In deze les zitten 26 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Video
bonjour v3 - comment ça va?
prenez
-> vos livres
-> vos cahiers
-> vos trousses / stylos
aujourd'hui on est le ........
Slide 2 - Tekstslide
qu'est-ce qu'on va faire?
herhaling delend lidwoord
bron E regarder - page 28
faire les exercices 20 et 21
Au resto
Slide 3 - Tekstslide
D. het delend lidwoord
Als er in het Nederlands geen lidwoord of geen getal staat voor het zelfstandig naamwoord, dan komt er in het Frans een delend lidwoord (du, de la, de l', des) vóór het zelfstandig naamwoord. 'Du' voor mannelijke woorden. 'De la' voor vrouwelijke woorden.
* Ik koop een brood-> j'achète un pain (wel lidwoord, onbepaald)
* Het brood is op tafel -> le pain est sur la table (bepaald lidwoord)
* Ik houd van brood -> j'aime le pain of ik koop brood OF j'achète du pain (in nl geen lidwoord, wel in het Frans).
Slide 4 - Tekstslide
D. het delend lidwoord
als in het Nl geen lidwoord WEL in het Frans
-> du - des | de la - des | de l' - des
na een woord van hoeveelheid
-> de of d'
na ww aimer, adorer, préférer, détester
->le, la, l' of les
Slide 5 - Tekstslide
À midi je mange ___ fromage.
Le soir j'aime beaucoup ___ fruits.
Je préfère ___ crèpes.
Vous détestez ___ viande.
Pour le lunch tu prends ___ viande.
Elle commande __ eau
Slide 6 - Tekstslide
À midi je mange ___ fromage.
Le soir j'aime beaucoup ___ fruits.
Je préfère ___ crèpes.
Vous détestez ___ viande.
Pour le lunch tu prends ___ viande.
Elle commande __ eau
du ✅
les ✅
les ✅
la ✅
de la ✅
de l'✅
Slide 7 - Tekstslide
Je ne mange jamais ___ fromages.
Ma mère aime manger ___ chocolat.
Nous commandons ___ crèpes.
Vous avez une carafe ___ eau.
Je bois un verre ___ coca.
Tu adores __ glace à la vanille.
Slide 8 - Tekstslide
Je ne mange jamais ___ fromages.
Ma mère aime manger ___ chocolat.
Nous commandons ___ crèpes.
Vous avez une carafe ___ eau.
Je bois un verre ___ coca.
Tu adores __ glace à la vanille.
des ✅
du ✅
des ✅
d' ✅
de ✅
la ✅
Slide 9 - Tekstslide
buts bron E regarder - page 28
je kunt de belangrijkste informatie uit een film begrijpen
je kent woorden die te maken hebben met eten en drinken
Slide 10 - Tekstslide
vocabulaire E
p. 41
Slide 11 - Tekstslide
devoirs (huiswerk)
apprendre (leren) vocabulaire E page 41
toets hoofdstuk 5: 14 mei
Slide 12 - Tekstslide
exercice 19 page 28 - lange film
cahier et stylo!!!!
noteer 3 onderwerpen die in de video aan bod komen
noteer ze in het NL of FR in je schrift.
thema =au resto & avoir une faim de loup
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
onderwerpen??
Slide 15 - Woordweb
exercice 20a - page 29
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
een mondeling 'au resto' met eigen recept
Slide 20 - Tekstslide
Groepen / duo's maken voor mondeling ch5
Slide 21 - Tekstslide
au resto
in de week voor de vakantie krijg je tijd om hieraan te werken
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
aller au restaurant avec un ami & se débrouiller au restaurant
pages
171 + 178
Slide 24 - Tekstslide
Je gaat naar het restaurant met een vriend (in)
en jullie spelen de ober en de klant.
Begroet de ober en zeg dat je een tafel hebt gereserveerd voor 2 personen.
Bestel iets te drinken en vraag wat de dagschotel is
Vertel vervolgens wat je wilt eten als voorgerecht, hoofdgerecht en toetje (met eigen recept)
Zeg dat er iets niet klopt: je hebt geen vis besteld.
Er klopt nog iets niet, verzin zelf wat dat is
Vraag om een karaf water
Vraag tot slot om de rekening en betaal
gebruik phrases-clés uit leerjaar 1,2 en 3
pages 171 + 178
eigen recept
Voor deze opdracht maak je thuis een eigen recept. Hierbij zorg je voor een beschrijving in het Frans (ingredientenlijst)