3.4 Kansen voor Gambia

3.4 Kansen voor Gambia






Klas 1
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.4 Kansen voor Gambia






Klas 1

Slide 1 - Tekstslide

LessonUp inloggen
Ga naar lessonup.app op je laptop
Vul onderstaande code in 
Geef je eigen naam (geen nickname, andere namen of emojis)
timer
2:00

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog van de bevolkingskenmerken van Gambia (3.3)?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat is zuigelingensterfte?
A
Het aantal volwassenen dat sterft (per duizend inwoners)
B
Het aantal kinderen dat sterft in de eerste 10 levensjaren(per duizend inwoners)
C
Het aantal baby's dat in het eerste levensjaar sterft (per duizend inwoners)

Slide 8 - Quizvraag

Hoe bereken je bevolkingsdichtheid?
A
Inwoners gedeeld door oppervlakte
B
Aantal geboortes min aantal sterftes
C
Immigranten min emigranten
D
Oppervlakte gedeeld door inwoners

Slide 9 - Quizvraag

De bevolking van Gambia is....
A
Ouder dan gemiddeld
B
Jonger dan gemiddeld
C
Ongeveer gemiddeld

Slide 10 - Quizvraag

Primaire sector = landbouw Secundaire sector = industrie
Tertiaire sector = diensten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Is er op de foto sprake van een monocultuur in de landbouw?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quizvraag

Welke bevolkingsdiagram zou van Gambia kunnen zijn?
A
De eerste diagram
B
De tweede diagram

Slide 13 - Quizvraag

Waar gaan we het deze les over hebben?

Slide 14 - Tekstslide

Kansen voor Gambia: Toerisme
Toerisme is belangrijk voor de economie van Gambia (25% van het bnp wordt verdiend aan toeristen)
Toeristen zorgen voor directe werkgelegenheid (zonder toerisme zou dat werk niet bestaan) en indirecte werkgelegenheid

Slide 15 - Tekstslide

Kansen voor Gambia: Toerisme
Toerisme is belangrijk voor de economie van Gambia. Toeristenindustrie: alle bedrijven die zich bezighouden met toerisme.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

BNP = ...
A
Het gemiddelde inkomen van een inwoner van een land
B
Het geld dat alle inwoners in een land samen verdienen.

Slide 19 - Quizvraag

Kansen voor Gambia: Arbeidsmigranten
Inkomstenbron: Gambianen die in het buitenland werken en geld naar huis sturen (arbeidsmigranten)
Vooral in Senegal, Nigeria, V.S. en V.K.
Kenmerken migranten:  vaak jonge,  geschoolde (hoogopgeleide) werknemers zoals artsen en verpleegkundigen.
• Nadeel voor Gambia: braindrain

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Kansen voor Gambia: Ontwikkelingssamenwerking
Rijke landen helpen Gambia.
 - vroeger ontwikkelingshulp: rijke landen bepaalden de oplossingen voor de problemen in Gambia (geld, voedsel)
- tegenwoordig ontwikkelingsamenwerking: meer gelijkwaardige partners ontwikkelingsplannen van Gambia worden gesteund met advies en geld

Steun van donorlanden voorzichtig met zwakke staten
Nederlandse overheid steunt ontwikkelingsprojecten in Gambia via de VN.


Slide 22 - Tekstslide


Klik op de afbeelding om hem te vergroten. 
Is dit een voorbeeld van noodhulp of structurele hulp?
A
Noodhulp
B
Structurele hulp

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Check:
Arbeidsmigranten migreren voor werk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

ChecK: Wat is een braindrain?
A
Hoog opgeleide mensen komen naar een land
B
Hoog opgeleide mensen verlaten een land
C
Mensen verlaten een land
D
Mensen komen naar een land toe.

Slide 26 - Quizvraag

Toerisme in Gambia levert zowel directe als indirecte werkgelegenheid. Leg uit wat het verschil hiertussen is en geef van elk een voorbeeld.

Slide 27 - Open vraag

Aan de slag!
Maak §3.4 opdracht 1,2,3,6,en 7. 


timer
1:00

Slide 28 - Tekstslide