Les 3 LEFF-training

LEFF Training


Les 3
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Leren-lerenMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

LEFF Training


Les 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les weet je...
  • Hoe verwachtingen kunnen zorgen voor blokkade
  • Welke verwachtingen jou in de weg zitten
  • Hoe je ervoor kan zorgen dat je van de moet-gedachte naar de wil-gedachte gaat




Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik en weekdoelen
Wat weten jullie nog van vorige week?
  • Hoe heb je aan jouw weekdoel gewerkt
  • Heb je je weekdoel behaald
  • Hoe is het de afgelopen week gegaan
  • Hoe is het gegaan met de opdracht met de briefjes
  • Hoe voelde het

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwachtingen
  • Verwachtingen kunnen ook een oorzaak zijn voor een overdosis aan adrenaline. 
  • Dit kunnen verwachtingen zijn van jezelf of van anderen. Voorbeelden hiervan zijn: ‘Ik moet overgaan’, ‘Ik moet een voldoende halen’ of ‘Ik moet mijn diploma halen’. 
  • Vaak heb je niet eens door dat deze verwachtingen er zijn, ze zijn er onbewust. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Filmpje

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurde er?
Wat denk jij...
  • Welke verwachtingen zijn er?
  • Welke 'moet' gedachte zullen de spelers hebben gehad?
  • Bracht dit spanningen met zich mee?
  • Wat deed de adrenaline met de spelers die een penalty moesten nemen?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vicieuze cirkel ‘ik moet..’
De gevolgen van deze ‘ik moet’ gedachte hebben we in het filmpje kunnen zien. 

Wat zijn jouw ‘ik moet’ gedachtes? Schrijf deze op in jouw vicieuze cirkel.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Relatie tussen spanningen en resultaten

Slide 8 - Tekstslide

Laten we eens kijken wat de relatie is tussen spanning (adrenaline) en resultaten. Wanneer je geen enkele spanning voelt (inactief, onverschilligheid), dan levert dit je weinig tot geen resultaat op. Wanneer de spanning steeds een beetje meer wordt, stijgt hiermee ook het resultaat (zie grafiek). Denk maar aan een sportwedstrijd of een toets waarbij je op een goede manier gefocust bent en alert kan reageren. Op deze momenten ben je op je best en zijn de resultaten vaak ook het beste. De adrenaline zorgt op een positieve manier voor een beter resultaat. Het gaat pas mis wanneer er een overdosis aan adrenaline is. Dat zie je aan de rechterkant van de grafiek. Dit kan gebeuren wanneer je te veel gefocust bent op je verwachtingen en de dingen die voor jouw gevoel moeten. Je hebt dan minder focus voor dat waar je je op dat moment mee bezig bent. 
Relatie tussen spanningen en resultaten
Geen spanning - Weinig resultaat
Steeds meer spanning - Resultaat stijgt
Te veel spanning - Moeten/Stress

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van moeten naar willen
We hebben nu kunnen zien dat moet-gedachtes tegen je werken als je gevoelig bent voor stress. 
  • Het kan zorgen voor een overdosis aan adrenaline en een black-out veroorzaken. 
  • De black-out zorgt weer voor een slecht resultaat, juist datgene waar je bang voor was. 
  • Het gevolg kan zijn dat je ziek wordt van de spanning, in een freeze-reactie komt of dat je juist helemaal niks meer doet.  

Slide 10 - Tekstslide

In de grafiek kun je zien op welk moment je op je best bent, namelijk links van de streep. 
Van moeten naar willen
We komen nu bij de nieuwe gedachte, namelijk willen

Wat doet het met jou als je iets wil, in plaats van dat je iets moet? 



Slide 11 - Tekstslide

misschien hier  invuloefening van maken.
Welke moet gedachte  kun je ombuigen naar ik wil gedachte?
Voor wie doe je het?
Stel je voor dat je een rapport hebt wat tegenvalt of je bent blijven zitten of gezakt. 

Aan wie zou jij het vervelend vinden om dit te vertellen? 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden: Verwachtingsstress
  • Je docent heeft je zo goed geholpen met de leerstof, dus nu moet je wel een hoog cijfer halen.
  • Je vader heeft je elke avond geholpen met het maken van je huiswerk.
  • Je oudere broer/zus haalt altijd hoge cijfers, dus moet jij dit ik ook doen.
  • Je vriend(in) haalt zonder moeite hoger cijfers, waarom lukt het haar/hem wel?
  • Je oma vraagt elke keer hoe het op school gaat en leeft enorm met je mee.
  • Je wil een voorbeeld zijn voor je jongere broertje of zusje.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor wie doe je het?
Het is een misverstand om te denken dat andere mensen jou bewust stress gevoelens aanpraten. Het zijn meestal goed bedoelde of begrijpelijke verwachtingen. 
Belangrijk is:
  • Hoe ga jij hiermee om?
  • Voelt het voor jou als moeten?
  • Vergelijk jij jezelf met anderen?


Slide 14 - Tekstslide

Belangrijk is hierin: hoe ga jij hiermee om? Als jij iemand anders niet teleur wil stellen, dan voelt dat voor jou als moeten. Ook als je jezelf vergelijkt met andere mensen, kan dat stress veroorzaken. Het gevolg hiervan is dan een black-out, vanwege de overdosis adrenaline. 


Zichtbaar maken
In de volgende opdracht kom je erachter welke mensen jij niet teleur wil stellen of bij/door wie jij je soms onzeker voelt.
Moeten                                         Willen

Slide 15 - Tekstslide

Je valkuil kan zijn dat je de verwachtingen van anderen erg belangrijk maakt, misschien zelfs wel te belangrijk. Je hebt nu geleerd dat je hiermee het tegenovergestelde bereikt. Zodra jij bepaalt dat het in de eerste instantie gaat om wat jij wil, dan kan je de verwachtingen van anderen minder belangrijk maken. Je kan deze verwachtingen gaan relativeren. Zo kan jij jouw doel bereiken! Hiermee houdt je we degelijk respect voor de mensen die bij jou in de moet-kolom staan. 
Oefenen met de wil-gedachte
Wat zijn jouw wil-gedachtes?

Schrijf jouw wil-gedachtes op in je werkboek en probeer hier de komende week regelmatig aan te denken. 


Stel eventueel een wekker in, zodat je elke dag op een vast moment aan deze gedachtes denkt. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting bijeenkomst 3
Waar ga je mee aan de slag de komende dagen?
Opstellen weekdoel! 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies