Gedichtenles groep 7/8

• Taal
• Basisschool
• Groep 8

Ben in de bladerbloesemwar
de kiezelende stralenwar
de gniechelende stikkewar
de stommestillestarenwar

1. Gepaard (AABB-CCDD)
2. Omarmend (ABBA-CDDC)
3. Gekruist (ABAB-CDCD)
4. Slagrijm (AAAA-BBBB)

Ben je boos?
Pluk een roos
Zet hem op je hoed
Dan is het morgen weer goed!

1. Gepaard (AABB-CCDD)
2. Omarmend (ABBA-CDDC)
3. Gekruist (ABAB-CDCD)
4. Slagrijm (AAAA-BBBB)

1. Gepaard (AABB-CCDD)
2. Omarmend (ABBA-CDDC)
3. Gekruisd (ABAB-CDCD)
4. Slagrijm (AAAA-BBBB)

1. Vormgedicht
2. Elfje
3. Naamgedicht

Lesdoel

Vandaag ga je zelf een elfje schrijven. Daarna ga je met wasco en waterverf een poster maken waar dit elfje op staat. 

Mijn elfje

Glansdoorzichtig

mijn tranen

van het verdriet

jarenlang gebruikt en gebruikt

op

Stappenplan elfje

Stap 1: Neem een ding, dier of mens in je hoofd waarover het gedicht zal gaan. Kies een eigenschap dat hierbij past en schrijf dit in 1 woord op. Bijvoorbeeld de kleur, het karakter, de geur, de smaak etc.

Stap 2: Schrijf in 2 woorden bij wie of wat die eigenschap hoort.

Stap 3: Waar is het ding, dier of mens?

Stap 4: Stel een vraag over waar de eerste drie regels over gaan.

Stap 5: Wat zegt het, welk geluid maakt het?

Opruimen

• Is mijn tafelgroepje leeg en schoon?
• Is het onder mijn tafelgroepje leeg en schoon?
• Ligt mijn elfje op de gang te drogen?

Klaar? Pak je boek en ga aan je tafel lezen.