It smells like honey.
It often rains here, as it does in Britain.
Je kunt as en like gebruiken om vergelijkingen te maken. Je vertaalt deze woorden met ‘net als’.
She sings like a bird.
Your brother looks like you.
Je gebruikt like voor zelfstandig naamwoorden en persoonlijke voornaamwoorden.
We often drink tea, as they do in China.
As in 2014, the band won the award for ‘best album’.
Je gebruikt as voor bijzinnen en in combinatie met voorzetsels.