1.3 Kernbegrippen bij maatschappijleer

1.3 Kernbegrippen bij maatschappijleer
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.3 Kernbegrippen bij maatschappijleer

Slide 1 - Tekstslide

KERNBEGRIPPEN:
  • Waarden en normen
  • Belangen
  • Macht
  • Sociale ongelijkheid 

Slide 2 - Tekstslide

LET OP!
Al deze begrippen zijn extreem belangrijk bij het vak maatschappijleer.

De begrippen komen ieder hoofdstuk weer terug!

Slide 3 - Tekstslide

Waarden & normen:
Waarden zijn principes die je belangrijk vindt in het leven.
*eindigen vaak op -heid 
* zijn altijd positief 

Normen zijn regels over hoe jij en anderen zich moeten gedragen. 
*horen altijd bij een waarden 

Slide 4 - Tekstslide

In de tafelgroep: 

1. Knippen!

Alleen - In stilte: 
2. Kies 3 waarden die het beste bij jou passen. 
3. Kies 2 waarden uit voor iedereen in je tafelgroep. Welke waarden passen bij hen?  

Samen - bespreken: 
4. Ga iedereen apart bij langs en deel de waarden uit. Leg aan elkaar uit waarom je de gekozen waarden het beste vond bij hem/haar vond passen. 

En dan?!
5. Plak al je gekregen waarden (plak de dubbele bij elkaar) in je aantekeningen schrift en geef met +, - of +- aan of jij ze ook bij jezelf vindt passen.

5. Schrijf van je eigen gekozen waarden en nog 2 gekregen waarden een norm op.

6. Maak een foto en lever in op de volgende slide! 

Slide 5 - Tekstslide

Lever hier je waarden bladzijde in

Slide 6 - Open vraag

Welke belangen hebben scholieren?

Slide 7 - Woordweb

FC Groningen 
supporters
Politie 

Slide 8 - Tekstslide

Horeca personeel
Jongeren 

Slide 9 - Tekstslide

Noem een belang dat zowel de jongeren als het horeca personeel hebben:

Slide 10 - Open vraag

Noem een tegengesteld belang dat de jongeren & het horeca personeel hebben:

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Video

Macht: 
Macht: de mogelijkheid om het (denk)gedrag van anderen te beïnvloeden.

Machtsmiddelen: de middelen waarmee je het gedrag van anderen kunt beïnvloeden.

Slide 13 - Tekstslide

Machtsmiddelen:

  • Functie of beroep
  • Kennis en vaardigheden
  • Aanzien en status
  • Overtuigingskracht
  • Aantal mensen dat gezamenlijk iets wil
  • Toegang tot de media
  • Toegang tot invloedrijke mensen of politici
  • Het gebruik van geweld

Slide 14 - Tekstslide

Een influencers heeft iets en jij wil het ook!
A
Functie en beroep
B
Aanzien of status
C
Overtuigingskracht
D
Toegang tot de media

Slide 15 - Quizvraag

Je hebt al dagen buikpijn en gaat naar een dokter.
A
Functie of beroep
B
Kennis en vaardigheden
C
Overtuigingskracht
D
Het gebruik van geweld

Slide 16 - Quizvraag

Je docenten willen meer salaris en gaat staken en demonstreren.
A
Functie of beroep
B
Kennis en vaardigheden
C
De hoeveelheid mensen die gezamenlijk iets wil
D
Het gebruik van geweld

Slide 17 - Quizvraag

Je docent verteld een geweldig verhaal en je zit geboeid te luisteren.
A
Functie en beroep
B
Kennis en vaardigheden
C
Overtuigingskracht
D
Het gebruik van geweld

Slide 18 - Quizvraag

De politie en ME vegen de binnenstand van Groningen leeg na rellende supporters.
A
Functie of beroep
B
Kennis of vaardigheden
C
Toegang tot de media
D
Het gebruik van geweld

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Video

Slide 21 - Tekstslide

Ik snap nu...

Slide 22 - Open vraag

Ik snap nog niet....

Slide 23 - Open vraag

Maken:
H.1.3 ''Kernbegrippen bij maatschappijleer"
  • Pagina 8, 9, 10 & 11

Slide 24 - Tekstslide