231103 KZD SPDG DM 2.5 en 2.6

02-11-23 KZD SPDG DM 



Herhaling theorie
Nakijken DM 2.5 en 2.6
Maken DM 2.7-2.8
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
Keuzedeel spdgMBOStudiejaar 1,3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

02-11-23 KZD SPDG DM 



Herhaling theorie
Nakijken DM 2.5 en 2.6
Maken DM 2.7-2.8

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet insuline?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe is het behandelplan bij DM II

Slide 3 - Open vraag

 Stap 1 Metformine (start 500-850 mg 1 dd, max. 1000 mg 3 dd)
Stap 2 Voeg een sulfonylureumderivaat toe (bij voorkeur gliclazide*; langwerkend: start 30 mg 1 dd, max. 120 mg 1 dd; middellangwerkend: start 80 mg 1 dd, max. 80 mg 3 dd)
Stap 3 Voeg (middel)langwerkende insuline eenmaal daags toe (bij voorkeur NPH-insuline) Alternatief (op indicatie): DPP-4-remmer of GLP-1-receptoragonist**
Stap 4 Intensiveer insulinebehandeling (tweemaal daags mixinsuline of basaal bolusregime) Alternatief (op indicatie): DPP-4-remmer of GLP-1-receptoragonist**

Welke gnm zie je ook vaak bij type II patienten naast antidiabetica?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Als je kijkt naar de medicatiehistorie van mevrouw Bakker, wat valt je dan op? Wat zou er aan de hand kunnen zijn?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Als je kijkt naar de medicatiehistorie van mevrouw Bakker, wat valt je dan op? Wat zou er aan de hand kunnen zijn?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Wat zijn de risico’s van een hoge bloedglucosespiegel tijdens de zwangerschap? 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Kun je aan de hand van de medicatiestatus bepalen welk type diabeet hij is?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Waarvoor wordt het middel GlucaGen gebruikt?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Zoek uit op welke wijze dit toegediend moet worden.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Welke soorten insuline gebruikt meneer ? Zoek uit hoe lang en hoe snel deze soorten werken en op welke momenten deze insulines geïnjecteerd moeten worden.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Welke bijwerkingen ken je van insulines? Beschrijf hierbij ook hoe deze tot stand kunnen komen.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. Wat voor actie moet meneer de Jong ondernemen als hij last heeft van bijwerkingen? Benoem per bijwerking wat hij er tegen kan doen. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. Meneer de Jong vraagt jou advies over hoe hij het best om kan gaan met een hypoglykemie. Je gebruikt de LSD (Luisteren, Samenvatten, Doorvragen) methode en komt erachter dat meneer vaak last heeft van hypoglykemieën. Wat adviseer je hem? 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8. Benoem verschillende oorzaken voor een hypoglykemie.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

9. Vul de volgende symptomen die horen bij een hypoglykemie of hyperglykemie in op de juiste plek in de onderstaande tabel: beven, dorst, droge mond, duizeligheid, hartkloppingen, hoofdpijn, (overmatig) zweten, veel plassen, vermagering en vermoeidheid.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10. Als je kijkt naar de medicatiestatus, is er dan volgens jou sprake van polyfarmacie? Waarom wel/niet? 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

11. Is er sprake van comorbiditeit? Waarop baseer je dit en licht toe.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met wie ga je samenwerken en welk onderwerp kiezen jullie?
Onderwerpen
● Diabetes bij kinderen
● Zwangerschapsdiabetes
● Ouderen en diabetes
●Diabeters en ramadan
●Medicamenteus advies bij patiënten met diabetes mellitus (incl. gezonde voeding en leefstijladviezen)

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

● Diabetes bij kinderen
● Zwangerschapsdiabetes
● Ouderen en diabetes
●Diabeters en ramadan
●Medicamenteus advies bij patiënten met diabetes mellitus (incl. gezonde voeding en leefstijladviezen)

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 2.8
In welke vorm wordt het onderwerp gepresenteerd?
Powerpoint
Poster
Prezi

Slide 41 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk: Diabetes mellitus 2.7 
 2.8 

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies