Par 4.2 De val van de Muur

Par 4.2 De val van de Muur
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Par 4.2 De val van de Muur

Slide 1 - Tekstslide

Lezen
Blz 124, De val van de Muur.

Slide 2 - Tekstslide

Quiz
Maar eerst gaan we kijken wat jullie nog weten van de vorige lessen.. 

Slide 3 - Tekstslide

Welk land had er als eerst een mens in de ruimte?
A
China
B
Sovjet-Unie
C
Duitsland
D
VS

Slide 4 - Quizvraag

Welk land krijgt geen bezettingszone in Duitsland na WOII?
A
Sovjet-Unie
B
Spanje
C
VS
D
Frankrijk

Slide 5 - Quizvraag

Zet in chronologische volgorde
1
2
3
4
Vietnamoorlog
Conferentie van Potsdam
Bezetting Duitsland
Korea-oorlog

Slide 6 - Sleepvraag

Wat betekent glasnost?
A
Openheid (meer vrijheid van meningsuiting)
B
Openheid (in privéleven)
C
Openheid (naar andere landen toe)
D
Openheid (meer met het westen gaan werken)

Slide 7 - Quizvraag

Waarom was Gorbatsjov niet populair in zijn eigen land?
A
Door de planeconomie af te schaffen
B
Doordat hij net zo hard regeerde als Stalin
C
Door de glasnost kwam er veel kritiek op de leiders van het land
D
Door de slechte situatie in zijn eigen land

Slide 8 - Quizvraag

Mindmap
Pen en schrift op tafel, we gaan een mindmap maken over deze paragraaf. 

Slide 9 - Tekstslide

Protesten
In het Oostblok ging het economisch niet goed.
De industrie was verouderd.
De economie kwam in de rode cijfers terecht.

Slide 10 - Tekstslide

Gorbatsjov
Nieuwe leider Gorbatsjov.
Secretaris-Generaal in 1985.
Gorbatsjov wilde veranderingen.
Perestrojka: hervorming
Glasnost: openheid.

Slide 11 - Tekstslide

DDR
De DDR was straatarm.
Slechte economie.
Veel burgers daar wilden ook verandering.
Schulden.
Geld lenen in het Westen.

Slide 12 - Tekstslide

Honecker
De Oost-Duitse leider Honecker was tegen verandering.
Hij wilde dat Oost-Duitsland communistisch bleef.

Slide 13 - Tekstslide

Reagan
“Haal die muur neer, meneer Gorbatsjov”
President Reagan van de VS wilde nog meer verandering in het Oostblok.
De kans leek klein dat dit ging gebeuren.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Onrust
In het Oostblok kwam er steeds meer onrust.
Mensen in de Oost-Europese landen waren ontevreden en wilden nog meer verandering.
Geen steun meer van de Sovjet-Unie.
Mei 1989: de grens tussen Hongarije en Oostenrijk gaat open.

Slide 16 - Tekstslide

Bezoek
In 1989 bezocht Gorbatsjov Oost-Duitsland.
Hij vertelde de Oost-Duitse regering dat ze geen steun meer kregen van de Sovjet-Unie.


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Val van de Muur
Op 9 november 1989 viel de Berlijnse Muur. De doorgangen gingen open en mensen begonnen de muur af te breken.

Slide 19 - Tekstslide

Naar het westen
Oost-Duitsers waren verbaasd over de rijkdom en welvaart in het westen.
Heel veel spullen zouden zij nooit kunnen betalen.
Honderdduizenden Oost-Duitsers vertrokken naar West-Duitsland.

Slide 20 - Tekstslide

Duitse eenwording
De West-Duitse leider Helmut Kohl wilde dat de BRD en de DDR weer 1 land zouden worden.
In de DDR werden er democratische verkiezingen gehouden.
Een grote meerderheid stemde op de partij van Kohl.

Slide 21 - Tekstslide

Duitse eenwording
In oktober 1990 werden de BRD en DDR weer samen 1 land.
Er moest veel gebeuren in Oost-Duitsland.
Nog steeds een achterstand.

Slide 22 - Tekstslide

Quiz
Eens kijken wie er goed heeft opgelet..

Slide 23 - Tekstslide

De val van de Berlijnse Muur was in
A
1987
B
1988
C
1989
D
1990

Slide 24 - Quizvraag

Welke bewering over de politiek van Gorbatsjov is juist?

Gorbatsjov wilde
A
afschaffing van het communisme.
B
hervorming van het communisme.
C
uitbreiding van de macht van de Sovjet-Unie.
D
versterking van de staatsbedrijven.

Slide 25 - Quizvraag

Welke Amerikaanse president roept op om de Muur neer te halen?
A
Clinton
B
Truman
C
Reagan
D
Gorbatsjov

Slide 26 - Quizvraag

In welk jaar werd Duitsland herenigd?
A
1989
B
1990
C
1991
D
1994

Slide 27 - Quizvraag

En nu?
Check of alle leerdoelen op je mindmap staan.
Maak de vragen van paragraaf 4.2.
Bekijk de filmpjes over dit onderwerp. 

Slide 28 - Tekstslide