Herhalen blok 3 thema 4

Herhaling blok 3 van thema 4 "Germanen, Vikingen en monniken"
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Herhaling blok 3 van thema 4 "Germanen, Vikingen en monniken"

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les heb je alle belangrijke begrippen van blok 3 geoefend.

Slide 2 - Tekstslide

Waardoor viel het Romeinse rijk?
Bekijk dit korte filmpje met uitleg over de val het West- Romeinse rijk:

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Een donjon, of mottekasteel, was een versterkte wachttoren. Hier woonde de heer als er gevaar was.
Het gebied buiten het domein bestond uit de grond van de vrije boeren en de woeste gronden, onontgonnen gebied en bossen.
De vrije boeren moesten tijdens een oorlog wél meevechten met de heer. De wapenuitrusting moesten ze zelf betalen.
De akkers van de heer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was. Overigens moesten ze hun pacht ook weer van deze opbrengst betalen.
Het vroonhof was de boerderij (hoeve) van de heer. Hier woonde de heer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast een vroonhof woonden de horige boeren in geval van gevaar, zoals oorlog.
Bij het vroonhof waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Horigen woonden in vredestijd buiten het vroonhof
Met het hofstelsel bedoelen we het hele systeem (stelsel) van heren en horigen, inclusief de pacht en de herendiensten.

Slide 5 - Tekstslide


Het drieslagstelsel

  • Als landbouwgrond elk jaar wordt gebruikt, dan wordt de grond onvruchtbaar, waardoor de oogst steeds minder werd.
  • Met het drieslagstelsel werd de grond verdeeld in drie stukken, 
  • waarbij elk jaar één stuk grond niet gebruikt werd (braak). 

  • Hierdoor kon de grond herstellen en werd de opbrengst hoger.

Slide 6 - Tekstslide

Braak
🐄
Zomergraan
🏖
Hoe werkt het drieslagstelsel?
Jaar 1 
Jaar 2 
Jaar 3 
Wintergraan
☃️
Zomergraan
🏖
Braak
🐄
Wintergraan
☃️
Braak
🐄
Wintergraan
☃️
Zomergraan
🏖

Slide 7 - Tekstslide

Veel plichten,
weinig rechten

  • Iedereen op het domein van de heer hoorde bij het domein
  • De boeren waren horigen van de heer: ze moesten gehoorzaam zijn
  • Om op de grond van de heer te kunnen wonen, moest je pacht betalen.
  • De horigen waren ook verplicht om herendiensten, klusjeste doen.
  • Een horige moest overal toestemming voor vragen, ook om te trouwen
  • Een gevluchte horige was na een jaar en een dag een vrije boer.

Slide 8 - Tekstslide


Ridders en kastelen

  • Ridders waren strijders te paard die vochten voor een heer
  • In ruil daarvoor kreeg hij een paard, de wapenuitrusting en een kasteel
  • In naam van de heer sprak hij soms ook recht in zijn gebied.
  • Ridders woonden in kastelen, maar dat waren in het begin vaak houten boerderijen, die pas later van steen werden.
  • De meeste kastelen die er nu nog staan zijn van na het jaar 1000

Slide 9 - Tekstslide

Wie vallen het (west) Romeinse Rijk aan
A
Germanen (en Franken)
B
Oost Romeinen

Slide 10 - Quizvraag

Wie komt er op de troon in Rome, na de afzetting van de laatste keizer?
A
Een Romein
B
Een Germaan
C
Niemand
D
Een Frank

Slide 11 - Quizvraag

Waardoor viel het (west) Romeinse Rijk uiteen?
A
Te groot om te verdedigen
B
Veel van het leger bestond uit huurlingen
C
Veel ziektes onder de bevolking
D
Te veel wijn gedronken

Slide 12 - Quizvraag

Van de Romeinen naar de Germanen

  • Te groot om te verdedigen
  • Slecht onderhoud leger
  • Veel ziektes onder de bevolking
  • Invallen van Germanen! 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Nieuwe tijd! Germanen, Vikingen en monniken

Slide 15 - Tekstslide

Quiz
  • Koppel het juiste woord/afbeelding aan het juiste begrip

Slide 16 - Tekstslide

Germanen
Monniken
Vikingen
Klooster
Plunderen
Heidenen
Christendom
Geestelijken
Invallen

Slide 17 - Sleepvraag

Bij wie hoort dit schip?
A
Monniken
B
Germanen
C
Vikingen

Slide 18 - Quizvraag

Wie werken er in dit klooster?
A
Germanen
B
Vikingen
C
Monniken

Slide 19 - Quizvraag

Waar kwamen de Germanen vandaan?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 20 - Quizvraag

Waar kwamen de Vikingen vandaan?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de naam van Tijdvak 3?

Slide 22 - Open vraag

Wat is een horige?
A
Iemand met een gehoorprobleem
B
Een rijke ridder
C
De baas van een klooster
D
Een boer

Slide 23 - Quizvraag

Schrijf 3 dingen op die je
deze les hebt geleerd

Slide 24 - Open vraag

Kijk vooruit naar blok 4:

Slide 25 - Tekstslide