Quiz VZ IG

Quiz VZ IG
20 vragen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Quiz VZ IG
20 vragen

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent de afkorting IG in Verzorgende IG?
A
Individuele Gezondheidszorg
B
Interne Gezondheid
C
Instellingsgerichte Zorg
D
Internationale Gezondheidszorg

Slide 2 - Quizvraag

In welke sector kan een Verzorgende IG werken?
A
Alleen in ziekenhuizen
B
Alleen in de geestelijke gezondheidszorg
C
Thuiszorg, verpleeghuizen en gehandicaptenzorg
D
Alleen in de kinderopvang

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een belangrijke taak van een Verzorgende IG?
A
Operaties uitvoeren
B
Medicatie aanreiken en persoonlijke verzorging bieden
C
Administratie voeren
D
Medische diagnoses stellen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een kenmerk van het beroep Verzorgende IG?
A
Je werkt vooral met machine
B
Je biedt zorg,ondersteuning en begeleiding aan cliënten
C
Je doet alleen schoonmaakwerk
D
Je werkt zonder contact met cliënten

Slide 5 - Quizvraag

Hoe lang duurt de opleiding VZ BOL?
A
2 jaar
B
1,5
C
Geen van de 3 antwoorden
D
3 jaar

Slide 6 - Quizvraag

Welke handeling mag een Verzorgende IG uitvoeren?
A
Een injectie geven volgens protocol
B
Medicatie voorschrijven
C
Een wond opereren
D
Een diagnose stellen

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen bevoegd en bekwaam?

Slide 8 - Open vraag

Wat hoort bij ADL-taken?

Slide 9 - Open vraag

Wat is belangrijk bij rapporteren in het zorgdossier?
A
Eigen mening noteren
B
Alleen positieve dingen vermelden
C
Objectief en feitelijk rapporteren
D
Niets noteren, alleen mondeling doorgeven

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het hoofddoel van een zorgplan?
A
De taken van het team beschrijven
B
De afspraken, doelen en acties rondom de cliënt vastleggen
C
De werktijden vastleggen
D
De regels van de instelling uitleggen

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent belevingsgerichte zorg?

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Woordweb

Stelling: Een Verzorgende IG moet alleen zorgen voor lichamelijke gezondheid, niet voor welzijn.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Wat moet een Verzorgende IG doen bij een vermoeden van mishandeling?
A
Zelf oplossen
B
Melden volgens het meldprotocol
C
Niets doen zonder bewijs
D
Alleen familie informeren

Slide 16 - Quizvraag

Wat is het doel van preventieve zorg?
A
De cliënt genezen
B
Ziekte of achteruitgang voorkomen
C
Alleen klachten behandelen
D
Tijd besparen in de zorgverlening

Slide 17 - Quizvraag

Welke wet regelt de rechten van cliënten in de zorg?
A
Leerplichtwet
B
Arbeidsomstandighedenwet
C
Wegenverkeerswet
D
Wkkgz (Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg)

Slide 18 - Quizvraag