Les 8 Engels Flex - using ''to be'' and listening to the news

Engels
Flex les 8
Using ''to be''
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Engels
Flex les 8
Using ''to be''

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les:
  1. Weet je weer precies wat er in de vorige les aan bod is gekomen;
  2. Kun je in het kort vertellen/opschrijven wat je in een Engelstalig nieuwsitem hebt gehoord.
  3. Kun je kort vertellen wat het werkwoord ''to be'' inhoudt 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning:
  1. Terugblik op vorige les (10 minuten)
  2. Start theorie over ''to be'' (10 minuten)
  3. Zelfstandig aan de slag! (30 minuten)
  4. Pauze (5 minuten)
  5. Luisteren naar een nieuwsitem (25 minuten)
  6. Lesafsluiting (5 minuten)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog over de vorige les?

Slide 4 - Woordweb

Inventariseren wat de leerlingen nog weten van de vorige les Engels

Wat is een werkwoord?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoorden
(Verbs)
Het zijn woorden die iets doen, zoals:
- Lopen (to walk)
- Fietsen (to bike)
- Rennen (to run)

Welke werkwoorden ken jij nog?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Quiztime!
Weet jij welke vervoeging van het werkwoord ''to be'' je moet gebruiken?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je ''ik ben'' in het Engels?

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je ''jij bent'' in het Engels?

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je ''hij is'' in het Engels?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je ''zij is'' in het Engels?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je ''zij zijn'' in het Engels?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je ''jullie zijn'' in het Engels?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je ''het is'' in het Engels?

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik vind het werkwoord ''to be'' nog best moeilijk.
Mee eens
Niet mee eens

Slide 17 - Poll

Checken of extra uitleg over het onderwerp noodzakelijk is. 

Aan de slag!
Ga aan de slag met de oefenstencil die je hebt gekregen van je docent. 
timer
30:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pauze
5 minuten pauze :)
timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Listening
We gaan nu luisteren naar een nieuwsitem van BBC nieuws.
Tussendoor worden er enkele vragen gesteld, dus let goed op!

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:21
Wat is de reden van de sluiting van de vliegvelden?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

00:54
Moeten kinderen ook gevaccineerd worden, voordat zij mogen vliegen?
A
Kinderen moeten gevaccineerd zijn
B
Kinderen hoeven niet te vaccineren
C
Kinderen hoeven niet te vaccineren, maar wel getest worden.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:08
Waar gaan de mensen in de video naartoe?

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

02:45
Waar is de meneer in de video het meest blij mee?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

03:05
Naar hoeveel plekken wordt gevlogen volgens de man in de video?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

04:12
Omschrijf kort waar de man het in de video over heeft.

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stelling: ik vond dit een moeilijk oefening.
0100

Slide 28 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Klassenvraag
Wat heb je geleerd in deze les?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit heb je ook geleerd!
  1. Je weet weer wat vorige les aan bod is gekomen;
  2.  Je kunt kort vertellen wat je in een nieuwsartikel hebt gehoord;
  3. Je weet wat een werkwoord is;
  4. Je kent de basis van hoe je het werkwoord ''to be'' gebruikt.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies