Reading 2013-2 text 1-3 gap questions

Reading test practice
                                                                                                         havo 4 / vwo 4
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Reading test practice
                                                                                                         havo 4 / vwo 4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

1. Which of the following fits the gap?
A
fashionable
B
amusing
C
obvious
D
alarming

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 5 - Quizvraag

Read the title and first paragraph of the text below.

Slide 6 - Tekstslide

What do you expect to read
about in this text?

Slide 7 - Woordweb

3. Which of the following fits the gap in paragraph 1?
A
Likewise,
B
Consequently,
C
Moreover,

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

4. Geef van elk van de volgende beweringen aan of deze juist of onjuist is volgens de alinea's 2 en 3. Sleep ze naar de juiste box.
juist
onjuist
1. Kinderen met schoolvrees verzuimen vaak met medeweten van hun ouders.
2. Kinderen met schoolvrees krijgen soms driftbuien als ze toch naar school moeten.
3. Niet iedereen gelooft dat schoolvrees werkelijk bestaat.
4. Kinderen met schoolvrees vertonen vaak crimineel gedrag.

Slide 10 - Sleepvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

5.
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

6. Which of the following fits the gap in paragraph 5?
A
remains optimistic
B
suspects deceit
C
is not convinced

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

7. Which of the following fits the gap in paragraph 6?
A
researching
B
dealing with
C
detecting
D
reporting about

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

What phrase could you use for the gap in paragraph 7?

Slide 19 - Open vraag

8. Which of the following fits the gap in paragraph 7?
A
In short,
B
As a result,
C
On top of that,
D
On the other hand,

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

9. Which of the following fits the gap in paragraph 8?
A
beneficial
B
avoidable
C
available
D
damaging

Slide 22 - Quizvraag

10. “If you … more anxious.’” (laatste zin)
In welke eerdere alinea is een vergelijkbaar argument ook al genoemd?
17

Slide 23 - Poll