§11, 12: beeldende kunst en literatuur

§11: Beeldende kunst
Muziek: hoef je niet te kennen voor de toets
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

§11: Beeldende kunst
Muziek: hoef je niet te kennen voor de toets

Slide 1 - Tekstslide

Kunstenaar
Middeleeuwen:
  • ambachtsman


Renaissance
  • geleerde

1

Slide 2 - Tekstslide

Kunst in de Renaissance
3 kenmerken

Slide 3 - Tekstslide

1: Realisme
  • Moet zo realistisch mogelijk zijn (perspectief, portretten)

  • Naaktheid kwam ook meer voor
    --> 2 redenen
2

Slide 4 - Tekstslide

2: Estheticisme
  • Kunst moest mooi zijn
    - Toepassen van symmetrie

  • < > Middeleeuwen
    - kunst was functioneel

3

Slide 5 - Tekstslide

3: Classicisme
  • Weergeven van taferelen uit de oudheid

  • Zuilen (bouwkunst)
4

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

§12: Literatuur en taal

Slide 8 - Tekstslide

1: Classicisme
  • Veel aandacht voor het Latijn; zowel in de wetenschap als in de eigen taal (zinsconstructies).

  • Beoefening klassieke genres, zoals:
    - Epigram / puntdicht
    - Sonnet

  • Tegenbeweging: purisme (neologismen)




1

Slide 9 - Tekstslide

1: Classicisme
  • Literatuur uit de oudheid was de maatstaaf voor de eigen literatuur.
 
3 stadia

  • translatio 
  • = vertalen
  • imitatio 
  • = nadoen
  • aemulatio 
  • = verbeteren

  • --> ontstaan nieuwe genres (2)



2

Slide 10 - Tekstslide

Aforisme
Een gek die zwijgen kan, gaat door voor een verstandig man.


Constantijn Huygens
Voorbeeld aemulatio: nieuwe genre!
3

Slide 11 - Tekstslide

Essay
Persoonlijke mening over een onderwerp (moralistisch).
Voorbeeld aemulatio: nieuwe genre!
4

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

2: estheticisme
  • Uitte zich in de regelgeving
  • Veel aandacht voor vorm

  • Veel beoefend genre
    --> het sonnet
5

Slide 14 - Tekstslide

Epigram / puntdicht
6

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

3: realisme
  • Geloofwaardigheid van de personages.
7

Slide 17 - Tekstslide

Taal
Hollandse dialect groeide uit tot de standaardtaal (±1700)

  • Grote invloed: De Statenbijbel (1637)

8

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag!

  • WB 11.1, Tussentoets §9-12
  • Alles al af van de vorige les? (WB 9, 10bcd, 10.2 )




Toets in toetsweek: hdst. 1 en 2 Dautzenberg (val. 3)

Slide 19 - Tekstslide