MXL - Week 25

• NT2
• ISK

MXL

Les 19 juni

Mevrouw Vivan

vandaag

19 juni

Tekst lezen en vragen maken, maar eerst:

                                                     

                                         

Welke opleiding ga jij doen?

Waarom wilde 

je nog les tot 

de zomer?

Wat vind je 

leuk aan de Nederlandse taal?

Wat vind je moeilijk aan de Nederlandse taal?

vandaag

18 juni

vier tekstsoorten: informatief, instructie, betoog, amuseren

betoog: argumenten, tegenargumenten

tekst: alinea's, inleiding, kern en slot

Lees de tekst: 10 minuten

Markeer woorden die je niet kent

Klaar? We bespreken de tekst en lezen voor 

Vragen maken

Bespreken, vooral vraag 4

Wat is jullie mening? > vertel over Bokito

                                                     

                                         

Bokito, 2007, Rotterdam

Lees de tekst

&

Markeer woorden die je niet kent

Klaar met lezen? Zoek de betekenis van de woorden op: 

MXL

Les 20 juni

Mevrouw Vivan

vandaag

20 juni

1 Grammatica: zullen en zouden + moeilijk werkblad

2 Betoog met vragen B1: lezen in jouw groepje en presentatie voorbereiden

                                               

3 Presentatie geven over de tekst, per groepje

                                   

G

R

A

M

M

A

T

I

C

A

Grammatica: zullen en zouden

Zullen gebruik je om een voorstel of een belofte te doen.

Zullen is een onregelmatig werkwoord. 

De klinker 'u' verandert als je het woord gebruikt in enkelvoud.

enkelvoud

Ik zal

Jij zal

Hij/zij/u zal

meervoud

Wij zullen

Jullie zullen

Zij zullen

zullen in de tegenwoordige tijd

het is een hulpwerkwoord

dus het is altijd samen met een ander werkwoord 

er bestaat geen voltooide tijd

dus 'gezuld' bestaat niet

Grammatica: zullen en zouden

Zullen gebruik je om een voorstel of een belofte te doen.

 

Een voorstel doen

Zal ik op jou wachten?

Een belofte doen

Ik zal op jouw wachten.

'Zal ik u helpen oversteken?'

1. belofte
2. voorstel

'Zullen wij de bladeren opvegen?'

1. belofte
2. voorstel

'Hij zal nooit door rood fietsen'

1. belofte
2. voorstel

'Zal ik thee voor jou inschenken?'

1. belofte
2. voorstel

'Ik zal jou eeuwig trouw blijven'

1. belofte
2. voorstel

Grammatica: zullen en zouden

De verleden tijd van zullen is zouden. 

Zouden gebruik je voor verschillende betekenissen. 

Je gebruikt het altijd samen met een of meerdere andere werkwoorden.

enkelvoud

Ik zou

Jij zou

Hij/zij/u zou

meervoud

Wij zouden

Jullie zouden

Zij zouden

zullen in de verleden tijd

er is geen voltooide tijd van zullen.

'gezuld' bestaat dus niet.

Grammatica: zullen en zouden

De verleden tijd van zullen is zouden. 

Zouden gebruik je voor verschillende betekenissen. Je leert er vijf.

Je gebruikt het altijd samen met een of meerdere andere werkwoorden.

Betekenis 1: een vriendelijke vraag of een verzoek

'zou jij even op mij willen wachten?'

Grammatica: zullen en zouden

De verleden tijd van zullen is zouden. 

Zouden gebruik je voor verschillende betekenissen. Je leert er vijf.

Je gebruikt het altijd samen met een of meerdere andere werkwoorden.

Betekenis 1: een vriendelijke vraag of een verzoek

'zou jij even op mij willen wachten?'

Betekenis 2: een wens of iets dat je graag wilt

'ik zou willen dat de zon schijnt'

Grammatica: zullen en zouden

De verleden tijd van zullen is zouden. 

Zouden gebruik je voor verschillende betekenissen. Je leert er vijf.

Je gebruikt het altijd samen met een of meerdere andere werkwoorden.

Betekenis 1: een vriendelijke vraag of een verzoek

'zou jij even op mij willen wachten?'

Betekenis 2: een wens of iets dat je graag wilt

'ik zou willen dat de zon schijnt'

Betekenis 3: vertellen over een droom of fantasie  

'als ik een rijbewijs had, dan zou ik met de auto naar school gaan'

'Zou jij de band op willen pompen?'

1. vriendelijke vraag
2. wens
3. droom of fantasie

'Ik zou willen dat de winkel open was'

1. vriendelijke vraag
2. wens
3. droom of fantasie

'Ik zou willen dat ik kon vliegen'

1. vriendelijke vraag
2. wens
3. fantasie of wens

'Zou jij de winkel open willen doen?'

1. vriendelijke vraag
2. wens
3. fantasie of droom

'Als ik een superkracht kon hebben, dan zou ik willen vliegen'

1. vriendelijke vraag
2. wens
3. fantasie of droom

'Zou jij de deur op slot kunnen doen?'

1. vriendelijke vraag
2. wens
3. fantasie of droom

'Als ik veel geld had, dan zou ik een huis kopen'

1. vriendelijke vraag
2. wens
3. fantasie of droom

Grammatica: zullen en zouden

De verleden tijd van zullen is zouden. 

Zouden gebruik je voor verschillende betekenissen. Je leert er vijf.

Je gebruikt het altijd samen met een of meerdere andere werkwoorden.

Betekenis 1: een vriendelijke vraag of een verzoek

'zou jij even op mij willen wachten?'

Betekenis 2: een wens of iets dat je graag wilt

'ik zou willen dat de zon schijnt'

Betekenis 3: vertellen over een droom of fantasie  

'als ik een rijbewijs had, dan zou ik met de auto naar school gaan'

Betekenis 4: als je boos bent omdat iemand zijn belofte niet heeft gedaan (verwijt)

'jij zou het aan de docent vragen!'

Grammatica: zullen en zouden

De verleden tijd van zullen is zouden. 

Zouden gebruik je voor verschillende betekenissen. Je leert er vijf.

Je gebruikt het altijd samen met een of meerdere andere werkwoorden.

Betekenis 1: een vriendelijke vraag of een verzoek

'zou jij even op mij willen wachten?'

Betekenis 2: een wens of iets dat je graag wilt

'ik zou willen dat de zon schijnt'

Betekenis 3: vertellen over een droom of fantasie  

'als ik een rijbewijs had, dan zou ik met de auto naar school gaan'

Betekenis 4: als je boos bent omdat iemand zijn belofte niet heeft gedaan (verwijt)

'jij zou het aan de docent vragen!'

Betekenis 5: een advies geven

'ik zou een paraplu meenemen'

'Jij zou toch de afwas doen!'

1. verwijt
2. advies

'Als ik jou was, dan zou ik stoppen met roken'

1. verwijt
2. advies

'Jij zou het brood toch in de koelkast doen!'

1. verwijt
2. advies

'Wat is je huis vies. Ik zou zo snel mogelijk de afwas doen'

1. verwijt
2. advies

'Oei, ik zou het brood niet opeten!'

1. verwijt
2. advies

vandaag

20 juni

1 Grammatica: zullen en zouden + moeilijk werkblad

2 Betoog met vragen B1: lezen in jouw groepje en presentatie voorbereiden

                                               

3 Presentatie geven over de tekst, per groepje

                                   

Veel leerlingen vinden het moeilijk om vroeg op school te zijn. Er zijn goede redenen om de schooldag later te laten beginnen

Beter concentreren

Ten eerste hebben jongeren meer slaap nodig om goed te kunnen leren. Als de school pas om 10 uur begint, kunnen leerlingen langer slapen. Dit helpt hen om beter te concentreren en minder moe te zijn in de les.

Reizen in het ov

Ten tweede kan een latere start zorgen voor minder drukte in het openbaar vervoer. Veel mensen reizen in de ochtend naar hun werk, en scholieren reizen tegelijkertijd. Door de school later te laten beginnen, wordt de ochtendspits minder druk.

Later klaar 

Een tegenargument is dat een latere start betekent dat de schooldag later eindigt. Dit kan lastig zijn voor leerlingen die na school huiswerk willen maken of sporten. Maar met een goed rooster en planning kunnen leerlingen hun vrije tijd nog steeds goed benutten.

Conclusie

Een latere schoolstart kan dus zorgen voor betere concentratie en minder drukte, zonder grote nadelen. Misschien is het tijd om dit te proberen.

SCHOOLDAG

a

b

c

d

e

Lees de tekst. Vertel voor de klas:

> Wat is de stelling? (staat in de inleiding)

> Wat zijn de argumenten?

> Wat is het tegenargument?

> Wat is jullie mening?