Bloedsomloop 15 feb
1 / 16
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop
Slide 3 - Quizvraag
7. Hoe noemen we dit probleem?
A
hartinfarct
B
opstopping
C
trombose
D
klont cellen
Slide 4 - Quizvraag
Welke type bloedvaten zijn er?
A
Slagaders en aders
B
Slagaders, aders en dunnevaten
C
Slagaders, aders en vaatbundels
D
Slagaders, aders en haarvaten
Slide 5 - Quizvraag
Bekijk de afbeelding. Koppel het juiste bloedvat aan het juiste nummer.
2
3
4
Slagader
Haarvaten
Ader
Slide 6 - Sleepvraag
Welke bloedcellen maken antistoffen?
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen
C
Bloedplaatjes
Slide 7 - Quizvraag
1. Welke bloedcellen vervoeren zuurstof?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
rode bloedcellen en bloedplaatjes
D
bloedplaatjes
Slide 8 - Quizvraag
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop
Slide 9 - Quizvraag
Vissen hebben een
A
Enkelvoudige gesloten bloedsomloop
B
Enkelvoudige open bloedsomloop
C
Dubbele gesloten bloedsomloop
D
Dubbele open bloedsomloop
Slide 10 - Quizvraag
20. Wat is de stroomrichting van de kleine bloedsomloop?
1.
2
3.
4.
5.
Rechterkamer
Longslagader
Longen
Longader
Linkerboezem
Slide 11 - Sleepvraag
Kleine bloedsomloop
linker
boezem
linker
longader
linker
long
slagader
haarvaten
rechter
long
rechter
kamer
Slide 12 - Sleepvraag
Waaraan kan je witte bloedcellen herkennen?
Slide 13 - Open vraag
Grote bloedsomloop
Kleine bloedsomloop
1. Rechterkamer
2.
3.
4.
5.
6. Linkerkamer
7.
8.
9.
10.
Linkerboezem
Longaders
Longen
Aorta
Longslagaders
Rechterboezem
Holle aders
