4.3 & 4.4 Atomen als Bouwstenen, scheiden & ontleden

4.3 Atomen als Bouwstenen 
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

4.3 Atomen als Bouwstenen 

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
- Terugblik verbranding en ontleding

- Atomen en moleculen

- Verbindingen en elementen

-Symbolen en periodiek systeem der elementen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les weten jullie:

-Het verschil tussen moleculen en atomen

- Het verschil tussen elementen en verbindingen

-Hoe jullie de symbolen van een element achterhalen



Slide 3 - Tekstslide

Terugblik
De vorige lessen hebben we het gehad over verbranding en ontleding. Bijvoorbeeld de ontleding van water.

Water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g)

Maar hoe en waaruit zijn al deze stoffen opgebouwd?


Slide 4 - Tekstslide

Atomen en moleculen
- Vrijwel alle stoffen zijn opgebouwd uit moleculen.

- Elke stof heeft zijn eigen soort molecuul.

- Een molecuul is het kleinste deeltje van een stof die nog dezelfde stofeigenschappen heeft. 

- Een molecuul is weer opgebouwd uit kleinere deeltjes: Atomen. Dit zijn de kleinste bouwsteentjes in de natuur.

Slide 5 - Tekstslide

Atomen en moleculen
-Stel we halen water uit elkaar: 1 molecuul water is opgebouwd uit twee atomen waterstof en één atoom zuurstof.








+

Slide 6 - Tekstslide

Elementen en verbindingen
Behalve over moleculen en atomen, spreken we ook vaak over elementen en verbindingen.

- Elementen zijn stoffen die bestaan uit 1 soort atoom.

- Verbindingen zijn stoffen die bestaan uit 2 of meer soorten atomen.

Slide 7 - Tekstslide

Overzicht
- Water links: Is een molecuul en een verbinding
- Waterstof middenin: Molecuul en element
- Zuurstof rechts: Atoom en element

Slide 8 - Tekstslide

Symbolen van elementen
- Alles in de wereld is opgebouwd uit moleculen, en moleculen zijn weer opgebouwd uit atomen.

- Er bestaan maar ongeveer 100 verschillende atomen.

-Al deze atomen hebben hun eigen symbool.

Slide 9 - Tekstslide

Tabel met veel voorkomende elementen
In tabel 1 op pagina 83 staan veel voorkomende elementen.
symbool
naam
symbool
naam
Al
aluminium
H
waterstof
Cu
koper
C
koolstof
Fe
ijzer
N
stikstof
Au
goud
O
zuurstof
Mg
magnesium
S
zwavel

Slide 10 - Tekstslide

Periodiek systeem van de elementen
-Alle verschillende atomen zijn terug te vinden in het periodiek systeem van de elementen.

- In het periodiek systeem vind je de naam, symbool, en nog veel meer informatie terug.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Samenvattend
Atomen: 
Molecuul: 

Element: 
Verbinding: 

Slide 13 - Tekstslide

Samenvattend
Atomen: Kleinste bouwstenen in de natuur.
Molecuul: 

Element: 
Verbinding: 

Slide 14 - Tekstslide

Samenvattend
Atomen: Kleinste bouwstenen in de natuur.
Molecuul: Opgebouwd uit atomen. Bijna alle stoffen bestaan uit moleculen.
Element: 
Verbinding: 

Slide 15 - Tekstslide

Samenvattend
Atomen: Kleinste bouwstenen in de natuur.
Molecuul: Opgebouwd uit atomen. Bijna alle stoffen bestaan uit moleculen.
Element: Een atoom of molecuul opgebouwd uit 1 soort atoom.
Verbinding: 

Slide 16 - Tekstslide

Samenvattend
Atomen: Kleinste bouwstenen in de natuur.
Molecuul: Opgebouwd uit atomen. Bijna alle stoffen bestaan uit moleculen.
Element: Een atoom of molecuul opgebouwd uit 1 soort atoom.
Verbinding: Een molecuul die is opgebouwd uit meer dan 1 soort atoom.

Slide 17 - Tekstslide

Scheiden van mengsels

Slide 18 - Tekstslide

Op de achtergrond is een ... mengsel te zien.
A
homogeen
B
heterogeen

Slide 19 - Quizvraag

Wat voor soort mengsel is op de achtergrond te zien?
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie

Slide 20 - Quizvraag

Stoffen scheiden
Om stoffen van elkaar te scheiden, gebruik je een scheidingsmethode.

Welke je gebruikt hangt af van de stoffen die in het mengsel aanwezig zijn.
Indampen
Filtreren
Extraheren

Slide 21 - Tekstslide

Zuivere stoffen
Zuivere stoffen bestaan uit alleen moleculen van die stof. 


Bijvoorbeeld: een schepje suiker bevat alleen suikermoleculen.

Slide 22 - Tekstslide

Zuiveren
Als je een stof gaat zuiveren, ben je eigenlijk de moleculen aan het sorteren. Je zorgt ervoor dat de moleculen van dezelfde soort bij elkaar terechtkomen. Dat sorteren en zuiveren doe je door scheidingsmethodes te gebruiken.
Voorbeeld
Het zuiveren van suiker. Suikerbieten die in de fabriek worden verwerkt, bestaan voor ongeveer 20% uit suiker. Stap voor stap wordt de suiker gescheiden van de andere stoffen. Uiteindelijk blijven er dan witte kristallen over die voor meer dan 99% uit suiker bestaan.
Afbeelding 12
Een mengsel van 3 stoffen
Afbeelding 13 
3 zuivere stoffen

Slide 23 - Tekstslide

Atomen: De bouwstenen van moleculen
Er bestaan heel veel zuivere stoffen. Er bestaan dus ook heel veel verschillende moleculen.

Al die moleculen zijn opbouwd uit verschillende bouwstenen, ook wel atomen genoemd. 
Watermolecuul (H2O)
Ammoniak (NH3)
- wordt gebruikt om mee schoon te maken
Ethanol (C2H6O)
- scheikundige naam voor de alcohol in bier en wijn
Extra
Je kan de moleculen ook zien als legohuisjes. Om die legohuisjes te maken heb je bouwstenen nodig, de atomen. Elke kleur van een legoblokje is een atoom. 
Zo zijn er in de voorbeelden ook verschillende kleuren gebruikt. 
Wit = waterstof atoom
Rood = zuurstof atoom
Blauw = stikstof atoom
Zwart = koolstof atoom

Slide 24 - Tekstslide

Stoffen ontleden
In een van de  vorige lessen heb je hout ontleed door een thermolyse reactie toe te passen 

Denk daaraan terug en 
-  Noem daarbij minimaal 3 waarnemingen.

Slide 25 - Tekstslide

Stoffen ontleden
Een molecuul kun je kapot maken. Bij het ontleden van water, worden watermoleculen kapot gemaakt.

Het ontleden van een stof is een chemische reactie.
Als je water ontleedt, krijg je waterstof en zuurstof
Extra
Bij het ontleden van een stof ontstaan er nieuw stoffen. De losse bouwstenen vormen nieuwe combinaties. Voor de pijl heb je namelijk 6 watermoleculen en na de pijl heb je 3 zuurstofmoleculen en 6 waterstofmoleculen. 

Slide 26 - Tekstslide

Een element
Waterstof en zuurstof worden elementen genoemd. Een element is een stof die niet verder kan worden ontleed door een chemische reactie.

Een element bestaat helemaal uit 1 soort atomen. 

Aluminium folie

Extra
Er zijn iets meer dan 100 verschillende atomen, dus ook iets meer dan 100 elementen.
Houtskool
Bestaat uti 1 soort atomen: aluminiumatomen
Bestaat uit 1 soort atomen: 
koolstofatomen

Slide 27 - Tekstslide

Hoeveel elementen heeft het water molecuul?
H2O
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 28 - Quizvraag

Hoeveel elementen heeft een amoniak molecuul?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 29 - Quizvraag

Hoeveel elementen heeft een ethanol (alcohol) molecuul?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide

Maakwerk


Lezen paragraaf 4.4
Maken opgave: 43 t/m 51

Slide 32 - Tekstslide