buy? 
The white one.
This new bag is black, 
my old one was green.
I like your bike,
did you buy a new one?

Slide 13 - Tekstslide

Grammar: one or ones
Bij meervoud gebruik je ones:
I’m going to buy new trainers because,
my old ones have holes in them.
These brown belts are cheaper 
than the black ones over there.
There are lots of jeans to choose from
Which ones do you like best?

Slide 14 - Tekstslide

I really like these red shoes, but I don’t like the green ___

A
one
B
ones

Slide 15 - Quizvraag

That’s my car over there. It’s the blue ___________
A
one
B
ones

Slide 16 - Quizvraag

John likes eating biscuits. Especially the chocolate
_______________
A
one
B
ones

Slide 17 - Quizvraag

Word order - place and time
In een Engelse zin komt een plaatsbepaling vóór een tijdsbepaling.

Plaats
Tijd
We can meet at the pool
at seven tonight.
Let’s meet in front of the hotel
at nine o’clock.

Slide 18 - Tekstslide

Place and time:
went / to the cinema / yesterday / Michael and I

Slide 19 - Open vraag

are going to meet us / in one hour / Katie and Michelle / at the party

Slide 20 - Open vraag

at the swimming pool / we / a good time / are going to have / tomorrow / !

Slide 21 - Open vraag

Wat vind je nog lastig?

Slide 22 - Woordweb

Welke onderwerp
vind je makkelijk?

Slide 23 - Woordweb

Vond je deze quiz nuttig?
Waarom wel/ waarom niet?

Slide 24 - Woordweb

Op een schaal van 1 tot 10.
Voel jij je goed voorbereid voor de toets?
010

Slide 25 - Poll