8.3 Noord-Ierland na de brexit

Grenzen en identiteit
8.3 De toekomst van Noord-Ierland na de brexit
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Grenzen en identiteit
8.3 De toekomst van Noord-Ierland na de brexit

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

klik en vergroot
IRA: Wat is het?
De IRA (Irish Republican Army) is een paramilitaire organisatie die streeft naar een zelfstandige
Ierse staat, zonder banden met of bemoeienis van het Verenigd Koninkrijk. Om die zelfstandigheid af te dwingen, werd vaak geweld gebruikt, zoals bomaanslagen.

  • 1916: ontstaan IRA, 
  • jaren '30: opnieuw activiteiten van de IRA in de vorm van bomaanslagen
  • 1936: de organisatie werd door de Ierse regering verboden
Na de Tweede g hernam de IRA nogmaals zijn activiteiten, zij het ditmaal voornamelijk in Noord-Ierland met bomaanslagen tegen openbare gebouwen. 
  • 1969: een splitsing tussen de traditionele of rode IRA-leden en de provisionele of groene IRA-leden (aangesloten bij de Provisionele IRA)
  • 1972: Noord-Ierland kwam onder direct Brits bestuur en de IRA  verlegde zijn actieterrein naar Nederland (Roermond) en Duitsland (Britse militairen gestationeerd in Duitsland).
  • september 1993: Provisional IRA kondigt een wapenstilstand aan
  • 1996 opnieuw enkele aanslagen. 
  • juli 1997 volgde er een tweede bestand. Dit was een voorwaarde voor de toelating van Sinn Féin, de politieke arm van de Provisionele IRA, tot de vredesbesprekingen van september 1997. 
  • Op 10 april 1998 kwam het tot een vredesakkoord (het Goedevrijdagakkoord) dat zowel door Sinn Féin als door de Ulster Unionist Party werd getekend.
  • juli 2001: raakte het vredesproces opnieuw in het gedrang doordat de Provisionele IRA nog steeds niet alle wapens had ingeleverd zoals afgesproken in het Goedevrijdagakkoord.
  • Op 28 juli 2005 heeft de "Army Council", het hoogste bestuur van de Provisionele IRA zijn leden opgedragen een definitief einde te maken aan de gewapende strijd. De organisatie deed dat in een op televisie uitgezonden verklaring. In de door Britse media als historisch omschreven verklaring verklaarde de organisatie dat het opheffen van de gewapende strijd diezelfde dag zou ingaan.

Slide 5 - Tekstslide

Voor de muziekliefhebbers...
klik en luister!
  Simple Minds
  U2

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Lees de stellingen over het conflict in Noord-Ierland tussen katholieken en protestanten:

1: De republikeinse katholieken wilden dat Noord-Ierland bij Ierland ging horen; de protestanten wilden een unie met het Verenigd Koninkrijk.
2: De IRA was een geweldloze organisatie die wilde dat Noord-Ierland zich afscheidde van het Verenigd Koninkrijk.
A
Stelling 1 en 2 zijn allebei juist.
B
Stelling 1 is juist en stelling 2 is niet juist.
C
Stelling 1 is niet juist en stelling 2 is juist.
D
Stelling 1 en 2 zijn allebei niet juist.

Slide 8 - Quizvraag

Bij de 'brexit' spelen gevoelens over de bedreiging van identiteit een rol.

Welk begrip past hier het beste bij?

A
lokalisme
B
regionalisme
C
nationalisme
D
separatisme

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn de zogenaamde 'murals'
die je in Belfast tegenkomt?
A
graffiti met een positief toekomstbeeld voor Noord-Ierland
B
muurschilderingen over de strijd van de IRA
C
komische afbeeldingen van stripfiguren
D
schilderingen met helden, geweren en geweld op muren in Belfast

Slide 10 - Quizvraag

Het streven van een bevolkingsgroep naar een eigen, onafhankelijke staat noem je:
A
lokalisme
B
separatisme
C
nationalisme
D
regionalisme

Slide 11 - Quizvraag

Terrorisme =
A
Het ontvoeren van mensen om een groot bedrag aan losgeld te kunnen vragen.
B
Het niet accepteren van een bevolkingsgroep door een groep met andere identiteit.
C
Het gebruik van geweld om een politiek doel te bereiken.
D
Het streven naar zelfstandigheid op regionale schaal van een groep.

Slide 12 - Quizvraag

Verklaar de term 'brexit'.

Slide 13 - Open vraag