Inbeslagname

Inbeslagneming 


Wie, wat, wanneer, waar
....etc....
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesBeroepsopleiding

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 1 min

Onderdelen in deze les

Inbeslagneming 


Wie, wat, wanneer, waar
....etc....

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen:
Na deze les:

Weet je wat inbeslagnemen is
Ken je de gronden voor inbeslagname
Ken je de procedure bij inbeslagname
Weet je wanneer de politie in beslag mag nemen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al van inbeslagneming?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Wat is inbeslagnemen:
Het onder je nemen of onder je gaan houden
(als je het al onder je had maar nog niet was inbeslaggenomen)
Van enig voorwerp
Ten behoeve van Strafvordering (=vatbaar zijn)
Doel: opsporing, vervolging of uitvoering op te leggen straf of maatregel.
Inbeslagname is een daad, je kan het niet alleen mededelen. Dus of feitelijk meenemen of label/verzegeling.





Slide 6 - Tekstslide

Opdracht:
Zoek op: wanneer is een goed vatbaar voor inbeslagname?
Waar staat dat?

Slide 7 - Open vraag

Waarheid aan het licht brengen: belastend en ontlastend bewijs
Wederrechtelijk verkregen voordeel: Wat heeft de verdachte overgehouden aan het strafbare feit?

Verbeurd verklaard of onttrokken aan verkeer: Verdachte krijgt spullen niet meer terug.

Verbeurd verklaard= door de staat verkocht en opbrengst is voor de staat. = bijkomende straf moet worden opgelegd door een rechter!  Spullen moeten wel een relatie met het strafbare feit hebben. Bv. Boot betaald met geld verkregen uit sf.
Onttrokken aan verkeer= vernietigd. Wordt uitgesproken door een rechter maar is geen straf. Kan dus ook bij vrijspraak!! Wapens, geld en drugs, geen terugkeer in maatschappelijk verkeer.




Slide 8 - Tekstslide

Als opsporingsambtenaar een voorwerp in beslag neemt, waarvan hij vermoedt dat het een relatie heeft met het gepleegde feit, maar dit blijkt later niet zo te zijn = rechtmatige inbeslagname!

Als opsporingsambtenaar voorwerp in beslag neemt terwijl hij/zij weet dat dit niet vatbaar was (geen relatie met gepleegde feit) = NIET rechtmatige inslagname.

Slide 9 - Tekstslide

Artikel 94 wetboek van Strafvordering:
Art 94 strafvordering:

Vatbaar voor inbeslagneming zijn alle voorwerpen die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of om wederrechtelijk verkregen voordeel, als bedoeld in artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht, aan te tonen.
2Voorts zijn vatbaar voor inbeslagneming alle voorwerpen welker verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer kan worden bevolen.

3Van de inbeslagneming van een voorwerp wordt, ook in geval de bevoegdheid tot inbeslagneming toekomt aan de rechter-commissaris of de officier van justitie, door de opsporingsambtenaar een kennisgeving van inbeslagneming opgemaakt. Zoveel mogelijk wordt aan degene bij wie een voorwerp is inbeslaggenomen, een bewijs van ontvangst afgegeven. De opsporingsambtenaar stelt de kennisgeving zo spoedig mogelijk in handen van de hulpofficier van justitie teneinde te doen beoordelen of het beslag moet worden gehandhaafd.



Slide 10 - Tekstslide

Opdracht in tweetallen:
Lees artikel 95 en 96 Strafvordering. 


Schrijf op plakvel!

Slide 11 - Tekstslide

Artikel 95 Strafvordering:


1 De opsporingsambtenaar die de verdachte staande houdt of aanhoudt, kan de voor inbeslagneming vatbare voorwerpen die de verdachte met zich voert, in beslag nemen.

2 Met betrekking tot het onderzoek aan of in het lichaam of het onderzoek aan de kleding van de aangehouden verdachte geldt artikel 56.


Wie hakt dit artikel in stukjes, zoek de elementen. Schrijf op het bord!


Slide 12 - Tekstslide

- De opsporingsambtenaar die de verdachte staande houdt of aanhoudt
- voor inbeslagneming vatbare voorwerpen 
- die de verdachte met zich voert, 
- in beslag nemen.

Met betrekking tot het onderzoek aan of in het lichaam of het onderzoek aan de kleding van de aangehouden verdachte geldt artikel 56 SV.

Wat wordt hiermee bedoeld, wat zijn de voorwaarden bij dit onderzoek aan lichaam/kleding?

Slide 13 - Tekstslide

- De opsporingsambtenaar die de verdachte staande houdt of aanhoudt
- voor inbeslagneming vatbare voorwerpen 
- die de verdachte met zich voert, 
- in beslag nemen.

Met betrekking tot het onderzoek aan of in het lichaam of het onderzoek aan de kleding van de aangehouden verdachte geldt artikel 56.
Ernstige bezwaren en aangehouden verdachte!
Niet bij staande gehouden verdachte

Slide 14 - Tekstslide

Art. 96 lid 1
Art. 96 SV:

1 In geval van ontdekking op heterdaad van een strafbaar feit of in geval van verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid, is de opsporingsambtenaar bevoegd de daarvoor vatbare voorwerpen in beslag te nemen en daartoe elke plaats te betreden. 
(niet doorzoeken!)


Wie hakt dit artikel in stukjes, zoek de elementen. Schrijf op het bord!

Slide 15 - Tekstslide

- In geval van ontdekking op heterdaad van een strafbaar feit 
of 
- in geval van verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid, (alleen lid 1?)
- is de opsporingsambtenaar bevoegd  
- vatbare voorwerpen 
- in beslag te nemen 
- daartoe elke plaats te betreden. Niet doorzoeken.

Slide 16 - Tekstslide

Wat denk jij dat het verschil is tussen betreden en doorzoeken?

Slide 17 - Open vraag

96 lid 2
2 De opsporingsambtenaar kan, in afwachting van de komst van de rechter of ambtenaar die bevoegd is ter inbeslagneming de plaats te doorzoeken, de maatregelen nemen die redelijkerwijs nodig zijn om wegmaking, onbruikbaarmaking, onklaarmaking of beschadiging van voor inbeslagneming vatbare voorwerpen te voorkomen. Deze maatregelen kunnen de vrijheid van personen die zich ter plaatse bevinden beperken.

= bevriezingsmaatregel.

Slide 18 - Tekstslide

Straks gaan jullie leren dat...
Doorzoeken ter inbeslagneming:
3 plaatsen:
96B SV: Vervoermiddelen -> Alle opsporingsambtenaren.
96C SV: Overige plaatsen (winkel, school, garage etc) -> (h)OvJ tenzij….
Woning en een kantoor geheimhouders -> alleen de RC!
Betreden en doorzoeken komt terug in een andere presentatie.



Slide 19 - Tekstslide

Straks gaan jullie leren dat.....
Inbeslagname obv de Opiumwet:
Alleen verdachte is voldoende -> SV: aangehouden of staande gehouden verdachte

Daarvoor vatbare voorwerpen -> SV: vatbare voorwerpen door de verdachte met zich gevoerd

Slide 20 - Tekstslide

We kijken samen even naar IBN in Stapel en De Koning (blz.395)

Lees zelf jet hele hoofdstuk door:  
Stapel/de Koning deel I, hoofdstuk 9: in beslag nemen en doorzoeken.
Bepaal of je het begrijp en stel leervragen!


Slide 21 - Tekstslide

Procedure bij inbeslagname:
KVI
Bewijs van ontvangst
Deponeren
Beslissing omtrent beslag
Teruggave

Slide 22 - Tekstslide

Uitlevering bevelen:
Lees artikel 96A SV.
Wat staat daar?

Slide 23 - Tekstslide

Teruggave:
Opdracht: Pak het gele boekje erbij. Zoek het artikel waarin de regels met betrekking tot teruggave staan.
Welke wet? Waarom?

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen:
Na deze les:

Weet je wat inbeslagnemen is
Ken je de gronden voor inbeslagname
Ken je de procedure bij inbeslagname
Weet je wanneer de politie in beslag mag nemen.
Wat heb je geleerd?           Hoe heb je geleerd?                      Wat kon anders deze les?

Slide 25 - Tekstslide