6.8 verspreiding van zaden

Thema 6: Voortplanting bij planten en dieren
Basisstof 7: Verspreiding van zaden
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 6: Voortplanting bij planten en dieren
Basisstof 7: Verspreiding van zaden

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Je herkent aan de vorm en kenmerken van een vrucht of zaad hoe deze wordt verspreid (bijvoorbeeld door de wind, dieren of water).
2. Je kunt bij afbeeldingen van planten of hun vruchten/zaden uitleggen welke manier van verspreiding daarbij hoort, en waarom.


Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
1.Je herkent aan de vorm en kenmerken van een vrucht of zaad de bijbehorende verspreidingswijze.

2.Je legt aan de hand van afbeeldingen uit op welke manier een plant, vrucht of zaad wordt verspreid en waarom.

Slide 3 - Tekstslide

Aandachtsrichter
🧠 Aandachtsrichter – Hoe laat een plant zich ‘meenemen’?
Planten kunnen niet lopen of vliegen, maar toch reizen hun zaden soms kilometers ver. Hoe dan?
Aardbei                Paardenbloem   klit                               Springzaad

Slide 4 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voorplanting
Zaadplanten kunnen zich ook voortplanten zonder bevruchting. Een deel van de plant groeit dan uit tot een nieuwe plant. 


Slide 5 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voorplanting
  • voorplanting zonder bevruchting
  • identieke nakomelingen (klonen)
  • Voortplanting door delen
  • Zelfde erfelijke materiaal
  • normale celdeling

Slide 6 - Tekstslide

Welke vorm van ongeslachtelijke voorplanting zie je?

Slide 7 - Tekstslide

💥 Starter: Zaad dat springt!
Link:https://www.youtube.com/watch?v=pgMra1ZGjJ0 

🎬 Bekijk het filmpje zien van springzaad dat ‘explodeert’ bij aanraking.
Vraag: “Waarom zou deze plant haar zaden wegschieten?”

Slide 8 - Tekstslide

Hoe worden
zaden verspreid?

Slide 9 - Woordweb

Soorten verspreiding
Zaden worden verspreid over een groot gebied = effectief. 
Ze komen dan niet allemaal op dezelfde plek terecht, waardoor er meer zaden op verschillende plaatsen kunnen kiemen.
  • Verspreiding door de plant zelf
  • Verspreiding door de wind
  • Verspreiding door dieren 

Slide 10 - Tekstslide

Verspreiding door de plant zelf
Vruchten zorgen ervoor dat zaden worden verspreid.

Sommige planten schieten of slingeren de zaden weg.

Vb.: De vrucht springt open -> zaden worden weggeslingerd door de kracht waarmee dit gebeurt. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Verspreiding door de wind
Veel vruchten en zaden zijn klein -> worden door de wind verspreid. 
Deze hebben vaak hulpmiddelen waarmee ze lang in de lucht kunnen blijven zweven. 

Denk aan pluisjes of vleugels. 

Slide 13 - Tekstslide

Paardenbloem
Bij een paardenbloem blaas je (of waaien) de vruchten met daarin de zaden van de bloem weg. 

De vrucht zit om het zaadje, is klein gebleven en heeft geen vruchtvlees.

Iedere vrucht heeft een pluisje, waardoor hij blijft zweven. 

Slide 14 - Tekstslide

Esdoorn, Berk of Linde

De zaden van deze bomen hebben vleugels. 

Daardoor blijven ze lang in de lucht zweven en "vliegen" ze ver weg. 

Slide 15 - Tekstslide

Verspreiding door dieren
Er zijn ook planten waarbij de dieren zorgen voor verspreiding. Veel van deze planten hebben sappig vruchtvlees. 

Vogels eten deze vruchtjes graag. Het vruchtvlees wordt verteerd, maar de zaden niet. De zaden worden weer uitgepoept en worden zo verspreid. 

Slide 16 - Tekstslide

Verspreiding door dieren
Eekhoorns en gaaien leggen wintervoorraden aan van eikels of beukennootjes. 

Als de verstopplaats niet weer gevonden kan worden, worden ze niet opgegeten en kunnen weer kiemen in de opslagplaats. 

Slide 17 - Tekstslide

Verspreiding door dieren








Sommige planten hebben vruchten met haakjes. Ze blijven haken aan de vacht van een dier of aan de schoenen of kleding van een mens. Ze vallen er af en blijven dan liggen.

Slide 18 - Tekstslide

Verspreiding door dieren













Sommige dieren leggen een wintervoorraad aan. Bijv. van eikels en beukenootjes. De voorraad wordt niet allemaal teruggevonden of gebruikt. Uit de zaden die niet gebruikt worden kunnen nieuwe planten ontstaan.

Slide 19 - Tekstslide

Vruchten met kleine haakjes
Sommige planten hebben vruchten met kleine haakjes. Deze blijven makkelijk hangen aan de vacht van een dier, kleding van mensen of onder je schoenzolen.

Zaden vallen er ergens anders weer af, waardoor ze verspreid zijn naar andere plekken. 

Slide 20 - Tekstslide

Noem 3 manieren van verspreiding zaden:

Slide 21 - Open vraag

Let op!
Bestuiving gaat over stuifmeelkorrels die worden verspreid, zodat ze op een stamper terecht kunnen komen. Dan kan er bevruchting plaatsvinden.

Verspreiding gaat over het verspreiden van zaden, die dus na de bevruchting gevormd worden. 

Slide 22 - Tekstslide

Zelfstandig werkzaamheid
groep 1
groep 2
Maken § 6.7 Verspreiding van vruchten en zaden.

Opdrachten: 1, 2 en 3

Leerlingen: instructie tafel 
Jessie, Chaim, Nick en Dylan
Tijd: 15 min werktijd

Maken § 6.7 Verspreiding van vruchten en zaden.

Opdrachten: 1, 2, 3 en 4

Tijd: 15 min werktijd



Slide 23 - Tekstslide

Leerdoelen
1. Je herkent aan de vorm en kenmerken van een vrucht of zaad hoe deze wordt verspreid (bijvoorbeeld door de wind, dieren of water).
2. Je kunt bij afbeeldingen van planten of hun vruchten/zaden uitleggen welke manier van verspreiding daarbij hoort, en waarom.


Slide 24 - Tekstslide

Aflsluiting les: Spel
De groep wordt verdeeld in twee teams. De docent gooit de bal naar een teamlid
                                    Vraag beantwoorden = punten verdienen:
1 punt: kennisvraag
2 punten: kennisvraag in een andere context
3 punten: inzichtsvraag
Geen goed antwoord? Dan mag een teamgenoot antwoorden
Weet die het ook niet → tegenpartij krijgt de beurt Team met de meeste punten wint
📌 Tot slot:
Je krijgt een post-it waarop je noteert:
Wat neem jij mee uit deze les en waar zou je de volgende keer nog verder op in willen gaan? 

Slide 25 - Tekstslide