V2 week 10 donderdag

Welcome class V2A
Welcome 
class V2A

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welcome class V2A
Welcome 
class V2A

Slide 1 - Tekstslide

Today:
- Recap theme words + Stone 17: can you talk about future plans?

- Homework check: Stone 18

- Grammar time: pitfalls

Slide 2 - Tekstslide

Hoe zeg je in het Engels:
Paul en ik zijn van plan de vlooienmarkt te bezoeken. (Stone 17)

Slide 3 - Open vraag

Hoe zeg je in het Engels:
Mijn buurvrouw en ik gaan het carnaval bijwonen. (Stone 17)

Slide 4 - Open vraag

How zeg je in het Engels: Ik heb niets in mijn agenda staan. (Stone 17)

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Make a sentence with:
amusement park - venue
( at least 10 words long)

Slide 7 - Open vraag

Make a sentence of 10 words or more with: fun fair - to enjoy

Slide 8 - Open vraag

Make a sentence of 10 words or more with: confused - ice rink

Slide 9 - Open vraag

HOMEWORK for today:

- Read Stone 18, p. 138
- Take pen and paper. Write about your own wishes and desires, using the Stone. Hand in on paper.

- Read I Grammar on page 140
- Try to make exercise 53.

Slide 10 - Tekstslide

Upload a picture of your written piece on wishes and desires:

Slide 11 - Open vraag

Dreams and desires:
- I dream about ....
- I'm dreaming of ....
- I hope to ....
- I would love to ... / I'd like to .. / I love to ...
- I can't wait to ....
- I really want to ...
- I'll probably ....

Slide 12 - Tekstslide

Grammar time

Slide 13 - Tekstslide

What's a 'pitfall'?

Slide 14 - Woordweb

Pitfall --->> !!!

Slide 15 - Tekstslide

Which pitfalls in English
do you know?

Slide 16 - Woordweb

P. 141: Grammar: pitfalls
- Your / You're
- Its / It's
- Whose / Who's
- Their / They're
possessive vs. contraction = bezittelijk vnw versus samenvoeging

Slide 17 - Tekstslide

More pitfalls:
- to / too
- then / than
- less / fewer

Slide 18 - Tekstslide

1. Make a sentence with 'less'
2. Make a sentence with 'fewer'
The difference has to be clear

Slide 19 - Open vraag

Make the exercises :
53 a, b, c
54 a, b
Finished? Start on Numo

Slide 20 - Tekstslide

Let's check the exercises
53 + 54
(I want your full attention)

Slide 21 - Tekstslide