medicatie

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wet BIG staat voor:
A
Wet Beroepen Individuele Gezondheidszorg
B
Wet Bekwaamheid Individuele Gezondheidszorg
C
Wet Beroepen Inspectie van Gezondheid
D
Wet Beroepen In de Gezondheidszorg

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het toedienen van medicatie is een
A
risicovolle handeling
B
voorbehouden handeling
C
risicovolle en voorbehouden handeling
D
handeling die iedereen mag uitvoeren

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bekwaamheid verzorgenden en verpleegkundigen.
 Medicatie toedienen door middel van een injectie of een infuussysteem is een voorbehouden handeling. Medicatie uitzetten of uitdelen is géén voorbehouden handeling, maar het is wel een risicovolle handeling

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat versta je onder medicatieveiligheid

Slide 7 - Woordweb

Bron: Zorg voor Beter:
Het werken met medicijnen is foutgevoelig en risicovol. Bij medicatieveiligheid gaat het om veilige zorg voor de cliënt én om veilig werken voor de medewerker. De Veilige Principes beschrijven wie waar verantwoordelijk voor is, en hoe je veilig kunt werken.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staan de letters BEM voor?
Waarvoor dient het BEM formulier?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medicatie die de oorzaak van de ziekte aanpakken heeft een .......... werking.
A
Symptoombestrijder
B
Placebo
C
Profylactische
D
Causale

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Contra-medicatie is
A
een reden op medicatie voor te schrijven.
B
een reden om medicatie juist niet voor te schrijven
C
een ander woord voor de bijsluiter van een medicijn
D
medicatie die apart bewaard moet blijven

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke medicatiegroepen ken je?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke medicatie moet je dubbel controleren?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Welke toedieningsvormen van medicatie ken je?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sublinguaal is .... medicatie
A
onder de huid
B
onder de tong
C
intraveneus
D
vaginaal

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties van inhalatie medicatie zijn:
A
Hartritme stoornissen
B
Heesheid
C
Schimmelinfectie
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

medicatie die over is
A
mag weggegooid bij het GFT
B
mag terug naar de apotheek
C
beide bovenstaande
D
geen van bovenstaande

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies