Egypte: een geschenk van de Nijl

Egypte: een geschenk van de Nijl



Herodotos
Herodotus of Herodotos (Grieks: Ἡρόδοτος, Hēródotos) van Halicarnassus (Halicarnassus, ca. 485 v.Chr. - Thurii, tussen 425/420 v.Chr.), was een Grieks historicus die in het westen beschouwd wordt als de vader van de geschiedschrijving. Hij is vooral bekend door zijn werk De Historiën.
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Egypte: een geschenk van de Nijl



Herodotos
Herodotus of Herodotos (Grieks: Ἡρόδοτος, Hēródotos) van Halicarnassus (Halicarnassus, ca. 485 v.Chr. - Thurii, tussen 425/420 v.Chr.), was een Grieks historicus die in het westen beschouwd wordt als de vader van de geschiedschrijving. Hij is vooral bekend door zijn werk De Historiën.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
inleveren 'zelfstandig werkenopdracht'
5 minuten lezen
excursie naar oudheidkundig museum voorbereiden: 
woordweb, luisteren, film
Huiswerk voor volgende les bespreken
Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

5 minuten lezen
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we leren over de Egyptenaren? 
Waarom de Nijl voor de Egyptenaren belangrijk was
Waarom er een georganiseerde samenleving ontstond in Egypte
De godsdienst en belangrijke goden
Geloof in leven na de dood en mumificeren

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet je over
het oude Egypte?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Boven-Egypte
Dit gebied ligt hoog. Een andere naam voor Boven-Egypte is Opper-Egypte.
Beneden-Egypte
Dit gebied ligt laag. Een andere naam voor Beneden-Egypte is Neder-Egypte.
Zet de pijlen op de juiste plek in de kaart.
Stroomafwaarts, met de stroom mee.
Stroomopwaarts, met de wind mee.

Slide 7 - Tekstslide

Zwarte periode
  • september-december

  • Tijd van de overstroming van de Nijl

  • Op het land kan niet worden gewerkt

  • Meehelpen aan de bouw van bijvoorbeeld de piramides en de tempels (belasting betalen)

Slide 8 - Tekstslide

Groene periode
  • januari-april

  • Tijd van het zaaien en bewerken van het land

  • Hierbij wordt gebruik gemaakt van irrigatie

  • Irrigatie betekent dat het water met hulpmiddelen wordt gebruikt om het land te bevloeien

Slide 9 - Tekstslide

Gele periode
  • mei-augustus

  • Tijd van het oogsten (graan)

  • De opbrengst van de oogst wordt bijgehouden en opgeschreven.

  • Voorraden worden aangelegd

Slide 10 - Tekstslide

Hoe gingen de oude Egyptenaren daarmee om?
  • De Nijl moet goed in de gaten worden gehouden (nilometer)

  • Er moet verstandig worden omgegaan met de hoeveelheid water: irrigatielandbouw

  • Er worden voorraden aangelegd voor mindere oogstjaren. Alle oogsten worden nauwkeurig bijgehouden

Slide 11 - Tekstslide

En vooral: samenwerken!
  • Hiervoor heb je een leider nodig

  • Elke stam heeft een leider (dorpshoofd)

  • Die dorpshoofden krijgen ruzie met elkaar

  • Uiteindelijk blijft er één leider over: de farao ('Groot Huis')

Slide 12 - Tekstslide

Natuurgodsdienst
  • De Egyptenaren waren erg afhankelijk van de natuur, denk maar aan de Nijl

  • Ze zagen veel in de natuur gebeuren.

  • Goden moesten al deze onverklaarbare dingen veroorzaken

  • Veel goden zagen eruit als dieren

Slide 13 - Tekstslide

Osiris
  • Oppergod (belangrijkste god)

  • Hij wordt gezien als eerste koning van Egypte

  • Afgebeeld als mummie, omdat hij door zijn jaloerse broer Seth in 14 stukken is gehakt

  • Isis heeft Osiris gemummificeerd om het lichaam weer heel te maken.

Slide 14 - Tekstslide

Isis
  • Godin van de Vruchtbaarheid

  • Uit de tranen van Isis is de Nijl ontstaan

  • Isis wordt ook afgebeeld als havik of cobra

Slide 15 - Tekstslide

Horus

  • God van de koningen
  • God van de zon

  • Zoon van Osiris en Isis

  • Afgebeeld als havik

Slide 16 - Tekstslide

Anubis

  • God van het Dodenrijk

  • (Kop van een) jakhals

  • Jakhalzen werden vaak gezien in de buurt van graven

Slide 17 - Tekstslide

Ra
  • Zonnegod

  • Heeft een beetje dezelfde rol als Chepri

  • Afgebeeld als valk

  • Later samengevoegd met de god Amon tot Amon-Ra

Slide 18 - Tekstslide





Leven na de dood

Slide 19 - Tekstslide

Mummificeren
  • Het lichaam moet goed blijven

  • Alles dat ervoor zorgt dat het lichaam kan gaan rotten moet eruit (organen en vocht)

  • Eerste mummies vermoedelijk per toeval onstaan door het begraven in de woestijn.

Slide 20 - Tekstslide

Eerst worden de organen verwijderd. Deze worden in speciale vazen gedaan: canopen
Vervolgens wordt er een berg zout over het lichaam gelegd om al het vocht uit het lichaam te krijgen

Slide 21 - Tekstslide

Het lichaam wordt na ongeveer 70-90 dagen schoongemaakt en gebalsemd met geurige olie
Alle lichaamsholten worden gevuld met doeken, stro, klei en kruiden

Slide 22 - Tekstslide

Daarna wordt het lichaam in doeken gewikkeld, zodat er een mummie ontstaat
Het hart is teruggeplaatst, onder een amulet van een scarabee, maar alle andere organen worden bewaard in canopen.

Slide 23 - Tekstslide



Begraven




Eerst in piramiden, maar dat kostte veel tijd om te maken.
En ze vielen nogal op. Gevolg: grafrovers

Slide 24 - Tekstslide

Vallei der Koningen



De latere koningen werden daarom in rotsgraven in het zuiden van Egypte begraven. Ook hier zijn veel graven, vaak al voor de begrafenis, geplunderd.

Veel, maar niet allemaal....

Slide 25 - Tekstslide





Het graf van Toetanchamon

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Huiswerk volgende les
Lezen paragraaf 7, leesboek blz 19 en 20
Schrijf de (5) belangrijke woorden op in je schrift
Maken paragraaf 7 opdracht 23 t/m 27 (werkboek blz 13 en 14)

Slide 28 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 29 - Tekstslide