Recap adjectives/adverbs and "will"

De Future Simple (oftewell "will") vind ik makkelijk
Ja, duh..
Nee, snap er de ballen van.
1 / 16
volgende
Slide 1: Poll
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

De Future Simple (oftewell "will") vind ik makkelijk
Ja, duh..
Nee, snap er de ballen van.

Slide 1 - Poll

Adjectives and adverbs: zeer makkelijk. Ik snap het!
I got big brain energy, dus ja.
Nee, please send help!

Slide 2 - Poll

Wanneer gebruiken we "will"?

Slide 3 - Woordweb

Wanneer gebruiken we adjectives?

Slide 4 - Woordweb

Wanneer gebruiken we adverbs?

Slide 5 - Woordweb

Wat is een adjective?
A
Een bijwoord
B
Een bijvoeglijk naamwoord
C
Een lidwoord
D
Een zelfstandig naamwoord

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een adverb?
A
Een bijwoord
B
Een bijvoeglijk naamwoord
C
Een lidwoord
D
Een zelfstandig naamwoord

Slide 7 - Quizvraag

Adjectives and adverbs
She skates ....
A
fastly
B
fast

Slide 8 - Quizvraag

Adjectives and adverbs
Max plays chess quite _______
A
good
B
well

Slide 9 - Quizvraag

Adjectives and adverbs
Sheila is a .... football player.
A
good
B
well
C
goodly

Slide 10 - Quizvraag

Adjectives and adverbs
She dances ......
A
wonderful
B
wonderfully

Slide 11 - Quizvraag

Adjectives and adverbs
The garden is .....
A
beautifully
B
beautiful

Slide 12 - Quizvraag

Vul maar in:
I ... soccer next year
A
wont play
B
won't play
C
willn't play
D
will not playing

Slide 13 - Quizvraag

Will, shall or are both options correct?

... I open the door for him?
A
Will
B
Shall
C
Both are correct

Slide 14 - Quizvraag

Vul maar in:
... water turn to ice if I freeze it?
A
Will
B
Shall
C
Won't
D
Shan't

Slide 15 - Quizvraag

Vul maar in:
Isa ... (to turn) 22 in October.
A
Will
B
Shall
C
Won't

Slide 16 - Quizvraag