Herhaling - Blauwe planeet - De zon de aarde en de maan - Het zonnestelsel

Herhaling - Blauwe planeet - De zon de aarde en de maan - Het zonnestelsel
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
W.O.Lager onderwijs

In deze les zitten 47 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhaling - Blauwe planeet - De zon de aarde en de maan - Het zonnestelsel

Slide 1 - Tekstslide

Onze blauwe planeet

Slide 2 - Tekstslide

Onze blauwe planeet
In de 3de eeuw v.C. namen de Grieken al aan dat de aarde, net zoals de zon en de maan, een bol was.
Ze berekenden zelfs met verbluffende nauwkeurigheid dat de omtrek van de aarde 40 000 km bedroeg.

Slide 3 - Tekstslide

Onze blauwe planeet
Tijdens de middeleeuwen dacht men echter dat de aarde plat was.

'De aarde is een platte schijf en als je te ver op zee durft varen, dan val je van de aarde af!'

Slide 4 - Tekstslide

Onze blauwe planeet
In de 16de eeuw keek Galileo Galileï met een telescoop naar de planeten en bewees dat de aarde en de andere planeten rond de zon draaien.

Het duurde tot in de 20ste eeuw dat de aarde vanuit de ruimte als een volledige bol werd gefotografeerd.

Slide 5 - Tekstslide

In 1969 was het de eerste keer dat een mens de aarde zag van op de maan als een volledige bol.

Dit was astronaut Neil Armstrong die met de Apollo-ruimteraket in 1969 naar de maan vloog.

Onze wondermooie aarde met blauwe oceanen, witte wolken, bruin en groen van de continenten en witte ijskappen.

Slide 6 - Tekstslide

Onze blauwe planeet
Land en water zijn zeer ongelijk verdeeld.

70% van het aardoppervlak is bedekt met oceanen en ijs.

30% van het oppervlak bestaat uit land.

Slide 7 - Tekstslide

Onze blauwe planeet
Niet al het water van de aarde is geschikt als drinkwater. Slechts 3% van het water op aarde is zoet water.
Een groot deel daarvan is bevroren in gletsjers en ijskappen.

Sinds 1975 is de vraag naar drinkbaar water verdubbeld. Ook het aantal mensen op aarde neemt alsmaar toe.

Slide 8 - Tekstslide

De dampkring van onze aarde
 De lagen van de dampkring bestaan uit verschillende gassen, waaronder stikstof en zuurstof.

Alle weersverschijnselen spelen zich af in de dampkring: wolken, regen, wind, bliksem,... 

De dampkring beschermt onze aarde ook tegen gevaarlijke straling zoals UV-stralen van de zon.
Vanuit de ruimte zie je dat de aarde omgeven is met dikke lagen lucht. Dit is de dampkring of atmosfeer.

Slide 9 - Tekstslide

De aarde is een vaste, niet gladde bol want er zijn hoge bergen en diepe grachten op de zeebodem.

De buitenste harde laag gesteenten noemen we de aardkorst. Die aardkorst is heel dun.

Slide 10 - Tekstslide

Onder de aardkorst zit de mantel van de aarde die uit taai vloeibare gesteenten bestaat: Het magma.

Als een vulkaan uitbarst komt dit uit de krater naar buiten. 

Er komen gloeiend hete, giftige gassen vrij en de assen kunnen kilometers verder neerkomen. Daarna vloeien de vloeibare gesteenten als lavastromen naar beneden. 

Binnen in de aarde zit de kern.
De kern van de aarde bestaat uit ijzer en nikkel.

Slide 11 - Tekstslide

Vulkanische assen bevatten vaak vele mineralen. Het is zeer rijke, vruchtbare grond.

Slide 12 - Tekstslide

Wanneer magma stolt, onstaan vaste gesteenten.  De mineralen in die gesteenten kunnen mooie kristalvormen hebben.

Zo is kwarts een hard, mooi mineraal. 
Het is de grondstof voor vele producten als glas, verf, schuurmiddelen, tandpasta, instrooizand op kunstgrasvelden, gietvormen,...

Slide 13 - Tekstslide

Gesteenten die nuttige stoffen of mineralen bevatten, noemen we ook ertsen.

Zit in een gesteente veel ijzer dan noemen we het ijzererts. Het is de grondstof voor stalen draden, platen, staven, buizen,...

Kopererts bevat veel koper. Omdat koper een goede geleider is van elektriciteit , wordt dit als koperdraad veel gebruikt in de elektronica. Maar koper zit ook in muntstukken, muziekinstrumenten, kunstwerken,...

Slide 14 - Tekstslide

Wanneer vaste gesteenten tot keien en nog kleinere deeltjes verbrokkelen, worden deze door het zeewater, de rivieren, het ijs of wind meegenomen en op een andere plaats als een laag afgezet.

Zo vinden we kleilagen, zand- en grindlagen in ons land die miljoenen jaren geleden door de zee en rivieren werden afgezet.

Slide 15 - Tekstslide

Vele lagen in de ondergrond van België bestaan uit losse of vaste gesteenten die we kunnen gebruiken als grondstof of bouwmateriaal.

In de provincies Antwerpen en Limburg wordt zeer zuiver wit kwartszand ontgonnen. 

Klei wordt op verschillende plaatsen afgegraven. Het is de grondstof voor baksteen en dakpannen.

Slide 16 - Tekstslide

Steenkool, aardolie en aardgas zijn belangrijke energiebronnen die in de ondergrond van de aarde zitten.

Ze zijn miljoenen jaren geleden ontstaan uit resten van planten of dieren.

Deze resten werden bedolven door lagen zand en klei en door de hoge druk en warmte zeer langzaam omgevormd tot steenkool, aardolie of gas.

Slide 17 - Tekstslide

Steenkool is een vast gesteente. Het zit als lagen tussen de andere gesteenten. 

Op sommige plaatsen in de wereld kan men steenkool met bulldozers afgraven. Hier in Europa zit steenkool op een diepte van 700 m en nog veel dieper.

Werken in de steenkoolmijnen is gevaarlijk en ongezond.

Slide 18 - Tekstslide

Aardolie en aardgas zitten als druppeltjes of gasbelletjes in de piepkleine gaatjes en spleetjes van een gesteente, net een spons.

Diep onder de bodem van de Noordzee zitten gesteentelagen waarin aardolie en aardgas zit.

Omdat de Noordzee geen diepe zee is, kunnen boorplatforms en pijpleidingen op de zeebodem worden geplaatst.

De aardolie en het aardgas worden opgepompt en langs een pijpleiding of tankschip naar de kust gebracht.

Slide 19 - Tekstslide

Aardbevingen
Elk jaar beeft onze aarde meer dan 1 miljoen keer.
Met een seismograaf worden deze trillingen nauwkeurig gemeten.

Aardbevingen zijn moeilijk te voorspellen en kunnen enorme schade aanrichten.

Slide 20 - Tekstslide

In 2011 veroorzaakte een zeer zware zeebeving in de noordoostkust van Japan een enorme tsunami. 

Deze vloedgolf was meer dan 20 meter hoog en eiste het leven van 160 000 mensen.
Vooral Japan werd zwaar getroffen.

Slide 21 - Tekstslide

Zonsverduistering of zoneclips
Ook al is de maan veel kleiner dan de zon, ze staat wel heel dicht bij de aarde. Het gebeurt soms dat de maan voor de zon schuift bij nieuwe maan.



Als de maanschijf de zon helemaal bedekt, dan spreken we van een totale zonsverduistering (of zoneclips). Het kan ook dat je maar een gedeeltelijke zonsverduistering ziet.

Slide 22 - Tekstslide

Maansverduistering
Net zoals de maan voor de zon kan schuiven bij een zonsverduistering, zo kan de aarde tussen de zon en de maan komen te staan. Er valt dan geen licht op de maan.
Op de aarde zien we dan een maansverduistering, soms gedeeltelijk en soms volledig.
Niet bij élke volle maan zien we een verduistering. Meestal schuift de volle maan net 'onder' of 'boven' de schaduw van de aarde.

Slide 23 - Tekstslide

Eb en vloed op het strand
Het zeewater overspoelt twee keer per dag het strand -> vloed 
Twee keer per dag trekt het zeewater terugtrekt -> eb.

Omdat de maan zo dicht bij de aarde staat, oefent ze een aantrekkingskracht uit op het water van onze aarde: hierdoor wordt het water aan weerszijde van de aarde opgestuwd.

Slide 24 - Tekstslide

Als het volle of nieuwe maan is, dan wordt die aantrekkingskracht nog groter door de aantrekkingskracht van de maan én die van de zon: dan is het springtij en het zeewater komt dan nog verder dan anders.

Slide 25 - Tekstslide

Het zonnestelsel

Slide 26 - Tekstslide

Geschiedenis...
Joeri Gagarin -> eerste mens die in 1961 een vlucht rond de aarde maakte.

Neil Armstrong -> 21 juli 1969 landde de Apollo en zette hij de eerste voet op de maan.

Slide 27 - Tekstslide

Het heelal
Het heelal is de naam voor de ruimte waarin zich de zon, de planeten en alle andere sterrenstelsels bevinden.

Het heelal bestaat uit miljarden sterrenstelsels, die zijn gevormd uit gas.

Slide 28 - Tekstslide

Het heelal
Veel geleerden denken dat ongeveer vijftien miljard jaar geleden bij een enorme explosie waterstofgas de ruimte in werd geslingerd.

Die gedachte noemt men de oerknaltheorie, naar de naam van die explosie, ook wel Big Bang genoemd.


Slide 29 - Tekstslide

Het heelal
Het licht van een ster legt jaarlijks een afstand af van bijna 9,5 biljoen kilometer. Die afstand noemen we een lichtjaar.

Het licht van een ster is soms duizenden jaren onderweg voordat het in een telescoop op aarde zichtbaar is.

Zelfs het licht van de dichtstbijzijnde ster (de zon niet meegerekend) doet er nog langer dan vier jaar over om de aarde te bereiken.


Slide 30 - Tekstslide

Zonnestelsels en melkwegstelsels
Ons zonnestelsel is ongeveer 4,5 miljard jaar geleden ontstaan uit een wolk ronddraaiend gas.

In een heldere nacht kun je ongeveer 3000 van de miljarden sterren van de melkweg zien.


Slide 31 - Tekstslide

Zonnestelsels en melkwegstelsels
Onze zon, één van de sterren van de melkweg, is maar een kleine ster.

Er zijn sterren die wel vijfhonderd keer groter zijn dan de zon.

De zon lijkt erg groot, maar dat komt omdat hij zo dicht bij de aarde staat. De zon is een gloeiende gasbel.
In de zon wordt waterstofgas omgezet in heliumgas, waarbij licht en warmte ontstaan.


Slide 32 - Tekstslide

Zonnestelsels en melkwegstelsels
Zonlicht bereikt de aarde in ongeveer acht minuten.

Rondom de zon draaien acht planeten en twee dwergplaneten en verder asteroïden en kometen.

De zon met de daaromheen draaiende planeten zijn samen een zonnestelsel.


Slide 33 - Tekstslide

Zonnestelsels en melkwegstelsels
Andere zonnen kunnen ook planeten om zich heen hebben.
Er zijn dus veel meer zonnestelsels.

Ons zonnestelsel bevindt zich, samen met ontelbaar veel andere zonnestelsels, in de melkweg.

De zon draait om het centrum van de melkweg.
Er zijn in de ruimte nog veel meer melkwegstelsels.


Slide 34 - Tekstslide

Planeten
Planeten zijn enorme bollen die uit gesteente, metaal en een mengsel van gassen bestaan en in een baan om een ster draaien.

Ons zonnestelsel bestaat uit acht planeten (vanaf de zon gezien: Mercurius, Venus, de aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus) en twee dwergplaneten: Pluto en Eris.

De zwaartekracht van de zon houdt de planeten in hun baan.

Mercurius doet 88 dagen over één rondje rond de zon. De aarde één jaar, terwijl Pluto er bijna 250 jaar over doet.


Slide 35 - Tekstslide

Planeten
Het dichtst bij de zon staan vier vrij kleine, rotsachtige planeten: Mercurius, Venus, de aarde en Mars.

Mars wordt de rode planeet genoemd. Er zitten heel veel verroeste ijzerdeeltjes in de bodem, daarom heeft Mars een rode kleur.


Slide 36 - Tekstslide

Planeten
Na Mars volgt de planetoïdengordel: een gebied met miljoenen kleinere en grotere rotsen, ook wel asteroïden genoemd.
Dit zijn overblijfselen van 4,5 miljard geleden, toen de planeten ontstonden.
Achter de planetoïdengordel volgen de planeten Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus.
Die zijn veel groter dan de aarde, maar ze bestaan vooral uit de gassen waterstof en helium.
Je kunt er dus niet rondlopen.


Slide 37 - Tekstslide

Planeten
Jupiter is de allergrootste planeet, wel 1300 keer groter dan de aarde.

Om de grootste planeten, Jupiter en Saturnus, liggen ook ringen van gas en stof.

Slide 38 - Tekstslide

Planeten
Volgens een aantal sterrenkundigen zijn Pluto en Eris eigenlijk te klein om echte planeten te zijn. 

Daarom noemt men die twee dwergplaneten.

Slide 39 - Tekstslide

Planeten
Sommige planeten, zoals de aarde en Venus, zijn omringd door een gaslaag, een atmosfeer.
De temperatuur van de planeten verschilt enorm.

Mercurius ligt het dichtst bij de zon en is overdag gloeiend heet.
De dwergplaneet Eris staat het verst van de zon af en is uiterst koud (ca. -250°C). Het is er één en al ijs.

Planeten geven zelf geen licht, maar weerkaatsen het zonlicht.
Daarom lijken ze door een telescoop op lichtschijven.

Om de grote buitenste planeten draaien manen.
Om Saturnus zelfs 56 en er worden nog steeds nieuwe ontdekt!

Slide 40 - Tekstslide

De aarde
De aarde, gezien vanaf de zon de vierde planeet, is de enige planeet van het hele zonnestelsel waar leven mogelijk is, omdat er water en licht is.

Zonder de dampkring, de 1500 kilometer dikke atmosfeer van de aarde, zou er geen leven mogelijk zijn.

De dampkring bestaat vooral uit gassen stikstof en zuurstof. De zuurstof hebben we nodig om te leven.

De dampkring houdt de schadelijke ultraviolette straling in het zonlicht tegen en zorgt ervoor dat de aarde niet te warm of te koud wordt.

De zwaartekracht van de aarde houdt de dampkring vast.

Slide 41 - Tekstslide

De aarde
De lucht in de dampkring is het dichtst en het zwaarst vlak bij de aarde en het dunst en het lichtst aan de buitenste rand. Hoe verder je van de aarde af komt, hoe minder zuurstof er in de lucht is.
Daarom nemen bergbeklimmers zuurstof in flessen mee en wordt in vliegtuigen de luchtdruk in de cabine aangepast.

De aarde heeft een doorsnede van 12 000 kilometer. Een rechte lijn, dwars door de aarde heen, van Noordpool naar Zuidpool, is 12 000 kilometer lang.

Slide 42 - Tekstslide

Kometen
Een komeet is een soort steenklomp, met daaromheen ijs, gas en stof.
Vaak slepen ze een staart van gas en stof achter zich aan.
Dat stof noemen we meteoren.
Als een meteoor de ijle lucht boven de aarde binnenkomt, wordt hij heel heet.
De meteoor verbrandt, wat in het donker aan de hemel te zien is als een heldere streep licht.
Dat wordt vaak een 'vallende ster' genoemd.

Slide 43 - Tekstslide

Kometen
Volgens wetenschappers zijn er duizenden grote brokken ruimterots, die om de zoveel duizend jaar een inslag op aarde veroorzaken.
De laatste was in 1908 in Siberië en verwoestte ruim 2000 vierkante kilometer bos.
De explosie was groot genoeg om een stad als Parijs of Londen van de kaart te vegen.

65 miljoen jaar geleden veroorzaakte een planetoïde met een doorsnede van 10 kilometer een gigantische explosie en sloeg een krater van 180 kilometer in Mexico.
De as verspreidde zich over de hele wereld.
Overal ontstonden branden en daarna werd het donker en extreem koud.
Dat betekende het einde van het tijdperk van de dinosaurussen.

Slide 44 - Tekstslide

Good to know...
Het Internationale Ruimtestation (ISS) is een kleine stad voor wetenschappers die in de ruimte zweeft en om de aarde draait op 400 kilometer hoogte.

Slide 45 - Tekstslide

Good to know...
Op 14 mei 2009 werden door de Arianeraket twee satellieten in de ruimte gelanceerd. 

Dit was een project van ESA (Europees Space Agentschap)

Slide 46 - Tekstslide

Good to know...
In Vlaanderen zijn er Volkssterrenwachten waar je op bezoek kunt gaan. 

Je kunt er door een echte telescoop naar het heelal kijken. 

Slide 47 - Tekstslide