4.1 Een stroomkring maken

NaSk (Natuur- en scheikunde 
  • Mobieltjes in de bak
  • Ga rustig op je eigen plek zitten
  • Boeken op tafel
  • Computer opstarten met lesson up
  • Tassen op de grond
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

NaSk (Natuur- en scheikunde 
  • Mobieltjes in de bak
  • Ga rustig op je eigen plek zitten
  • Boeken op tafel
  • Computer opstarten met lesson up
  • Tassen op de grond

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
4.1.1 Je kunt uitleggen hoe je een gesloten stroomkring maakt.
4.1.2 Je kunt het verschil tussen geleiders en isolatoren beschrijven.
4.1.3 Je kunt een aantal geleiders en isolatoren noemen.
4.1.4 Je kunt uitleggen op welke manier je de stroomsterkte meet.
4.1.5 Je kunt beschrijven wat een elektrische stroom is.

Slide 2 - Tekstslide

Kijkersvraag ???
Welke onderdelen/materialen zijn er nodig om een gesloten stroomkring te maken?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wanneer loopt er elektrische stroom ?

Slide 5 - Tekstslide

Maak nu een zelf een gesloten stroomkring
Gebruik hiervoor je link die in de teams-tegel van NaSk staat.

SLUIT JE LESSON-UP NIET AF !!!!

Slide 6 - Tekstslide

Hoe werkt een drukschakelaar?

Slide 7 - Tekstslide

Geleiders
Sommige materialen laten elektriciteit door. Zo'n materiaal noemen we een geleider.  

Alle metalen zijn goede geleiders. Veel gebruikte geleiders zijn koper, ijzer, tin en staal. Maar ook andere metalen zoals aluminium, zilver, goud en kwik geleiden elektriciteit goed. 


Geleiders laten elektriciteit goed door

Slide 8 - Tekstslide

Isolatoren
Bijna alle andere materialen laten elektriciteit niet makkelijk door. 


Dit noemen we een isolator. 


Voorbeelden van isolatoren zijn hout, plastic, rubber, glas, keramiek, steen en vooral lucht.
Isolatoren laten geen elektriciteit door

Slide 9 - Tekstslide

Isolator en geleider

Slide 10 - Tekstslide

Welke materialen geleiden de stroom?
  1. Geldbiljet
  2. paperclip
  3. munt
  4. gummetje
  5. potlood
  6. hand
  7. hond 

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
4.1.1 Je kunt uitleggen hoe je een gesloten stroomkring maakt.
4.1.2 Je kunt het verschil tussen geleiders en isolatoren beschrijven.
4.1.3 Je kunt een aantal geleiders en isolatoren noemen.
4.1.4 Je kunt uitleggen op welke manier je de stroomsterkte meet.
4.1.5 Je kunt beschrijven wat een elektrische stroom is.

Slide 12 - Tekstslide

Vragen ?

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag !!
  • Lees de lesstof nogmaals door en maak de bijbehorende opdrachten. Opdracht 1 t/m 13 blz. 140 t/m 146.
  • Je mag alleen RUSTIG overleggen met je buurman/buurvrouw.
  • JE KRIJGT HIERVOOR 15 MINUTEN DE TIJD !!!!
  • Als je eerder klaar bent ga je RUSTIG iets voor jezelf doen, NIET op je telefoon.

Slide 14 - Tekstslide