APA Quiz

The do's and
don'ts in APA
Een beknopte behandeling
van de meestvoorkomende situaties
bij het verwijzen naar bronnen
De grote  APA quiz!
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

The do's and
don'ts in APA
Een beknopte behandeling
van de meestvoorkomende situaties
bij het verwijzen naar bronnen
De grote  APA quiz!

Slide 1 - Tekstslide

Waar kan je alles opzoeken over bronvermelding?
google: auteursrechten APA7 handleiding
youtube: project APA7


Slide 2 - Tekstslide

waarom bronvermelding?

Slide 3 - Woordweb

Waarom theorie?
-Je gebruikt het om begrippen en modellen uit te leggen.
-Je laat zien dat je verbanden legt.
-Het zorgt ervoor dat je verhaal niet gebaseerd is op jouw mening, maar op de kennis die je hebt opgedaan en op theorieën die onderzocht zijn.
-Dat maakt je verhaal betrouwbaar.
-Je pleegt geen plagiaat

Slide 4 - Tekstslide

Ronde 1 
wel of geen plagiaat?

Slide 5 - Tekstslide


In mijn verslag neem ik bijna letterlijk de tekst over van iemand anders. Ik vermeld de bron in de bronnenlijst.  
A
Plagiaat
B
Geen plagiaat

Slide 6 - Quizvraag


Ik kopieer de tekst van iemand anders; ik verander enkele woorden, maar ik vermeld de bron. 
A
Plagiaat
B
Geen plagiaat

Slide 7 - Quizvraag


Ik leg in mijn eigen woorden uit wat ik in een andere tekst gevonden heb. Ik kies daarvoor andere woorden en gebruik een andere zinsbouw. Ik verwijs in de tekst en ik vermeld de bron. 
A
Plagiaat
B
Geen plagiaat

Slide 8 - Quizvraag


Ik gebruik een afbeelding van een website. Ik vermeld geen bron. 
A
Plagiaat
B
Geen plagiaat

Slide 9 - Quizvraag


Ik laat een van mijn ouders een hoofdstuk van mijn verslag schrijven. 
A
Plagiaat
B
Geen plagiaat

Slide 10 - Quizvraag


Ik laat AI een hoofdstuk van mijn verslag schrijven. 
A
Plagiaat
B
Geen plagiaat

Slide 11 - Quizvraag

Ronde 2
Citeren of parafraseren?

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
citeren en parafraseren?
A
Citeren: in eigen woorden weergeven. Parafraseren: letterlijk overnemen.
B
Citeren: letterlijk overnemen. Parafraseren: in eigen woorden weergeven.

Slide 13 - Quizvraag

Wat pas je meer toe in een verslag?
A
citeren
B
parafraseren

Slide 14 - Quizvraag

Citeren
  • Citaat onder 40 woorden altijd “tussen aanhalingstekens”
  • Een citaat van 40 woorden of meer wordt in een losstaand,     ingesprongen blok weergegeven, zonder aanhalingstekens
  • Bij een citaat paginanummer vermelden (p. 34)
  • Je mag een citaat inkorten:        . . .  
  • Citaat dat op meerdere pagina’s staat:   (Janssen, 2021, pp. 34-36).



Slide 15 - Tekstslide

Parafraseren
  • In eigen woorden weergegeven materiaal (tekst/beeld/..) van iemand anders
  • Geen aanhalingstekens gebruiken
  • Altijd de bron vermelden 
  • Paginanummer niet verplicht, maar wel aangeraden als je verwijst naar een specifieke passage



Slide 16 - Tekstslide

Ronde 3 
Bronvermelding

Slide 17 - Tekstslide

Dit is een correcte verwijzing in de tekst:
A
(Terlouw & Visser, 2017)
B
Terlouw en Visser (2017)...
C
(Terlouw en Visser, 2017)
D
In 2017 schreven Terlouw en Visser

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Is het publicatiejaar van een bron onbekend dan gebruik je de afkorting:
A
z.d.
B
g.j.
C
z.j.
D
a.j.

Slide 20 - Quizvraag

Als ik in een verslag verwijs naar een opdracht die ik zelf heb gemaakt hoef ik niet te verwijzen naar een bron.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Soms is het niet duidelijk wie de auteur is van een webpagina, maar je weet wel dat organisatie van de website het Instituut voor Preventie & gezondheid is. En hun homepage is www.ivpg.nl. Wat doe je dan?
A
(onbekend, 2020)
B
(www.ivpg.nl)
C
(Instituut voor Preventie & Gezondheid, 2020)

Slide 22 - Quizvraag

Ronde 4
Literatuurlijst

Slide 23 - Tekstslide

Waar moet je op letten bij het opstellen van je literatuurlijst?

Slide 24 - Woordweb

Let op
-Ordenen op alfabetische volgorde
-Titel meestal cursief, behalve bij tijdschriften, dan naam van tijdschrift cursief (check dit per onderdeel)
-Een URL mag zowel in zwart als in blauw en wel of niet onderstreept worden weergegeven. Zorg ervoor dat overal dezelfde opmaak gebruikt wordt en dat bij gebruik in een elektronisch document de URL aanklikbaar is.
-Alleen achternamen en voorletters
-interpunctie; waar moet een punt en waar een komma
-Ondertitel

Slide 25 - Tekstslide

Terlouw, H., & Visser, B. (2017). Relaties hanteren: Beroepshouding in vaardigheden in woord en beeld. Uitgeverij ThiemeMeulenhoff.
A
goed
B
fout

Slide 26 - Quizvraag

Ronde 4 
Wat is een goede verwijzing naar de theorie

Slide 27 - Tekstslide


Het Zuiderlicht College is een kleine VMBO Zorg en Welzijn school in Amsterdam. De school
staat voor het bieden en creëren van kansen en talentontwikkeling (Kom kennismaken met
het Zuiderlicht College 2022-2023, 2022). De school geeft les op vmbo-basis, basis-kader,
kader en theoretische leerweg niveau (Schoolwijzer Amsterdam, z.d.).
Wat is het doel van deze verwijzing?

Slide 28 - Open vraag

Ik heb door de vaardigheidstrainingen mij het meest ontwikkeld op het gebied van vragen en
doorvragen. Ik merkte tijdens de training van openvragen stellen dat ik daar veel moeite mee
had. Ik ben het gewend om tijdens gesprekken onbewust vragen te stellen die je een richting
op sturen of gesloten zijn.
Wat zou je hier aan toe kunnen voegen om het geheel te onderbouwen?

Slide 29 - Open vraag

Waar vind ik informatie?
-In de HVA bibliotheek: https://www.hva.nl/bibliotheek/ondersteuning/zoeken/zoeken.html
-Google Scholar
-Studieboeken
-waar nog meer???

Slide 30 - Tekstslide

In welke mate kun je nu zelfstandig bronnen verwerken in de tekst en in de literatuurlijst?
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll