Tekstverbanden 2 vwo

Tekstverbanden 2 vwo
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Tekstverbanden 2 vwo

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een tekstverband?
A
Alle kernzinnen bij elkaar
B
Samenhang tussen woorden, zinnen en alinea's
C
Het onderwerp van een tekst uitgelegd
D
Een ander woord voor een conclusie

Slide 3 - Quizvraag


Zoek tekstverband:
Vroeger hield hij van pasta, tegenwoordig houdt hij meer van pizza.n.
A
opsomming
B
tegenstelling
C
chronologie
D
toelichting

Slide 4 - Quizvraag


Zoek tekstverband:
Hij heeft geen zin, dus hij gaat niet mee.
A
argument
B
conclusie

Slide 5 - Quizvraag

Kortom, dit was de herhaling over tekstverbanden en signaalwoorden.

Wat is het tekstverband?
A
Doel-middelverband
B
Vergelijkend verband
C
Samenvattend verband
D
Concluderend verband

Slide 6 - Quizvraag

Tekstverbanden, het signaalwoord 'maar' hoort bij een .......tekstverband
A
opsommend
B
voorbeeldgevend
C
tegenstellend
D
redengevend

Slide 7 - Quizvraag


Zoek tekstverband:
Hij houdt van pannenkoeken, maar niet van pizza.n.
A
opsomming
B
tegenstelling
C
tijdsvolgorde
D
uitleggend

Slide 8 - Quizvraag

Wat is 'al met al' voor tekstverband?
A
een doel-middelverband
B
een voorwaardelijk verband
C
een toegevend verband
D
een samenvattend verband

Slide 9 - Quizvraag

Signaalwoorden van tegenstelling
Signaalwoorden van opsomming
Signaalwoorden van chronologie
Signaalwoorden van voorbeeld/
toelichting
maar
ook
ten eerste
toch
echter
en
bovendien
zoals
bijvoorbeeld
toen
als eerste
ten slotte
evenwel

Slide 10 - Sleepvraag



Signaalwoorden van tegenstelling


Signaalwoorden van voorbeeld


Signaalwoorden van opsomming
zo
maar
en
ten eerste
zoals
toch

Slide 11 - Sleepvraag

Signaalwoord
Geen signaalwoord
 
   ook

   aan

  word

   zo

  door

  slecht

Slide 12 - Sleepvraag

Signaalwoord 
       tijd
Signaalwoord  
conclusie
Signaalwoord
doel-middel
Intussen
Daarmee
Dus
Daarna
Tijdens 
Daartoe
Met de bedoeling 
Vandaar

Slide 13 - Sleepvraag

VERWIJSWOORDEN
SIGNAALWOORDEN
Omdat
Hoewel
Die
zij

Slide 14 - Sleepvraag

Tekstverbanden en signaalwoorden ...
snap ik goed
maak ik me niet druk om
moet ik nog beter oefenen
blijf ik lastig vinden
anders ...

Slide 15 - Poll