Seksuele vorming 2 - Anticonceptie - H2

SEKSUELE VORMING 2
ANTICONCEPTIE EN ZWANGERSCHAP
2. ZWANGERSCHAP

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapsonderwijsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

SEKSUELE VORMING 2
ANTICONCEPTIE EN ZWANGERSCHAP
2. ZWANGERSCHAP

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Maak opdracht 1
bladzijde 20 t/m 22

Slide 4 - Tekstslide

VRIJEN
Bladzijde 2

Slide 5 - Tekstslide


Wat is waar?
A
Zaadcellen zoeken naar een eicel in de vagina.
B
De eisprong is 1 keer in de 2 weken.
C
Na de eerste keer seks ga je menstrueren.
D
Bij een zaadlozing komen zaadcellen uit de penis van de man.

Slide 6 - Quizvraag

Maak opdracht 2
bladzijde 23

Slide 7 - Tekstslide

ZWANGER WORDEN
Bladzijde 23 en 24

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video


Wat is bevruchting?
A
Een zaadcel gaat een eicel in.
B
Een embryo groeit uit tot een foetus.
C
Een eicel wordt rijp in de eierstok.
D
De baarmoederwand wordt dikker.

Slide 11 - Quizvraag

Maak opdracht 3 en 4
bladzijde 25

Slide 12 - Tekstslide

OVER TIJD
Bladzijde 26

Slide 13 - Tekstslide

Wel of niet zwanger? 
Positief of negatief?

Slide 14 - Tekstslide

Maak opdracht 5 en 6
bladzijde 27 en 28

Slide 15 - Tekstslide

WAT ALS JE ZWANGER WILT WORDEN?
Bladzijde 28 en 29

Slide 16 - Tekstslide

In deze voedingsmiddelen zit veel folimzuur. 
Welke voedingsmiddelen zijn dat?

Slide 17 - Tekstslide

Maak opdracht 7 en 8
bladzijde 28 t/m 30

Slide 18 - Tekstslide

ALS ZWANGER WORDEN NIET LUKT
Bladzijde 31

Slide 19 - Tekstslide

Leg uit aan de klas wat het betekent.

Slide 20 - Tekstslide

Maak opdracht 9 t/m 11
bladzijde 32 en 33

Slide 21 - Tekstslide

ERFELIJKE EIGENSCHAPPEN
Bladzijde 33

Slide 22 - Tekstslide

v
Erfelijke eigenschappen

Slide 23 - Woordweb

Maak opdracht 12
bladzijde 34

Slide 24 - Tekstslide

Wat heb je nog niet goed begrepen? 
Stel er een vraag over.

Slide 25 - Tekstslide

Maak opdracht 13
bladzijde 35

Slide 26 - Tekstslide