Week 6

WAW 
Een veilig pedagogisch klimaat

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

WAW 
Een veilig pedagogisch klimaat

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Periode 2
Week 1
Pedagogische vaardigheden voor kindgericht werken
Week 2
Pedagogische vaardigheden voor kindgericht werken
Week 3
Opvoeden: vaardigheden en stijlen
Week 4
Opvoeden: vaardigheden en stijlen
Week 5
Interactievaardigheden
Week 6
Interactievaardigheden
Week 7
Interactievaardigheden
Week 8
Presentaties Interactievaardigheden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Week 6 - Les 1
  • De student heeft kennis over de interactievaardigheden: sensitieve responsiviteit en respect voor autonomie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De zes interactievaardigheden 
Basale vaardigheden; 
  • Sensitieve responsiviteit 
  • Respect voor autonomie 
  • Structureren en leiding geven (grenzen stellen)

Educatieve vaardigheden; 
  • Praten en uitleggen
  • Ontwikkelingsstimulering 
  • Begeleiden van interacties 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waar gaat het bij interactievaardigheid sensitieve responsiviteit om?
A
Kinderen een gevoel van veiligheid geven
B
Kinderen een gevoel van afstoten geven
C
Kinderen een gevoel van eigenheid geven
D
Kinderen een gevoel van onveiligheid geven

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sensitieve responsiviteit 
Ieder mens heeft de behoefte om zich zowel fysiek als emotioneel veilig te voelen. Bij sensitieve responsiviteit gaat het erom kinderen een gevoel van veiligheid te geven. 



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Respect voor de autonomie 
Autonomie is het recht om zelf te bepalen wie je bent en
wat je doet (of niet doet). 

Respect voor de autonomie = 
  • Het kind de ruimte geven om zoveel mogelijk zelf te doen
      en zelf te ontdekken.
  • De inbreng van het kind positief waarderen. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Respect voor autonomie 
Lees bladzijde 173 in je boek en maak opdracht 9.03 en 9.04

Lees bladzijde 175 in je boek en maak
opdracht 9.07 individueel. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kinderparticipatie 
Wat zou dit kunnen betekenen? Waar denk je aan bij kinderparticipatie? 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kinderparticipatie 
  • Kinderparticipatie betekent dat kinderen een stem hebben in allerlei zaken die hen direct aangaan.
  • Het programma, de inrichting, de groepsregels, en het eten. 
  • Is veel meer dan kinderen die samen bedenken wat ze graag willen doen.
  • Kinderen kunnen ook betrokken zijn bij de uitvoering van de ideeën. 

Samen: denken, beslissen, meedoen en verantwoordelijkheid zijn. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Lesopdracht 
Maak een koppeling naar de praktijk en bedenk activiteiten die je kan inzetten op je stage om kinderparticipatie te vergroten. 

  • Wat doen ik al op stage?
  • Wat kan beter? 
  • Welke voorbeelden kan ik meenemen? 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken aan de toetsing 
Is voor iedereen de toetsing helder? 

  • Maak opdracht 9.09 op bladzijde 177. 
Klaar? Laat het even zien aan mij en daarna kan je aan de slag met het maken van de poster voor de interactievaardigheid 'respect voor autonomie'. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting 
Lees voor morgen alvast; paragraaf 9.4.3 (structureren en leiding geven) op bladzijde 178 en paragraaf 9.4.4 (praten en uitleggen).
Huiswerkopdracht interactievaardigheden stage (Its-learning - WAW - stageopdracht interactievaardigheden).

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAW 
Een veilig pedagogisch klimaat

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Periode 2
Week 1
Pedagogische vaardigheden voor kindgericht werken
Week 2
Pedagogische vaardigheden voor kindgericht werken
Week 3
Opvoeden: vaardigheden en stijlen
Week 4
Opvoeden: vaardigheden en stijlen
Week 5
Interactievaardigheden
Week 6
Interactievaardigheden
Week 7
Interactievaardigheden
Week 8
Presentaties Interactievaardigheden

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

STAGE
OPDRACHT

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen 
De student heeft kennis over de interactievaardigheden: structureren en leiding geven en praten en uitleggen. 

Hoofdstuk 9 - interactievaardigheden-
paragraaf 9.4.3 structureren en leiding geven en 
paragraaf 9.4.4 praten en uitleggen. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreek in tweetallen; 
Wat is het verschil tussen een gewoonte en een ritueel? 


Beantwoordt daarna de onderstaande vragen; 
  • Noem drie voorbeelden van rituelen die bij jou thuis gelden?
  • Wat zijn de leukste en meest zinvolle rituelen bij jullie in de groep/klas?
  • Wat is het effect hiervan op de kinderen?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Structureren en leiding geven 
Structuur en ordening geven een kind houvast en vergroten het gevoel van veiligheid en zekerheid. 

  • Wat zijn belangrijke punten voor jou als onderwijsassistent om rekening     mee te houden? 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij structuur en leiding geven horen: 
  • Een overzichtelijk en voorspelbaar dagprogramma;
  • Overzichtelijk materiaal opbergen en de ruimte indelen;
  • Rituelen;
  • Een beperkt aantal duidelijke (positieve)regels; 
  • Versterken van gewenst gedrag;
  • De ik-boodschap; 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praten en uitleggen 
Als onderwijsassistent is het belangrijk dat je regelmatig met kinderen praat en dat je je taalgebruik afstemt op de mogelijkheden van het kind. 

  • Waarom is dit voor jou als onderwijsassistent belangrijk? 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praten en uitleggen 
Er zijn verschillende manieren waarop je gesprekjes met kinderen kunt voeren; 

  • Speel- praten;
  • Doen- praten;
  • Denk- praten; 



Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesopdracht

Slide 29 - Tekstslide

Er worden groepen gemaakt van 2 a 3 personen. Iedere groep krijgt een andere oefening met betrekking tot de verschillende manieren waarop zij in gesprek kunnen met hun leerlingen. 
Werken aan de toetsing 
Is voor iedereen de toetsing helder? Bekijk de PP van lesweek 6 waarin de uitleg staat beschreven.

Maak opdracht 9.12 op bladzijde 182.
Klaar? Laat het even zien aan mij en daarna kan je aan de slag met het maken van de poster voor de interactievaardigheid 'structureren en leiding geven' en 'praten en uitleggen'. 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting van de les 
Lees voor volgende week; paragraaf 9.4.5 (ontwikkelingsstimulering) op bladzijde 182 en paragraaf 9.4.6. (begeleiden van interacties).
Huiswerkopdracht interactievaardigheden stage (Its-learning - WAW - stageopdracht interactievaardigheden).

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies