15-dec m2b 4.1: Toename en afname in procenten

4.1 Toename en afname in procenten

Op tafel:
Chromebook + Lessonup + Getal en Ruimte site
Schrift  + Potlood/Pen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

4.1 Toename en afname in procenten

Op tafel:
Chromebook + Lessonup + Getal en Ruimte site
Schrift  + Potlood/Pen

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Voorkennis H4
  • Uitleg: 4.1 Toename in procenten
  • Uitleg: 4.1 Afname in procenten
  • Zelfstandig aan het werk

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten

Slide 3 - Tekstslide

is hetzelfde als
41
A
4%
B
40%
C
25%
D
20%

Slide 4 - Quizvraag

is hetzelfde als
21
A
2%
B
5%
C
20%
D
50%

Slide 5 - Quizvraag

is hetzelfde als
81
A
8%
B
12,5%
C
80%
D
25%

Slide 6 - Quizvraag

Wat is meer?
A
40%
B
1/2

Slide 7 - Quizvraag

Wat is meer?
A
1/4
B
4%

Slide 8 - Quizvraag

Percentages afronden
Procenten ronden we standaard altijd af op één decimaal. 
Als we een percentage anders moeten afronden staat dit in de opdracht.

Rond af:
1,293% = 1,3%                                  55,55%= 55,6%
34,839% = 34,8%

Slide 9 - Tekstslide

Rond af: 37,852%

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Video



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?
Rekenen met procenten
%
aantal

Slide 12 - Tekstslide



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?

Rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
?
x

Slide 13 - Tekstslide



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?

8600:100x62,5=5375
5375 plaatsen zijn bezet.
Rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
5375
x

Slide 14 - Tekstslide



  1. 100% invullen
  2. Wat weet je?
  3. Wat moet je weten?
  4. 1 en x invullen
  5. Uitrekenen

Stappenplan voor rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
5375
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 15 - Tekstslide



Een armband kost €15,
je krijgt 40% korting.
Hoeveel kost de armband nu?


Rekenen met procenten: nieuwe prijs
%
aantal
100

Slide 16 - Tekstslide



Een armband kost €15,
je krijgt 40% korting.
Hoeveel kost de armband nu?

40% korting, dus er blijft 60% over van de prijs.

%
aantal
100
15
1
60
?
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5
Rekenen met procenten: nieuwe prijs

Slide 17 - Tekstslide



Een armband kost €15,
je krijgt 40% korting.
Hoeveel kost de armband nu?

15:100x60=9
De armband kost nu €9,00.
%
aantal
100
15
1
60
9
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5
Rekenen met procenten: nieuwe prijs

Slide 18 - Tekstslide

4.1 Afname en toename in procenten

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video



We kennen 21 soorten vleermuizen, 
9 soorten zijn zeldzaam, hoeveel procent is dat?


Rekenen met procenten:percentage berekenen
%
aantal
100

Slide 21 - Tekstslide



We kennen 21 soorten vleermuizen, 
9 soorten zijn zeldzaam, hoeveel procent is dat?


Rekenen met procenten: percentage berekenen
%
aantal
100
21
1
?
9
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 22 - Tekstslide



We kennen 21 soorten vleermuizen, 
9 soorten zijn zeldzaam, hoeveel procent is dat?

100:21x9=42,9
42,9% van de vleermuizen is zeldzaam
Rekenen met procenten: percentage berekenen
%
aantal
100
21
1
42,9
9
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 23 - Tekstslide



  1. 100% invullen
  2. Wat weet je?
  3. Wat moet je weten?
  4. 1 en x invullen
  5. Uitrekenen

Stappenplan voor rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
5375
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 24 - Tekstslide



De benzineprijs is gestegen van €1,40 naar €1,50. Hoeveel procent is dat?


Afname en toename in procenten
%
aantal
100

100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 25 - Tekstslide



De benzineprijs is gestegen van €1,40 naar €1,50. Hoeveel procent is dat?

De prijs is met €0,10 gestegen.
Afname en toename in procenten
%
aantal
100
1,40
1
?
0,10
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 26 - Tekstslide



De benzineprijs is gestegen van €1,40 naar €1,50. Hoeveel procent is dat?

100:1,40x0,10=7,1 4%
De prijs van benzine is 7,1% gestegen
Afname en toename in procenten
%
aantal
100
1,40
1
7,14
0,10
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 27 - Tekstslide



Een voetbalvereniging had in 2015 820 leden. Nu hebben ze 560 leden. Met hoeveel procent is het ledenaantal afgenomen?


Afname en toename in procenten
%
aantal
100



100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 28 - Tekstslide



Een voetbalvereniging had in 2015 820 leden. Nu hebben ze 560 leden. Met hoeveel procent is het ledenaantal afgenomen?

Het aantal leden is met 260 leden afgenomen
Afname en toename in procenten
%
aantal
100
820
1
?
260
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 29 - Tekstslide



Een voetbalvereniging had in 2015 820 leden. Nu hebben ze 560 leden. Met hoeveel procent is het ledenaantal afgenomen?

100:820x260 = 31,707
Het ledenaantal is met 31,7% afgenomen .
Afname en toename in procenten
%
aantal
100
820
1
31,707
260
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 30 - Tekstslide

Zelfstandig aan het werk
Online

Slide 31 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat?
4.1: 2, 3, 4, 5, 7, 9
-> ONLINE
Hoe?
Individueel
Hulp?
- Theorie in boek
- Filmpjes Lessonup
- Docent

Slide 32 - Tekstslide