Cursus 7 - Spelling - paragraaf 5 - bijvoeglijk naamwoord

Nederlands week 10
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 230
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Nederlands week 10
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 230
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


Slide 1 - Tekstslide

Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Programma deze les
  • Huiswerk vorige les nakijken
  • Doel van deze les
  • Voorkennis
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Huiswerk volgende week les

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
Het huiswerk: 
cursus 7 - paragraaf 4 dubbele punt en aanhalingstekens

Slide 4 - Tekstslide

Doel
Ik leer bijvoeglijk naamwoorden op de juiste manier spellen.

Slide 5 - Tekstslide

Voorkennis
De afgelopen tijd hebben we het gehad over:
hoofdletters, komma's, dubbele punt, aanhalingstekens

Vandaag gaan we het hebben over de spelling van de bijvoeglijk naamwoorden

Slide 6 - Tekstslide

Instructie 
Bijvoeglijk naamwoord
Zegt iets over een zelfstandig naamwoord

  • Zij eet een rijpe banaan.
  • Wij rijden in een groene Volvo.
  • David heeft een plastic speelgoedauto.

Slide 7 - Tekstslide

Instructie 

Slide 8 - Tekstslide

Instructie 

Slide 9 - Tekstslide

Instructie 

Slide 10 - Tekstslide

Instructie 

Slide 11 - Tekstslide

Filmpje

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Aan de slag
Ga aan de slag met opdracht 1 tot en 5 op bladzijde 232-233.

Ben je klaar? Kies uit:
- maak de trainer 'bijvoeglijk naamwoord
1'
- maak de trainer 'leestekens: dubbele
punt en aanhalingstekens 2'


Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk

Woensdag 6 maart:

- maak opdracht 1 tot en 5 op bladzijde 232 en 233
- maak de trainer 'leestekens: dubbele
punt en aanhalingstekens 2'
- maak de trainer 'bijvoeglijk naamwoord 1'

Slide 15 - Tekstslide