Hoofdstuk 3 rekenen

Hoofdstuk 3 
3 mavo - rekenen - november
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3 
3 mavo - rekenen - november

Slide 1 - Tekstslide

Wat staat er op je rekening?

Formule = 
Nieuwsaldo = oud saldo + ontvangsten - betalingen 

Slide 2 - Tekstslide

Op mijn rekening staat €366. Ik krijg €600 salaris en ik geef €789 aan kerstcadeaus. Wat is mijn nieuwe saldo?

Slide 3 - Open vraag

Kredietkosten 
Krediet = lening of geleend bedrag 
Kredietkosten = Alles wat je meer terug betaald hebt dan de lening zelf. 
Kredietkosten bestaat uit rente en andere kosten. 

Formule = 
Termijnbedrag X aantal termijnen - krediet

Slide 4 - Tekstslide

Je leent €3.800. Je lost dit af in 50 maanden in termijnen van €90. Hoeveel zijn de kredietkosten?

Slide 5 - Open vraag

Vreemd geld 
Niet iedereen maakt gebruik van euro's in de wereld. 
1 Yen = €0,0068

1 Lira = €0,052 

1 Dollar = €0,97

Aankoopkoers = Koop je vreemde valuta. Hoeveel v geld krijg je voor €1.  
Verkoopkoers = Verkoop je vreemde valuta. Hoeveel € krijg je voor v geld 

1 euro
 ¥146,12
1 euro
₺19,26
1 euro
$ 1,03

Slide 6 - Tekstslide

Wanneer gebruik je welke formule?

Formule 1
Bedrag in euro's X aankoopkoers

Formule 2 
Bedrag in vreemd geld : aankoopkoers

Formule 3 
Bedrag in vreemd geld X verkoopkoers 
Ik wil weten hoeveel dollar ik kan kopen met €500.
500 X 1,03 = 515 dollar 
Je wilt 600 lira kopen. Hoeveel euro betaal je hiervoor? 
600 : 19,26 = €31,15
Je wisselt 10.000 Yen in voor euro's. Hoeveel euro's krijg je? 
10.000 X 0,0068 = €68

Slide 7 - Tekstslide

Vreemde valuta boek 

Slide 8 - Tekstslide

1 euro = 7,45 kuna.
Hoeveel kuna's krijg ik voor €600?

Slide 9 - Open vraag

1 kuna = €0,13
Ik heb 270 kuna over. Hoeveel euro krijg ik hiervoor?

Slide 10 - Open vraag

1 euro = 7,45 kuna.
Je wilt 3000 kuna kopen. Hoeveel euro ben je dan kwijt?

Slide 11 - Open vraag

Aan de slag 
Maken opgaven 1 t/m 3 en 10 t/m 16 
op bladzijde 92 en 93. 

Slide 12 - Tekstslide