Herhaling stof kap 1 t/m 3 3Havo

Herhaling stof
Kapitel 1 t/m 3 grammatica
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Herhaling stof
Kapitel 1 t/m 3 grammatica

Slide 1 - Tekstslide

herhaling Kapitel 1
verleden tijd van haben / sein

Slide 2 - Tekstslide

hebben: Man .... gestern nichts gemacht.
A
hattet
B
hat
C
hatte

Slide 3 - Quizvraag

zijn: Warum .... ihr letztes Jahr in Deutschland?
A
seid
B
wart
C
hattet

Slide 4 - Quizvraag

hebben: Damals ..... wir Superwetter!
A
hatte
B
hatten
C
hattet

Slide 5 - Quizvraag

ik was =

Slide 6 - Open vraag

jullie hadden =

Slide 7 - Open vraag

jij had =

Slide 8 - Open vraag

Herhaling Kapitel 2
persoonlijk voornaamwoord als onderwerp / lijdend voorwerp / meewerkend voorwerp 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Nils ist gut in Mathe. ... hilft mir immer bei meinen Hausaufgaben

Slide 11 - Open vraag

... (ik) kann (hij) ... sogar im Schlaf etwas fragen

Slide 12 - Open vraag

(ik) ... bitte (zij) ... immer um Hilfe, wenn (wij) ... uns auf Prüfungen vorbereiten

Slide 13 - Open vraag

(ik) ... bin nämlich weniger künstlerisch, aber ... (ik) binmusikalisch

Slide 14 - Open vraag

Herhaling Kapitel 3
verledentijd van de Modal verben

Slide 15 - Tekstslide

Modalverben
Übersetzung
Dürfen wir hier parken?
Können Sie mir helfen?
Mögen Sie diese Musik?
Wir müssen gehen.
mogen
kunnen
houden van
moeten

Slide 16 - Sleepvraag

Modalverben
Übersetzung
Wir möchten den Salat.
Was sollen wir machen?
Wir wollen zahlen.
Wissen Sie es?
weten
zou graag willen
willen
moeten

Slide 17 - Sleepvraag

Präsens
Präteritum
ich will
du musstest
er darf
wir wollten
Sie konnten
ihr wusstet
sie weiß
ich durfte
ihr könnt
sie müssen
du willst
wir dürfen
Sie mochten
er mag

Slide 18 - Sleepvraag

Wir (wollen, vt) ……… dich nicht stören.

Slide 19 - Open vraag

Er (müssen, vt) …….. zeitig aufstehen.

Slide 20 - Open vraag

Ihr (können, vt) …… es nicht sehen.

Slide 21 - Open vraag

Ich (dürfen, vt) ……. es euch nicht sagen.

Slide 22 - Open vraag