Thema elektra les 4 geleiding 2021

Techniek


Thema elektra
les 4 geleiding van elektriciteit

1 / 62
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 62 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Techniek


Thema elektra
les 4 geleiding van elektriciteit

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je al over
geleiding

Slide 2 - Woordweb

Inhoudsopgaven

Inleiding
Doelstellingen
competenties
Geleiding theorie
  • wat is geleiding
  • stroomdraden
  • materialenkennis geleiders
  • materialenkennis isolatoren
  • video 1
  • video 2 ( alleen voor Gl en Tl)
  • zelf een stroomkring maken
Geleiding praktijk
  • stroom zoeken met tulpstekkers
  • stroom zoeken met een spanningzoeker
Opruimen
Zelfbeoordeling competenties
Huiswerkopdracht
Begrippenlijst

Slide 3 - Tekstslide

Inleiding
In deze les krijg je kennis over de welke materialen een goede geleider zijn. Je gaat ook onderzoeken hoe iets werkt. Dit doe je niet alleen maar samen met een klasgenoot. Je moet dus ook leren samen werken en samen naar oplossingen proberen te zoeken dat noemen we werken aan competenties. Lees eerst de les goed door en maak vervolgens de theorieles en daarna de praktijkles. Als je klaar bent, vul je de reflectie vragen in. Bij deze les horen ook toegepaste rekenvragen. Met deze rekenvragen krijg je inzicht wat je kan besparen aan stroom en waardoor je minder het milieu kan belasten.

Slide 4 - Tekstslide

Doelstellingen

Tijdens deze les ga je het volgde leren:

 • Wat is een geleider
• Wat is een goede geleider
• Wat is een isolator
• Wat is een strookkring
• Herkennen van de soorten stroomdraden
 

Slide 5 - Tekstslide

Competenties
Aan deze competenties ga je werken:
• K 2.3 Hoe goed kan je samenwerken 
• K 2.8 Vakdeskundigheid toepassen 
• K 2.11 Onderzoeken 
 

Slide 6 - Tekstslide

Geleiding van elektriciteit theorie
Wat is geleiding
Het woord geleiding geeft aan dat er iets wordt doorgegeven. Bijvoorbeeld warmte en stroom. In deze les gaan we het hebben over stroomgeleiding. Hoe kunnen we stroom van plus + naar de min – laten stromen “geleiden”. Dit noemen we een stroomkring. Om een goed stroomkring te maken heb je de juiste materialen nodig en ook isolatoren die geen stroom geleiden. Een isolator geeft bijvoorbeeld geen warmte of stroom door. Denk maar aan muurisolatie van huizen en de kunststof om je telefoonlader.

Slide 7 - Tekstslide

Om een lamp te kunnen laten branden steek je de stekker in het stopcontact en zet je de lampschakelaar op aan. De stroom gaat van de + van het stopcontact door de stroomdraad, door de schakelaar, dan door de gloeidraad in de lamp en weer terug door een retourdraad naar de – van het stopcontact. 

Slide 8 - Tekstslide

Een materiaal dat de stroom door geeft is WEL / GEEN goed geleider?
A
wel
B
geen

Slide 9 - Quizvraag

Een materiaal dat de stroom niet door geeft is WEL / GEEN goede geleider?
A
wel
B
geen

Slide 10 - Quizvraag

Een isolator geeft de stroom WEL / NIET door?
A
wel
B
niet

Slide 11 - Quizvraag

deel A: De stroom gaat van de ? naar de
+ / - van het stopcontact?
A
+
B
-

Slide 12 - Quizvraag

deel B: De stroom gaat van de + / - naar de
? van het stopcontact.
A
+
B
-

Slide 13 - Quizvraag

Met een schakelaar kan je de stroomkring WEL / NIET verbreken?
A
wel
B
niet

Slide 14 - Quizvraag

Stroomdraden
Om stroom te geleiden maken we gebruik van stroomdraden. Omdat we in gebouwen en huizen veel draden tegenkomen hebben we ze ook een kleur gegeven. Anders kan je fouten maken door de verkeerde draad met een andere draad te verbinden.
• Bruine draad is de fase draad ook wel de + genoemd
• Blauwe draad is de nuldraad ook wel de – genoemd
• Geel/groene draad is de aarde draad
• Zwart is de schakeldraad

Slide 15 - Tekstslide

In de draad zit een kern van koper, koper is een metaal dat goed stroom geleid. Om de draad zit een kunststof mantel dat de stoom niet geleid. Deze mantel heeft vaak 1 van de bovenstaande kleuren. Als er een stoomdraad door de tuin gaat voor de tuinverlichting zit er vaak een beschermmantel om de draad heen zodat je er niet per ongeluk met een schep door heen kan steken.

Slide 16 - Tekstslide

Waarom hebben we stroomdraden een verschillende kleur gegeven?

Slide 17 - Open vraag

Waarom is de kern van de stroomdraad van koper gemaakt?

Slide 18 - Open vraag

Waarom is de buitenmantel van een stroomdraad van kunststof gemaakt?

Slide 19 - Open vraag

Waarom is de buitenkant van een spanningzoeker van kunststof?

Slide 20 - Open vraag

Waarom is een grondkabel voor zien van een extra beschermmantel?

Slide 21 - Open vraag

Materialenkennis geleiders
Vele metalen geleiden de stroom goed. Hieronder een aantal voorbeelden van goede geleiders.

 Koper
Eigenschappen van koper.
 koper is roodbruin van kleur
 niet magnetisch
 vrij zacht metaal
 geleid stroom zeer goed
 goed te buigen

Slide 22 - Tekstslide

Aluminium
Eigenschappen aluminium.
 zilverkleurig
 niet magnetische
 vrij zacht metaal
 geleid stroom goed maar minder als koper
 goed te buigen

Slide 23 - Tekstslide

Staal
Eigenschappen van staal.
 grijs van kleur
 wel magnetische
 hardmetaal
 geleid de stroom goed
 niet goed te buigen

Slide 24 - Tekstslide

Materialenkennis isolatoren
Vele materialen geleiden de stroom slecht (isolatoren). Hierdoor kunnen wij veilig werken met elektriciteit. Kunststof is de bekendste isolator als we werken met elektriciteit.

 Kunststof
Eigenschappen van kunststof.
 alle kleuren te maken
 is licht in gewicht
 makkelijk te buigen
 geleid geen stroom
 weinig onderhoud

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Leg uit waarom kunststof veel gebruikt wordt in de elektrotechniek?

Slide 28 - Open vraag

Waarom is de buitenkant van jouw telefoonlader van kunststof gemaakt?

Slide 29 - Open vraag

Leg uit waarom jij veilig een onderzoek kan uitvoeren met een spanningzoeker (Je onderzoekt waar stroom op staat)?

Slide 30 - Open vraag

Zelf een stroomkring maken 
kunststofbakje geleiding
fitting
spanningzoeker
spanningzoeker
Stroombron / batterij
stroomdraadje met krokodillenbek
lampje
Pak het kunststofbakje van geleiding om te oefenen hoe je een stroomkring kan maken.

Slide 31 - Tekstslide

leg de punt van de spanningzoeker op de - pool van de batterij en duw je duim tegen de achterkant of raak het krokodillenbekje aan.

Het lampje in de spanningzoeker brand WEL /NIET

A
wel
B
niet

Slide 32 - Quizvraag

Leg de punt van de spanningzoeker op de + pool van de batterij en duw je duim tegen de achterkant of raak het krokodillenbekje aan. .

Het lampje in de spanningzoeker brand WEL /NIET

A
wel
B
niet

Slide 33 - Quizvraag

Het lampje in de spanningzoeker gaat branden als de stroomkring WEL / NIET gesloten is
A
wel
B
niet

Slide 34 - Quizvraag

  1. Draai het lampje in de fitting
  2. Zet een krokodillenbekje op de + van de batterij en de andere kant op de schroef van de fitting.
  3. Zet een krokodillenbekje op de - van de batterij en de andere kant op de schroef van de fitting.
  4. Het lampje gaat WEL / NIET branden?

Slide 35 - Tekstslide

Het lampje gaat WEL / NIET branden?
A
wel
B
niet

Slide 36 - Quizvraag

  1. Draai het lampje uit de fitting.
  2. Klem het krokodillenbekje van de spanningzoeker op de – pool van de batterij.
  3. Houd de punt van de spanningzoeker op alle metalen delen van de fitting 

Vul de volgde vragen in
op de volgde slide

Slide 37 - Tekstslide

Houd de punt van de spanningzoeker op + schroef van de fitting
A
lamp brand wel
B
lamp brand niet

Slide 38 - Quizvraag

Houd de punt van de spanningzoeker op - schroef van de fitting
A
lamp brand wel
B
lamp brand niet

Slide 39 - Quizvraag

Houd de punt van de spanningzoeker op midden punt van de fitting
A
lamp brand wel
B
lamp brand niet

Slide 40 - Quizvraag

Houd de punt van de spanningzoeker op het buisje van de fitting schroef van de fitting
A
lamp brand wel
B
lamp brand niet

Slide 41 - Quizvraag

Geleiding van elektriciteit praktijk
Wat heb je nodig voor de praktijkles:
plaats het rek op de werkbank en en hang het practicum bord er in
kunststofbakje geleiding
spanningzoeker

Slide 42 - Tekstslide

11
3
2
1
6
5
4
9
8
7
10
De volgende materialen zitten op het practicumbord

1 Gordijnroe
2 rondhout
3 waterleiding
4 kabelgoot
5 radiatorbuis
6 installatiebuis
7 kokerprofiel vierkant
8 tulpstekker zwart
9 tulpstekker rood
10 aansluitkabel
11 oranje lamp

Slide 43 - Tekstslide

Belangrijk om te weten
• Metalen geven gemakkelijk elektriciteit door
• Isolator geven geen elektriciteit door
• Stroomkring, gaat de stroom van + naar de –
• Spanningzoeker, de krokodillenbek wordt aangesloten op de plus en de punt wordt ergens     anders op gezet.

Vraag aan je leraar om de  2 bijlagen die je moet gaan invullen bij de volgde opdrachten. zie voorbeeld op de volgde 2 slide.

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Tabel 1
  1. Vul kolom 1 tot en met kolom 3 in door een x in de juiste cel te zetten.
  2. Vul kolom 4 de naam van het metaal in.
3. Steek de stekker van het practicumbord in de transformator
onder de werkbank.

4. Steek de rode en zwarte tulpstekker in de bussen en steek deze in de buis nummer 1. op      het practicumbord

5. Kijk of de lamp gaat branden op het practicumbord en vul dit in bij kolom 5 door een x te         zetten in de juiste kolom lamp brand wel of lamp brand niet.
 
6. Herhaal dit voor de nummers 2 t/m 7

Stroom zoeken met tulpstekkers

Slide 47 - Tekstslide

7. Steek de rode en zwarte tulpstekker in de bussen en leg deze tegen de buitenzijde         van de buis nummer 1
   
8. Kijk of de lamp gaat branden en vul dit in bij kolom 6 door een x te zetten bij 
    lamp brand wel of lamp brand niet.

9. Herhaal dit voor de nummers 2 t/m 7

Slide 48 - Tekstslide

Stroom zoeken met een spanningzoeker 
Tabel 2
1. Steek de zwarte tulpstekker in de bus en steek deze aan de binnenzijde van nummer 1.
2. Steek de rode tulpstekker in de bus bij nummer 1 en klem op het uiteinde het            
    krokodillenbekje van de spanningzoeker.
3. Leg de punt van de spanningzoeker aan de binnenzijden van buis 1
4. Kijk of de lamp gaat branden in de spanningzoeker en op het bord.

vul dit in bij de tabel kolom 1, door er een x bij lampje spanningzoeker brand of brand niet en lamp practicumbord brand of brand niet

5. Herhaal dit voor de nummers 2 t/m 7

Slide 49 - Tekstslide

6. Steek de zwarte tulpstekker in de bus en leg deze tegen de buitenzijde van nummer 1.
7. Steek de rode tulpstekker in de bus bij nummer 1 en klem op het uiteinde het       
    krokodillenbekje van de spanningzoeker.
8. Leg de punt van de spanningzoeker aan de buitenzijde van buis 1
9. Kijk of de lamp gaat branden in de spanningzoeker en op het bord. 

vul dit in bij de tabel kolom 2, door er een x bij lampje spanningzoeker brand of brand niet en lamp practicumbord brand of brand niet

10. Herhaal dit voor de nummers 2 t/m 7

Slide 50 - Tekstslide

1. Ruim alle gereedschappen en het 
    practicumbord weer netjes op.

2. Laat je werkplek schoon achter. 

Opruimen

Slide 51 - Tekstslide

Zelfbeoordeling van de competenties:
K.2.3 Hoe goed kan je samen werken
Wat vond je goed gaan?
Wat kan je nog verbeteren?

Slide 52 - Open vraag

Zelfbeoordeling van de competenties:
K.2.8 Vakdeskundigheid toepassen
Welke werkzaamheden moest je uitvoeren?
Op welke voorschriften moet je letten?

Slide 53 - Open vraag

Zelfbeoordeling van de competenties:
K2.11 Onderzoeken
Hoe ben je erachter gekomen waaraan een goede geleider
moet voldoen?
Waarom is het handig dat jij dit nu weet?

Slide 54 - Open vraag

Sleep de afbeelding naar de juiste naam je houd vier woorden over
Huiswerkopdracht 
Lamp
Kunststof
Spanningzoeker
Koperdraad
Acculaders
Staal
Fitting
Stroombron
P.V.C. buis
Koper
Aluminium
Stroomkring
Schroevendraaier

Slide 55 - Sleepvraag

Sleep de afbeelding naar de juiste naam je houd vier woorden over
Huiswerkopdracht 
Tin
Aardedraad
Krokodillenbek
Zilverdraad
Knijpers
Glasplaat
Nuldraad - 
Kunststof
Fasedraad +
Schakeldraad
Spanningzoeker
Grondkabel
Prikker

Slide 56 - Sleepvraag

A
Aardedraad
Deze draad is groengeel van kleur. Deze draad voert de stroom af bij kortsluiting. Om te voorkomen dat jij onder stoom komt en brand komt.
B
Batterij
Dit is een metalen opslag voor elektriciteit. Deze komt vrij als je bijvoorbeeld een zaklamp aan doet.
Beschermmantel
Dit is een extra laag om de stroomdraad. Om te voorkomen dat je deze zomaar met iets scherps kan door steken.
C
D
E
F
Fasedraad
Deze draad is bruin van kleur. Ook wel de + draad. Via deze draad word er dus stroom aangevoerd.
Begrippenlijst

Slide 57 - Tekstslide

G
Geleiding
Er wordt bijvoorbeeld stroom of warmte doorgegeven naar een andere plek.
Gloeidraad
Dit is een draadje in een lamp. Als hierdoor stroom gaat, gaat deze draad gloeien en geeft dan veel licht.
Gordijnroe
Hieraan kunnen gordijnen worden opgehangen.
H
I
Installatiebuis
Dit zijn buizen waardoor stroomdraden lopen.
Isolator
Geeft bijvoorbeeld geen stroom of warmte door naar een ander punt.
j
K
Kern
Dit is het middelste gedeelte van een stroomdraad.
Begrippenlijst

Slide 58 - Tekstslide

K
Koper
Dit is een metaal roodbruin van kleur en geleid de stroom goed.
Krokodillenbekje
Dit is een klemmetje met tandjes en lijkt op de bek van een krokodil.
Kunststof
Dit is een materiaal dat door de mens is gemaakt. Zoals buizen, tassen elastiek.
L
Lamphouder
Hierin schroef je een gloeilampje vast
M
Muurisolatie
Dit is een vulling in muren om warmte binnen te houden of zomers je huis koel te houden.
D
Mantel
Dit is een laagje kunststof om de stroomdraad heen.
N
Nuldraad
Deze draad is blauw van kleur en ook wel de – genoemd. Vroed de stroom weer af.
O
Begrippenlijst

Slide 59 - Tekstslide

P
Pool + en -
Dit zijn de aansluitpunten voor elektriciteit.
Q
R
Radiatorbuis
Dit zijn de metalen buizen waardoor heet water gaat om de kachel op te warmen.
Retourdraad
Hierdoor gaat de stroom weer terug naar bijvoorbeeld het stopcontact.
S
Schakeldraad
Deze draad is zwart van kleur en laat de stroom vanaf de schakelaar door stromen naar bijvoorbeeld een lamp.
Spanningzoeker
Dit is een meetgereedschap om stroom mee op te zoeken.
Stroom
Is een positief geladen deeltjes waardoor een lamp kan branden.
Begrippenlijst

Slide 60 - Tekstslide

S
Stroomkring
Dit is een kring waarbij de stroom van + van af stopcontact naar gebruikers gaan en de – weer terug naar het stopcontact.
Stopcontact
Aansluitpunt voor stekkers.
T
Transformator
Dit is een apparaatje wat de stroom kan verlagen bijvoorbeeld van 230 V naar 9 volt. Maar anders om kan ook.
U
V
W
Warmte
Hoe warm iets is. Graden Celsius.
X
Y
Z
Begrippenlijst

Slide 61 - Tekstslide

Techniek
Controleer of je alle vragen en opdrachten heb gemaakt van thema elektra les 4 geleiding van elektriciteit

lever dan je opdrachten digitaal in

Slide 62 - Tekstslide