§1.4 Piramide en prisma
1 / 29
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Hoeveel gebogen vlakken heeft een cilinder?
A
0
B
1
C
2
D
3
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel platte vlakken heeft een bol?
A
0
B
1
C
2
D
3
Slide 6 - Quizvraag
Hoe noemen we het gele gedeelte in de kubus?
A
Ribbe
B
Zijvlak
C
Hoekpunt
D
Ondergrondje
Slide 7 - Quizvraag
Hoe noem je het groene gedeelte in de kubus?
Slide 8 - Open vraag
Hoeveel ribben komen bij elkaar in een hoekpunt?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 9 - Quizvraag
Hoeveel diagonalen heeft een rechthoek?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 10 - Quizvraag
Hoeveel hoekpunten heeft een balk?
A
4
B
6
C
8
D
10
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel ribben heeft een balk
A
4
B
8
C
10
D
12
Slide 12 - Quizvraag
Waarom heeft een cilinder geen letters zoals bij een kubus of balk?
A
Omdat de cilinder daar te groot voor is.
B
Omdat ze anders teveel namen moesten bedenken.
C
Omdat een cilinder geen hoeken heeft.
D
De letters waren op.
Slide 13 - Quizvraag
Wat voor figuur is de cilindermantel in de uitslag?
A
Cirkel
B
Rechthoek
C
Driehoek
D
Sterretje
Slide 14 - Quizvraag
De diameter van een cirkel is 14 cm. Hoe lang is de straal?
A
7 cm
B
28 cm
C
3,5 cm
D
21 cm
Slide 15 - Quizvraag
De straal van een cirkel is 8 meter.
Hoe lang is de diameter?
Hoe lang is de diameter?
A
4 meter
B
12 meter
C
16 meter
D
24 meter
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Lesdoelen:
Ik weet wat een piramide en prisma zijn.
Ik kan een driehoek tekenen met behulp van een passer.
