EC6_vakbonden en CAO

EC 6 Vakbonden en CAO 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

EC 6 Vakbonden en CAO 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet wat een arbeidsovereenkomst is.
  • Je weet wat het verschil is tussen primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden. 
  • Je weet wat een cao is en hoe vakbonden en werkgeverorganisaties dit uit onderhandelen. 
  • Je weet wat algemeen verbindend is en wat meeliftgedrag is. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een Arbeidsovereenkomst?
  • Als je gaat werken voor een baas krijg je een arbeidsovereenkomst. 
  • Dit is een contract waar alle afspraken tussen een werkgever en werknemer in staan. 
  • Deze arbeidsovereenkomst is alleen geldig voor jou dus noemen we dit een individuele arbeidsovereenkomst. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat staat er in een arbeidsovereenkomst?

In een arbeidsovereenkomst staan arbeidsvoorwaarden. Dit is een moeilijk woord voor afspraken. 
Je hebt primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden.
Primaire arbeidsvoorwaarden zijn afspraken die je bij elke werkgever eigenlijk wel maakt. Voorbeelden hiervan zijn:
  • Uurloon
  • Uren dat je werkt in de week
  • Vakantiegeld
Secundaire arbeidsvoorwaarden zijn afspraken die je niet bij elke werkgever krijgt. 
Voorbeelden van secundaire voorwaarden zijn:
  • 13e maand.
  • Reiskostenvergoeding.
  • Auto van de zaak

Slide 4 - Tekstslide

Wat doen vakbonden ook alweer?
A
Komen op voor werkgevers
B
Komen op voor werknemers
C
Komen op voor werkgevers en werknemers

Slide 5 - Quizvraag

Het CAO
  • In veel sectoren heb je een CAO.
  • CAO staat voor collectieve arbeidsovereenkomst.
  • Een CAO zijn arbeidsvoorwaarden voor een hele branche/bedrijfstak.
  • Wat is een branche/bedrijfstak? 
  • Dit is een groep bedrijven die dezelfde producten of diensten maken, zoals de kappersbranch, de bouw of horeca. 
  • Dus bij zo'n cao hebben alle mensen in de horeca dezelfde arbeidsvoorwaarden. Dat word wel per beroep in de branche bepaald. Een kok heeft dus wel een andere cao dan een serveerster. 

Slide 6 - Tekstslide

Hoe krijg je een CAO
  • Dit wordt uit onderhandeld via vakbonden en werkgeverorganisaties. 
  • Soms bemoeit de regering zich ook met de onderhandelingen van een CAO.
  • Als de regering ook mee onderhandelt, noemen we een CAO ook wel een centraal akkoord. 
  •  Als zo'n centraal akkoord af is tussen de regering, werkgeversorganisaties en vakbonden wordt het algemeen verbindend.
  • Dat betekent dat voor iedereen in heel Nederland het cao geldt die voor de branche is gemaakt.  

Slide 7 - Tekstslide

Vakbonden komen op voor werknemers
  • Hoe komt een vakbond aan zijn geld?
  • Dit krijgen ze van leden die voor een lidmaatschap betalen.
  • Echter hoeven werknemers geen lid te zijn van een vakbond.
  • Deze mensen hebben het voordeel dat de vakbond voor hun een contract uit onderhandelt, zonder dat zij de vakbond iets hebben betalen.
  • Dit noemen we meeliftgedrag, want mensen profiteren iets waar ze niet aan mee betalen. 

Slide 8 - Tekstslide

Het contract die ik heb getekend bij mijn baas noemen we een...
A
CAO
B
Arbeidsovereenkomst
C
Individuele arbeidsovereenkomst
D
Collectief aandragen ontslag

Slide 9 - Quizvraag

Het aantal vakantiedagen dat ik heb staat in mijn...
A
Primaire arbeidsvoorwaarden
B
Secundaire arbeidsvoorwaarden

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel salaris ik krijg staat in mijn...
A
Primaire arbeidsvoorwaarden
B
Secundaire arbeidsvoorwaarden

Slide 11 - Quizvraag

Mijn baas wordt vertegenwoordig door:
A
Werkgeversorganisatie
B
Vakbond
C
Werknemersorganisatie

Slide 12 - Quizvraag

Mijn belangen in de CAO onderhandelingen worden behartigd door:
A
Werknemersorganisatie
B
Vakbond
C
Werkgeversorganisatie

Slide 13 - Quizvraag

Waarvoor staat CAO
A
Collectief aanbod ontslag
B
Collectieve alleenstaande ouderen
C
Collectieve apen opvang
D
Collectieve arbeidsovereenkomst

Slide 14 - Quizvraag

Blooket, lesstof ECO 

Slide 15 - Tekstslide