P2 - week 1 - Spijsverteringsstelsel BOL jaar 3 VVT ouderen

VVT ouderenzorg, BOL jaar 3
Ziekten van het spijsverterings - en uitscheidings stelsel
Nierinsufficientie
ziekte van Crohn
colitis ulcerosa


1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

VVT ouderenzorg, BOL jaar 3
Ziekten van het spijsverterings - en uitscheidings stelsel
Nierinsufficientie
ziekte van Crohn
colitis ulcerosa


Slide 1 - Tekstslide

Toetsing
  • Let op in de loep staat dat er pas na 2 periodes getoetst wordt, dit was nu al eerder. Er volgt 2x een toetsmoment, per periode 1
  • Socrative:
      MV 15 punten
     VP/OK 15 punten = 30 punten
  • Opdrachten:
    MV 8 punten (1 opdracht in de twee weken voor 2 punten)
    VP/OK 8 punten (1 opdracht in de twee weken voor 2 punten)
     = 16 punten (= ongeveer 34% van de totale toets)

  • Totaal is dit 46 punten waarvan dus 30 punten met mc toets en 16 punten voor de opdrachten.
       In Periode 2 krijg je dezelfde opzet nogmaals. De beide cijfers worden gemiddeld.



Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Hoofdleerdoel:
De student heeft gespecialiseerde kennis van ziekten van het spijsverteringsstelsel en uitscheidingsstelsel
Subleerdoelen:
- De student kan in eigen woorden uitleggen aan een zorgvrager en collega wat de oorzaken, gevolgen, symptomen en behandelingen zijn van de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa en nierinsufficiëntie.
- De student kan een zorgvrager met de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa en nierinsufficiëntie en/of vanuit een casus de complicaties die kunnen optreden signaleren en bedenken welke medische acties daarop moeten volgen. 

Slide 3 - Tekstslide

Leerstof
Zorgpad 
Thuiszorg: Hoofdstuk 12, ziekten van het spijsverteringsstelsel en uitscheidingsstelsel § 1.1, 1.2, 1.3 en 3.1, 3.2 en 3.3
Kijk voor de complicaties en verdieping op:  www.mlds.nl 

Slide 4 - Tekstslide

Tijdens de les aandacht voor anatomie/fysiologie. Doen of niet doen?
A
Ja, doen
B
nee, niet doen, gelijk naar verdiepingsstof
C
Geen mening
D
anders.

Slide 5 - Quizvraag

timer
1:00
problemen bij urine
uitscheiding

Slide 6 - Woordweb

Hoe werken de nieren ook al weer? 

Slide 7 - Tekstslide

Hoeveel procent van het bloed, uitgedrukt in hart minuut volume, gaat naar de nieren?

A
5%
B
15%
C
20%
D
30%

Slide 8 - Quizvraag

De bijnieren bevinden zich... de nieren
A
boven
B
onder
C
voor
D
achter

Slide 9 - Quizvraag

wat is GEEN functie van de nieren?
A
regeling van het adrenaline/cortisol systeem
B
verhoging van de bloeddruk
C
stimuleren aanmaak rode bloedlichaampjes
D
uitscheiding van afvalstoffen

Slide 10 - Quizvraag

Bij een lage bloeddruk zullen …. zouten worden geresorbeerd in het bloed.

A
Minder
B
Meer
C
ene keer meer, andere keer meer

Slide 11 - Quizvraag

Wat kan een nefron?

A
Bloed filteren
B
Urine produceren
C
Geen van beide
D
Beide

Slide 12 - Quizvraag

Nierinsufficiëntie ook wel "niervergiftiging"
= nieren onvoldoende instaat voldoende afvalstoffen en vocht uit het bloed te verwijderen. 

Resultaat: 
- weefsels raken vergiftigd (bijv met ureum)
- vocht vasthouden
weefsels doen hun werk niet meer goed > orgaanfalen > dood

Slide 13 - Tekstslide

Acute nierinsufficientie
binnen enkele dagen/weken ontstaan 

meest voorkomende oorzaken:
- shock  (lage bloeddruk > slechte doorbloeding nieren) 
- urinerentie > urine kan niet weg

Vaak is dit reversibel, maw kan weer herstellen. 
- oorzaak wegnemen
- tijdelijke ondersteuning nieren. 

Slide 14 - Tekstslide

chronische nierinsufficientie
na maanden/jaren 
wordt vaak per toeval ontdekt

Oorzaken:
- vaak chronische ontsteking glomeruli, glomerulonefritis, 
- artherosclerose van de nierarterie (bijv bij diabetes/hypertensie) 

Niet reversibel, maw: kan niet meer herstellen. Nierweefsel definitief beschadigd. 
Behandeling erop gericht om verdere achteruitgang te vertragen/voorkomen. 

Slide 15 - Tekstslide

timer
1:00
symptomen bij
nierinsufficientie

Slide 16 - Woordweb

Symptomen van nierinsufficientie
- verminderde uitscheiding water (oligurie vs anurie)
- oedeem in het lichaam
- uremie (ureum in bloed) 
       > uremisch pericarditis
       > verwardheid
       > coma
       > overlijden. 
- hyperkaliemie 
       > hartritmestoornis (VT fibrilleren)
       > hartstilstand. 
zeer divers > niet allemaal te benoemen hier. De belangrijksten: 
- acidose (je wordt zuur)
     > metabole processen werken
         niet meer goed. 
     > Coma
     > overlijden 
    Je lichaam reageert met Kussmaul       ademhaling. (zoek zelf op!) 
    https://www.youtube.com/watch?v=TG0vpKae3Js 
- geen aanmaak erytropoetine meer 
       > bloedarmoede. 

Slide 17 - Tekstslide

Diagnostiek 
anamnese en lichamelijk onderzoek
bloedonderzoek: ureum en creatine
24 uursurine onderzoek op eiwit en creatinine. 

op zoek naar oorzaak: 
- infecties? 
- bloeddruk? 
- echo nieren? 
- eventueel verdere beeldvorming nieren. 

Slide 18 - Tekstslide

Bij hoeveel procent van de overgebleven nierfunctie, spreken we van chronische nierinsufficiëntie?
A
25 %
B
40 %
C
50 %
D
10 %

Slide 19 - Quizvraag

Bij hoeveel procent van de overgebleven nierfunctie, krijgen patiënten klachten?
A
25 %
B
40 %
C
50 %
D
10 %

Slide 20 - Quizvraag

Behandeling
- eventuele oorzaak behandelen

- vergiftiging beperken
dieet en vochtbeperking (eiwit, kalium, natrium en vocht)
medicatie (bijv. tegen hyperkaliemie, EPO injectie, ijzer. 
dialyse: hemodialyse of peritoneaal

- hele probleem oplossen: 
niertransplantatie
(maar allerlei nieuwe problemen) 

Slide 21 - Tekstslide

Nog vragen/opmerkingen over nierinsufficiëntie? 

Slide 22 - Tekstslide

Spijsverteringsstelsel

Slide 23 - Tekstslide

Welk orgaan behoort niet tot de spijsvertering?

A
De galblaas
B
De urinewegen
C
De alvleesklier
D
De darmen

Slide 24 - Quizvraag

Enzymen zijn … die bepaalde reacties mogelijk maken of versnellen.
A
Eiwitten
B
Hormonen
C
Neurotransmitters
D
Vetten

Slide 25 - Quizvraag

In welk orgaan wordt het grootste deel van de voedingsstoffen opgenomen?
A
De maag
B
De dunne darm
C
De dikke darm
D
De mond

Slide 26 - Quizvraag

Hoe heet het eerste deel van de dunne darm?
A
Ileum
B
Jejuneum
C
Duodeum
D
Colon

Slide 27 - Quizvraag

timer
1:00
ziekten van het
spijsverteringsstelsel

Slide 28 - Woordweb

Ziekte van Crohn en Colitis ulcera
- oorzaak en epidemiologie ('"de cijfers") 
Oorzaak: onbekend, mgl immunologische reactie 

Pathologie: terugkerend ontsteking van het darmslijmvlies met ulcera (zweren) 



Slide 29 - Tekstslide

Ziekte van Crohn en Colitis ulcera - Symptomen
Verloop symptomen: exacerbaties en remissies. 
Remissies: geen klachten

Symptomen bij exacerbaties zijn
diarree met slijm, pus en bloed (crohn vaker slijm/pus, colitis vaker bloed)
soms incontinent voor ontlasting
pijn/krampen in de (onder) buik. opgezette buik
weinig eetlust, vermoeidheid, misselijk
Vermagering doordat voedingsstoffen en vocht niet worden opgenomen. 
soms koorts

Triggers voor exacerbatie: 
spanning/stress, voeding, medicatie, roken, zonlicht, infectie,  te weinig bewegen, verstoord slaapritme. 

Slide 30 - Tekstslide

Verschillen
voorkomen


locatie

welke darmlagen doen mee?
1000 nieuwe patient/jaar in Nl
vaker vrouwen

Gehele darmstelsel, in segmenten

alle darmlagen, 

1500 nieuwe patienten/jaar in Nl
piek leeftijd: 15-40, mannen 60-70 jaar. vaker bij mannen. 

alleen de dikke darm

alleen het slijmvlies
Ziekte van Crohn
Colitis Ulcerosa

Slide 31 - Tekstslide

Ziekte van Crohn
Colitis ulcerosa
Van mond tot kont
colon, vooral het laatste deel
vaker bij mannen
vaker bij vrouwen
alle lagen van de darmwand
epitheel van de darmwand
Vooral diarree, kramp en pus bij ontlasting
vooral diarree, kramp en bloed bij ontlasting

Slide 32 - Sleepvraag

Diagnostiek
- anamnese
- lichamelijk onderzoek
- fecesonderzoek  > vertering bekijken
- Rontgen > typisch beeld bij ziekte van Crohn
- colonoscopie/ sigmoïdoscopie, met eventueel biopsie. 

Oppassen met coloninloopfoto als colitis wordt vermoedt. 

Slide 33 - Tekstslide

Behandeling
Behandeling
Acute fase: 
- rust aan darmen : 
dieetaanpassingen OF
oraal stoppen en parenteraal geven (infuus)

- medicatie: 
(5-aminosalicylzuur) die ontstekingremmend werkt
soms in combinatie met corticosteroïden (bij colitis kan dit via klysma) 

- laatste redmiddel: 
Stoma, hopelijk tijdelijk
Rustige fase: gericht op voorkomen van nieuwe 

- leefstijlaanpassingen
- soms onderhoudsmedicatie 
- Poeptransplantatie

Slide 34 - Tekstslide

Complicaties - medisch:
Ziekte van Crohn 
- stricturen > ileus
- fistelvorming 

- Gewrichtsaandoeningen
- huidafwijkingen
- oogontstekingen
- leverziekten
- gal- en nierstenen
- botontkalking
Colitis ulcerosa
- hele dikke darm aangedaan
    >  toxisch megacolon 
       > overlijden

Later: 
- verandering naar kwaadaardige tumor (20-30 jr)
stoma
tijdelijke voedingsdeficiënties (Hb, Vit K bijv)
speciale voeding/dieet rest van het leven

Slide 35 - Tekstslide

Complicaties - Overig: 
Huidletsel rond de anus/billen
Onzekerheid en schaamte
Angst voor nieuwe klachten
Sociale isolatie

Slide 36 - Tekstslide


Vragen/opmerkingen over ziekte van Crohn/Colitis Ulcerosa? 

Slide 37 - Tekstslide

Wat vond je van deze lesvorm?
😒🙁😐🙂😃

Slide 38 - Poll

Heb je veel nieuwe dingen geleerd vandaag?
0 = niets 100 = heeeeel veel
0100

Slide 39 - Poll

Opdracht volgt volgende week


Slide 40 - Tekstslide

voorbereiding volgende week 
Bekijk de ingesproken PPT op Teams voor opfrissen van de basiskennis. 

Thuiszorg: Hoofdstuk 14, ziekten van het circulatiestelsel § 1 
 
Kijk voor de complicaties en verdieping op: 
www.hartstichting.nl 
 
www.hart-en-vaatziekten.com/complicaties-hartfalen.html 

Slide 41 - Tekstslide