ROUS - Levensloop 2.7 t/m 2.16

Welkom
4 VWO ||  2023-2024


Levensloop hoofdstuk 2


1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
4 VWO ||  2023-2024


Levensloop hoofdstuk 2


Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Terugblik
  • Theorie
  • Aan de slag
  • Terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Welke bewering over transactiekosten is onjuist?
A
Een ruilmiddel verlaagt de transactiekosten
B
Transactiekosten kunnen uitgedrukt worden in geld, tijd en inspanning.
C
Transactiekosten zijn de kosten die betaald moeten worden als je iets koopt.
D
Transactiekosten zijn de kosten die gemaakt moeten worden om een ruil tot stand te brengen.

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent risicoaversie?
A
Angst voor risico's uit het verleden
B
Informatie zoeken over risico's
C
Roekeloos gedrag vertonen
D
De mate waarin mensen afkerig zijn van risico's

Slide 4 - Quizvraag

Bij asymmetrische informatie
A
..kunnen mensen niet tegelijkertijd communiceren
B
..gaat het om informatie die niet meetbaar is
C
...heeft de ene partij meer informatie dan de andere partij
D
...hebben kopers een hogere betalingsbereidheid

Slide 5 - Quizvraag

Averechtse selectie
  • Goede vs slechte risico's
  • Goede risico's: mensen die weinig schade claimen
  • Slechte risico's: mensen die veel schade claimen
  • Slechte risico's verhogen de premie, goede risico's verlagen de premie. 

Slide 6 - Tekstslide

Averechste selectie
  • De goede risico's vinden de premie te hoog worden en stoppen met de verzekering.
  • Wat is het gevolg voor de premie?
  • De premie gaat nog verder omhoog, want minder mensen die alleen premie betalen en geen schade claimen. 
  • Wat is het gevolg?
  • Steeds meer mensen vinden de premie niet meer opwegen te het risico en gaan ook weg. 

Slide 7 - Tekstslide

Hoe zou je averechtse selectie tegen kunnen gaan?

Slide 8 - Open vraag

Averechtse selectie bestrijden
Optie 1: 
  • Premiedifferentiatie toepassen. 
  • Verschillende groepen krijgen verschillende premies. 
  • Bepalen door bijvoorbeeld: vragenlijsten, woonplaats, leeftijd, aantal schades in het verleden. 
  • Doel: slechte risico's betalen een hogere premie en goede risico's betalen een lagere premie. 

Slide 9 - Tekstslide

Bonus malus regeling
Is een vorm van premiedifferentiatie. 
Voorkomt dus ook averechtse selectie

Slide 10 - Tekstslide

Averechtse selectie bestrijden
Optie 2: 
  • Vrijwillig eigen risico toepassen
  • Eigen risico: Dan moet je het eerste deel van een schade zelf betalen
  • Goede risico's zullen een hoog eigen risico instellen in ruil voor lagere premie. 

Slide 11 - Tekstslide

Averechtse selectie bestrijden
Optie 3: 
  • De overheid stelt de verzekering verplicht.
  • Welke 2 particuliere verzekeringen zijn verplicht?
  1. Zorgverzekering
  2. WA verzekering motorvoertuigen

Slide 12 - Tekstslide

Moral hazard
In het Nederlands: moreel wangedrag

Wanneer mensen zich roekelozer gaan gedragen omdat ze toch wel verzekerd zijn en niet zelf hoeven op te draaien voor de schade. 

Slide 13 - Tekstslide

Op welke manier zou je moreel wangedrag tegen kunnen gaan?

Slide 14 - Open vraag

Moreel wangedrag bestrijden
  • Een verplicht eigen risico instellen
  • Bonus malus regeling
  • Maximumvergoeding invoeren

Slide 15 - Tekstslide

Wat betekent averechtse selectie?
A
Een verzekeraar selecteert de verzekerden niet eerlijk
B
Verzekerden hebben een kleine kans op schade
C
Een hogere premie voor risicozoekers
D
Goede risico's verzekeren zich niet, slechte risico's wel

Slide 16 - Quizvraag

Een verzekering voor de wettelijke aansprakelijkheid van automobilisten heeft te maken met een gemiddelde schade van € 3.000 per gebeurtenis. De verzekeringsmaatschappij heeft 40.000 verzekerden. Per jaar claimt slechts 1 op de 20 verzekerden een schade. Ga er bij de berekeningen van uit dat de maatschappij zelf niets verdient.
Hoe hoog moet de premie per jaar zijn om deze kosten te dekken?
A
€ 3.000
B
€ 150
C
€ 300
D
€ 1.500

Slide 17 - Quizvraag

Bestrijden van averechtse selectie is niet:
A
Collectieve dwang
B
Premiedifferentiatie
C
Bonus-malusregeling
D
Consumenten gedrag

Slide 18 - Quizvraag

Wat is asymmetrische informatie bij verzekeringen?
A
verzekeraar weet meer dan de verzekerde
B
verzekerde weet meer dan de verzekeraar
C
er is geen informatie
D
verzekerde weet evenveel als de verzekeraar

Slide 19 - Quizvraag

De verzekeraar weet niet of de verzekerde het vragenformulier juist heeft ingevuld. Dit is een vorm van:
A
Asymmetrische informatie
B
risico-aversie
C
Averechtse selectie
D
Averechtse informatie

Slide 20 - Quizvraag

Wat is het resultaat van averechtse selectie als gevolg van asymmetrische informatie?
A
alleen de slechte risico's blijven over
B
alleen de goede risico's blijven over
C
niemand wordt meer verzekerd
D
verzekeraar kiest de verzekerde

Slide 21 - Quizvraag

Eigen risico zorgt voor:
A
Meer moreel wangedrag
B
Meer averechtse selectie
C
Minder moreel wangedrag
D
Minder averechtse selectie

Slide 22 - Quizvraag

Wat is Moral Hazard?
A
een rare gewoonte
B
Een moreel dilemma
C
Je pleegt verzekeringsfraude
D
verzekerde wordt minder voorzichtig

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de invloed van een eigen risico op de risico's en premie?
A
risico verzekerde hoger, premie lager
B
risico verzekeraar hoger, premie hoger
C
risico verzekerde hoger, premie hoger
D
risico verzekeraar lager, premie lager

Slide 24 - Quizvraag

Aan de slag
Maken 2.7 t/m 2.16
Zachtjes overleggen! / Aan docent vragen
Klaar? Nakijken
Niet af? Huiswerk!


Slide 25 - Tekstslide