Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
10. klasse NK K2 Brf 2
10. Klasse NK K2 +
Redemittel
Ferien/reisen
Brief 2
1 / 30
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
In deze les zitten
30 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
10. Klasse NK K2 +
Redemittel
Ferien/reisen
Brief 2
Slide 1 - Tekstslide
Nächstes Jahr
Schüleraustausch Recklinghausen
Wann? März oder April 2026
Wie lange? 2 Nächte
Warum ? Sprechfertigkeit ! Du kannst die ganze Zeit deutsch sprechen ;)
Slide 2 - Tekstslide
Vraag hoe het gaat en vertel
dat het met jou heel goed gaat.
Slide 3 - Woordweb
1.
Vraag hoe het gaat en vertel dat het met jou heel goed gaat.
Wie geht es dir. Mir geht es im Moment sehr gut.
Slide 4 - Tekstslide
Je bent met leerlingen van je school op uitwisseling
(einen Schüleraustausch machen)
en je ben in een hotel in Zwitserland.
Slide 5 - Woordweb
2.
Je bent met leerlingen van je school op uitwisseling (einen Schüleraustausch machen) en je ben in een hotel in Zwitserland.
Ich mache mit (einigen) Schülern / meiner Schule einen Schüleraustausch und ich bin in einem Hotel in der Schweiz.
Slide 6 - Tekstslide
Zeg dat je eergisteren bent vertrokken en
dat de reis echt lang heeft geduurd
omdat er veel file was.
Slide 7 - Woordweb
3.
Zeg dat je eergisteren bent vertrokken en dat de reis echt lang heeft geduurd, omdat er veel file was.
Ich bin (schon) vorgestern losgefahren und die Reise hat sehr lange gedauert, weil es sehr viel Stau gab.
Slide 8 - Tekstslide
Vertel dat je erg moe was toen je aankwam.
Slide 9 - Woordweb
4.
Vertel dat je erg moe was toen je aankwam.
Ich war sehr müde, als ich ankam
Slide 10 - Tekstslide
Zeg dat je gisteren een fietstocht hebt gemaakt
en dat je veel bezienswaardigheden
en monumenten hebt gezien.
Slide 11 - Woordweb
5.
Zeg dat je gisteren een fietstocht hebt gemaakt en dat je veel bezienswaardigheden en monumenten hebt gezien.
Gestern haben wir eine Radtour gemacht und (unterwegs) viele Sehenswürdigkeiten und Denkmäler besucht.
Slide 12 - Tekstslide
Je bent inmiddels goed bekend in deze stad.
Slide 13 - Woordweb
6.
Je bent inmiddels goed bekend in deze stad.
Mittlerweile kenne ich mehr sehr gut in dieser Stadt aus.
Slide 14 - Tekstslide
Je zegt dat je nog twee dagen blijft
en dan gaan jullie naar Italië.
Slide 15 - Woordweb
7.
Je zegt dat je nog twee dagen blijft en dan gaan jullie naar Italië.
Wir werden hier noch zwei Tage bleiben und reisen dann nach Italien ab.
Slide 16 - Tekstslide
Je geeft aan dat je daarmee blij bent,
want je bent niet echt tevreden over dit hotel.
Slide 17 - Woordweb
8.
Je geeft aan dat je daarmee blij bent, want je bent niet echt tevreden over dit hotel.
Ich bin sehr froh damit, weil ich mit diesem Hotel unzufrieden bin.
Slide 18 - Tekstslide
Je hebt een eenpersoonskamer gekregen
terwijl je een tweepersoonskamer wilde.
Daarnaast is de receptie je identiteitsbewijs kwijt.
Slide 19 - Woordweb
9.
Je hebt een eenpersoonskamer gekregen, hoewel je een tweepersoonskamer wilde. Daarnaast is de receptie je identiteitsbewijs kwijt.
Ich habe ein Einzelzimmer bekommen, obwohl ich ein Doppelzimmer beantragt hatte. Daneben hat die Rezeption meinen Ausweis verloren.
Slide 20 - Tekstslide
Je bent daarom niet van plan om terug te komen.
Slide 21 - Woordweb
10.
Je bent daarom niet van plan om terug te komen.
Ich habe deswegen nicht die Absicht wiederzukommen.
Slide 22 - Tekstslide
Je wilt overigens weten hoe zijn/haar reis was vorige week.
Slide 23 - Woordweb
11.
Je wilt overigens weten hoe zijn/haar reis was vorige week.
Übrigens, wie war deine Reise letzte Woche?
Slide 24 - Tekstslide
Is zijn/haar rugzak weer boven water?
En je wilt weten of zijn mobiel het alweer doet.
Slide 25 - Woordweb
12.
Is zijn/haar rugzak weer boven water? En je wilt weten of zijn mobiel het alweer doet.
Ist dein Rücksack schon wieder zurecht? Und funktioniert dein Handy wieder?
Slide 26 - Tekstslide
Zeg dat je nu moet stoppen,
want jullie gaan zo met de tram naar de Fernsehturm.
Je moet je kaartje nog van te voren afstempelen.
Slide 27 - Woordweb
13.
Zeg dat je nu moet stoppen, want jullie gaan zo met de tram naar de Fernsehturm. Je moet je kaartje nog van te voren afstempelen.
Ich muss jetzt aufhören, denn wir fahren bald mit der Straßenbahn zum Fernsehturm. Ich muss meine Karte noch entwerten.
Slide 28 - Tekstslide
Sluit op een passende manier af
Slide 29 - Woordweb
14.
Sluit op een passende manier af .
Ich hoffe, es geht dir gut und werde dich bald wieder sehen!
Slide 30 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Anne Frank, das Hinterhaus
September 2022
- Les met
13 slides
door
Anne Frank House
History
Secondary Education
Primary Education
Age 11-13
Anne Frank House
Villa Mondriaan Aufgabe 4
April 2023
- Les met
39 slides
Other languages
Secondary Education
Woche 18
March 2024
- Les met
12 slides
Duits
Secondary Education
Anne Frank, ihr kurzes Leben
September 2022
- Les met
15 slides
door
Anne Frank House
History
Primary Education
Secondary Education
Age 11-13
Anne Frank House
Ärger zeigen auf Deutsch
January 2024
- Les met
22 slides
Duits
Secundair onderwijs
Anne Frank, das Hinterhaus
September 2022
- Les met
13 slides
door
Anne Frank House
Geschiedenis
Middelbare school
Basisschool
vmbo t, mavo, havo, vwo
Groep 7,8
Leerjaar 1-3
Anne Frank Stichting
Woche 10/11
November 2024
- Les met
25 slides
Duits
Secondary Education
Stunde 3 Kapitel 2
October 2024
- Les met
27 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3